Praktijk

Selectie voor griepvaccinatie, dat moet toch makkelijker kunnen

In 2021 heeft de Gezondheidsraad de indicatiestelling voor de griepvaccinatie herzien. Een expertpanel van NHG en RIVM heeft daarop de selectie voor griepvaccinatie herzien, met als uitgangspunt de juiste mensen uitnodigen met zo min mogelijk handwerk voor de huisarts. Ook het proces van het beoordelen is vereenvoudigd. In deze nascholing laten we zien hoe de herziening verlopen is en geven we aanbevelingen voor de griepvaccinatiecampagne van 2022.
2 reacties
Griepvaccinatie
Door het toevoegen van doelgroepen en aanpassen van de selectiecriteria wijkt de populatie die in aanmerking komt voor de griepvaccinatie dit jaar af.
© Margot Scheerder

De kern

  • De indicatiestelling voor de jaarlijkse griepvaccinatie is herzien; de populatie die in aanmerking komt zal in 2022 afwijken van voorgaande jaren.

  • Ongeveer 20-25% van de doelgroep zijn patiënten van 0-59 jaar met een medische indicatie.

  • Een expertpanel van NHG en RIVM heeft de indicatiestelling herzien, de beoordeling vereenvoudigd en het aantal ICPC-codes met ‘mogelijke indicatie’ teruggebracht van 62 naar 23.

  • Geadviseerd wordt in mei een voorselectie te doen zodat u weet hoeveel vaccins u in juni wilt bestellen.

Het is weer tijd om de uitnodigingen voor de griepvaccinatie te versturen. In de preventiemodule van uw huisartsinformatiesysteem (HIS) geeft u aan dat u de geadresseerden van vorig jaar wilt overnemen, maar alsnog komen er tientallen nieuwe ‘te beoordelen’ patiënten op de lijst. Op de lijst staat alleen een ICPC-code, dus u moet elk dossier openen om de patiënt te beoordelen. Dat moet toch makkelijker kunnen? Jazeker! Een expertpanel van het NHG en het RIVM heeft kritisch gekeken naar de huidige selectie voor griepvaccinatie en naar methoden om de opbrengst en efficiëntie daarvan te optimaliseren. Het panel heeft de indicatiestelling herzien, de beoordeling vereenvoudigd en het aantal ICPC-codes met ‘mogelijke indicatie’ teruggebracht van 62 naar 23.

Sinds de invoering van het Nationale Programma Grieppreventie in 1996 selecteren huisartsen in hun HIS jaarlijks de patiënten die in aanmerking komen voor de griepvaccinatie. Dit gebeurt op basis van leeftijd, bepaalde ziekten en aandoeningen (ICPC-codes of geregistreerde behandelingen) en gebruik van immunosuppressiva. Het grootste deel van de doelgroep komt in aanmerking op basis van leeftijd (≥ 60 jaar), ongeveer 20-25% bestaat uit patiënten van 0-59 jaar met een medische indicatie.1 De Gezondheidsraad adviseert welke doelgroepen in aanmerking komen voor griepvaccinatie [tabel 1].2 Het NHG vertaalt dit advies naar selectiecriteria voor de griepvaccinatie. Het advies is soms specifieker en soms algemener dan de selectiemogelijkheden in het HIS. In het verleden koos het NHG ervoor om breed te selecteren (weinig foutnegatieven). Huisartsen werd gevraagd patiënten met een mogelijke indicatie handmatig te beoordelen. Dit was een onrealistische verwachting, want het ging om 62 van de 104 ICPC-codes.3

Deze selectieprocedure is herzien naar aanleiding van het nieuwe advies van de Gezondheidsraad, dat uitkwam in 2021. Het panel heeft de meeste nieuwe doelgroepen aan de procedure toegevoegd (voor gezonde zwangere vrouwen wordt nog gezocht naar een geschikt werkproces) en gekeken hoe de bestaande procedure geoptimaliseerd kan worden, met als uitgangspunt de juiste groepen uitnodigen met zo min mogelijk handwerk voor de huisarts. Ook het proces van beoordelen is vereenvoudigd. In deze nascholing laten we zien hoe de herziening verlopen is en geven we aanbevelingen voor de griepvaccinatiecampagne van 2022. Dit begint met een goede voorselectie, zodat u weet hoeveel vaccins u in juni wilt bestellen [infographic].

Infographic | Indicaties en vaccinatiestatus van patiënten van 0-59 jaar in de Monitor griepvaccinatie1

Indicaties en vaccinatiestatus van patiënten van 0-59 jaar in de Monitor griepvaccinatie
Indicaties en vaccinatiestatus van patiënten van 0-59 jaar in de Monitor griepvaccinatie
© Studio Wiegers

Waarop moet worden beoordeeld?

Er zijn 2 categorieën van ‘mogelijke indicaties’ [tabel 2]:

  • een ‘ICPC-verzamelcode’ waaronder een scala aan aandoeningen valt die gedeeltelijk wel en gedeeltelijk geen indicatie zijn;

  • een aanvullend criterium dat bepaalt of er een indicatie is.

Betere selectie en minder handwerk

Op basis van ICPC-code: volume versus opbrengst

Om te beoordelen of handmatige selectie noodzakelijk is, keek het expertpanel naar het volume (de prevalentie) van bepaalde ICPC-codes en naar de opbrengst per code: het percentage patiënten dat een indicatie had voor de griepvaccinatie. Bij een zeer hoge opbrengst (grofweg > 90%) beschouwden we de betreffende code als een ‘zekere indicatie’, waarbinnen eventuele foutpositieven acceptabel zijn. Als vrijwel iedereen met een bepaalde ICPC-code een indicatie heeft voor griepvaccinatie, mag iedereen met deze code uitgenodigd worden.

Bij codes met een zeer lage opbrengst (< 0,1-0,01%) keken we naar het volume. Als ook het volume laag is, is de aandoening zeer zeldzaam en wordt er niet actief op geselecteerd. Als het volume hoog is, is het aantal patiënten wel aanzienlijk, maar is de ICPC-code niet de juiste manier om deze groep in beeld te krijgen [tabel 3].

Tip! Vermeld bij patiënten met chronische nierschade het stadium of een recente eGFR-waarde in de episodetitel en werk deze bij wanneer bij de jaarlijkse controle progressie wordt waargenomen.

Op basis van het medicatieoverzicht

Patiënten die immunosuppressiva gebruiken, hebben een ‘zekere indicatie’ voor griepvaccinatie en worden automatisch geselecteerd op basis van het Actueel Medicatie Overzicht (AMO).26 Desondanks moeten patiënten met bepaalde aandoeningen (ICPC-codes) worden beoordeeld op relevant medicatiegebruik. De belangrijkste oorzaak van deze tegenstrijdigheid ligt in de problemen rondom het AMO. Selectie op basis van medicatie is alleen mogelijk als het betreffende middel voorkomt op de medicatielijst van de patiënt in het HIS. Medicatie die in het ziekenhuis wordt toegediend komt niet in het AMO. Het gaat dan voornamelijk om intraveneuze middelen (chemotherapie, immunotherapie, biologicals) die in dagbehandeling gegeven worden.

Immunosuppressiva

Het expertpanel adviseert patiëntengroepen die vaak immunosuppressiva gebruiken een ‘zekere indicatie’ te geven op basis van hun ICPC-code. Deze patiënten hoeven niet handmatig beoordeeld te worden.

Het panel heeft gekeken of beoordeling op medicatiegebruik noodzakelijk is bij verschillende auto-immuunziekten. Dat hangt af van 2 factoren: welk percentage gebruikt immunosuppressiva en is het AMO (naar verwachting) compleet? [Tabel 4] geeft voorbeelden.

Tip! Zet bij uw apotheker het ontvangen van retourberichten aan. Het AMO van de patiënt is dan completer en de verstrekking van (door de specialist voorgeschreven) immunosuppressiva wordt geregistreerd in uw HIS.

Corticosteroïden

Een ander probleem is het selecteren van patiënten die langdurig predniso(lo)n gebruiken. Corticosteroïden zijn niet opgenomen in de lijst met weerstandsverlagende medicatie, omdat klinisch relevante immuunsuppressie alleen optreedt in de volgende situaties:

  • gebruik ≥ 20 mg per dag

  • gebruik ≥ 14 dagen

  • cumulatief gebruik > 700 mg24

Het is alleen mogelijk te selecteren op gebruik van predniso(lo)n, niet op dosis of duur, en dat zou te veel foutpositieven geven (bijvoorbeeld ook alle stootkuren voor jicht). Het NHG zoekt samen met de KNMP naar een oplossing voor dit probleem; vooralsnog blijft handmatige beoordeling nodig bij ICPC-codes waarbij geregeld langdurig corticosteroïden worden voorgeschreven.

Beschouwing

Situatie nu

Met de genoemde aanpassingen van de beslisregels heeft het expertpanel het aantal ICPC-codes met ‘mogelijke indicatie’ voor een griepvaccinatie weten terug te brengen van 62 naar 23, inclusief de meeste nieuwe doelgroepen die de Gezondheidsraad heeft gedefinieerd. Daardoor zullen er op de lijst ‘te beoordelen’ aanzienlijk minder patiënten verschijnen. Een nog te publiceren overzicht van de beoordelingscriteria per aandoening zal het beoordelen vergemakkelijken. De nieuwe ICT-specificaties bevatten adviezen aan HIS-leveranciers hoe zij de beoordeling gebruiksvriendelijker kunnen inrichten, bijvoorbeeld door niet alleen de ICPC-code, maar ook de episodenaam weer te geven. Een uitgebreide episodenaam zoals ‘Nierinsufficiëntie eGFR 42 mei 2021’ kan voorkomen dat het dossier geopend moet worden om het te kunnen beoordelen.

Toekomst

Op termijn wil het panel toe naar nog minder handwerk. Er zijn verschillende ideeën, waarvan de haalbaarheid moet worden bekeken met de HIS-leveranciers.

  • Tweestapsselectie: bij enkele ICPC-codes is het al dan niet gebruiken van medicatie een graadmeter voor de ernst van de aandoening (bijvoorbeeld astma). Het zou helpen als het HIS bij deze codes (R96 astma) automatisch ook het medicatiegebruik zou controleren (ICS of LABA) en alleen patiënten met relevant medicatiegebruik zou includeren.

  • Een label ‘chronisch’ of ‘tijdelijk’: voor sommige ICPC-codes (bijvoorbeeld aangeboren hartafwijking) geldt een eenmaal gemaakte beoordeling levenslang en hoeft die niet jaarlijks terug te komen. Voor andere ICPC-codes (bijvoorbeeld predniso(lo)ngebruik bij L99.12 polymyalgia rheumatica) is de beoordeling tijdelijk geldig en is het wel handig als de patiënt jaarlijks op de controlelijst verschijnt.

  • Diagnostische bepalingen als alternatieve selectiemethode. Het panel heeft HIS-leveranciers al geadviseerd om voor patiënten met een BMI > 40 selectie in te bouwen op basis van deze diagnostische bepaling. Op termijn kan zoiets wellicht ook bij patiënten met chronische nierschade, al is dit lastiger aangezien voor de nierfunctie veel verschillende diagnostische bepalingen gebruikt worden (voor de eGFR bijvoorbeeld CKD-EPI, MDRD en Cockcroft).

Aanbevelingen

De populatie in uw praktijk die in aanmerking komt voor de griepvaccinatie zal dit jaar afwijken van voorgaande jaren. De Gezondheidsraad heeft doelgroepen toegevoegd en de selectiecriteria zijn aangepast. Daarom is het aan te bevelen dat u de selectie van vorig jaar niet overneemt en in mei al een voorselectie doet. Zo weet u hoeveel vaccins u wilt bestellen op 1 juni, wanneer de bestelapplicatie van de Stichting Nationaal Programma Grieppreventie (SNPG) opengaat.

Ook is het aan te bevelen iets ruimer te bestellen. Informatie hierover volgt via SNPG. U zult in uw HIS bijvoorbeeld niet elke patiënt met een BMI > 40 zonder comorbiditeit geregistreerd hebben, of elke patiënt met een cochleair implantaat. Deze mensen kunnen zich bij de praktijk melden met een verzoek voor griepvaccinatie wanneer ze merken dat ze geen uitnodiging gekregen hebben. Er wordt nog gezocht naar een haalbare procedure voor gezonde zwangeren. Als dit proces in najaar 2022 nog niet is ingeregeld, kunnen ook zij zich bij de huisarts melden met een verzoek voor griepvaccinatie.

Dankwoord

De auteurs danken alle deelnemers aan het expertpanel. De kerngroep bestond uit Margot Carpay (RIVM, CvB), Eva van der Want (RIVM, CvB), Paul Salters (RIVM, LCI), Nynke Rots (RIVM, IIV). De medisch specialisten die meedachten, waren Josje Altenburg (Amsterdam UMC, longarts), Anneke Bech (Rijnstate, nefroloog), Anke Bruns (UMCU, internist-infectioloog/hematoloog), Herma Fidder (UMCU, MDL-arts), Marloes Heijstek (UMCU, reumatoloog), Martin Hemels (Rijnstate, cardioloog), Gerjanne Vlasveld (AVG-arts) en Joanne Wildenbeest (UMCU, kinderarts).

Tabel 1: Doelgroepen voor griepvaccinatie in 2022
  Specificering of uitbreiding Wijziging Ziektelast Effectiviteit griepvaccinatie
Doelgroepen zonder aanpassing        

■ Patiënten met een chronische stoornis van de hartfunctie

■ Patiënten met diabetes mellitus

■ Patiënten die recent een beenmergtransplantatie hebben ondergaan

■ Patiënten geïnfecteerd met hiv

■ Kinderen en adolescenten vanaf 6 maanden tot 18 jaar die langdurig salicylaten gebruiken

■ Mensen met een verminderde weerstand tegen infecties

■ Bewoners van verpleeghuizen

■ Mensen ≥ 60 jaar

       
Doelgroepen met specificering of uitbreiding        
Afwijkingen of functiestoornissen aan longen of luchtwegen Uitbreiding: mensen met longschade na COVID-19  

Geen gegevens

Het is aannemelijk dat deze groep aanzienlijke ziektelast door griep kan ervaren2

Geen gegevens
  Uitbreiding: mensen met neurologische en neuromusculaire aandoeningen (NNMD’s)

Voorheen alleen indicatie bij ademhalingsstoornis door de NNMD; dat criterium is komen te vervallen

Daarmee vallen patiënten met NNMD niet meer onder de risicogroep ‘patiënten met afwijkingen en functiestoornissen van de luchtwegen en longen’, maar worden ze een aparte risicogroep

Volwassenen: mortaliteit RR 3,30 (95%-BI 2,39 tot 4,54)4 ziekenhuisopname: RR 2,09 (95%-BI 1,73 tot 2,54)4

Kinderen: ziekenhuisopname OR 10,1 (95%-BI 7,2 tot 13.9)5 respiratoire insufficiëntie OR 6,0 (95%-BI 2,7 tot 13,5)6

Geen gegevens
  Specificering: astma Voorheen alle astmapatiënten,7 nu alleen bij gebruik ICS of LABA (NHG adviseert al langer om alleen bij ICS te vaccineren)8

Volwassenen: ziekenhuisopname OR 2,6 (95%-BI 1,6 tot 4.0)9

Kinderen: ziekenhuisopname: OR 2,46 (95%-BI 1,09 tot 5,56)10 ic-opname of ernstiger beloop OR 4,92 (95%-BI 1,38 tot 17,33)11

Er zijn beperkte gegevens die suggereren dat  griepvaccinatie de astmagerelateerde morbiditeit verlaagt12
Chronische nierinsufficiëntie Specificering Alleen patiënten met een matig tot ernstig verhoogd risico op cardiovasculaire schade, progressie van nierschade en mortaliteit (dit was al langer het advies in de NHG-Standaard Chronische nierschade13 Geen gegevens

Onderzoek van lage kwaliteit. Vaccinatie lijkt risico’s iets te verkleinen:

coronaire hartaandoeningen OR 0,93 (95%-BI 0,88 tot 0,97)14

ziekenhuisopname OR 0,86 (95%-BI 0,79 tot 0,93)14

Verstandelijke beperking en verblijvend in een intramurale instelling Uitbreiding Behandelend arts kan op individueel niveau griepvaccinatie aanbieden aan mensen met een verstandelijke beperking woonachtig buiten een instellingIn de implementatie is gekozen voor inclusie van de hele groep, omdat criteria voor deze afweging ontbreken Geen gegevens Geen gegevens
Nieuwe doelgroepen        
BMI > 40    

Ic-opname of overlijden OR 2,01 (95%-BI 1,29 tot 3,14)15

Ziekenhuisopname RR 1,65 (95%-BI 1,35 tot 5,01)4

Geen gegevens bekend
Dementie     Mortaliteit OR 3,05 (95%-BI 1,23 tot 7,57)16 Geen gegevens bekend
Cochleair implantaat    

Geen gegevens bekend

Aanname: griep kan via een secundaire bacteriële infectie meningitis uitlokken2

Geen gegevens bekend
Zwangerschap    

Ziekenhuisopname OR 3,55 (95%-BI 2,21 tot 5,68)17

Ic-opname en mortaliteit niet verhoogd18

Bescherming tegen ziekenhuisopname 40% (95%-BI 12 tot 49%)19
Zuigeling (< 6 mnd)     Incidentie griepgerelateerde ziekenhuisopnames 276 per 100.000 (95%-BI 200 tot 336)20 Bescherming tegen ziekenhuisopname 72% (95%-BI 39 tot 87%)21
Tabel 2: Categorieën van ‘mogelijke indicaties’ voor griepvaccinatie
Categorie Criterium Voorbeeld
ICPC-verzamelcode   ICPC-code R99 (andere ziekte(n) luchtwegen) omvatlongfibrose, wat een indicatie is voor griepvaccinatie, maar ook andere aandoeningen die mogelijk geen indicatie zijn
Aanvullend criterium ernst bij chronische nierschade is er alleen een indicatie voor griepvaccinatie in geval van matig of ernstig verhoogd risico op cardiovasculaire schade, progressie van nierschade en mortaliteit213
  gevolg bij chronische hepatitis is gevorderde leverfibrose een indicatie voor griepvaccinatie
  medicatie inflammatoire darmaandoeningen veroorzaken zelf waarschijnlijk geen klinisch relevante vermindering van de immuniteit, maar biologicals of andere immunosuppressiva doen dat wel24
Tabel 3: Volume en opbrengst van ICPC-codes als indicatie voor griepvaccinatie
Aandoening Volume Opbrengst Actie
Longschade na COVID-19valt onder ICPC-code R83.03 (SARS-CoV-2) zeer hoog (begin februari 2022 ruim 4,89 miljoen bevestigde besmettingen met SARS-CoV-2)26 zeer laag, < 0,01% (begin februari 2022 ruim 93.000 patiënten opgenomen, 2-3% houdt blijvende longschade)2627 ICPC-code R83.03 niet opgenomen in de selectie voor griepvaccinatie. Patiënten met blijvende longschade na COVID worden door de longarts geïdentificeerd en door de huisarts handmatig geïncludeerd, dat levert veel minder handwerk op dan handmatig beoordelen van de hele groep.
Morbide obesitasvalt onder ICPC-code T83 (adipositas) hoog (13,9% van de bevolking heeft obesitas, geregistreerd T83 = 6,7 per 1000 patiëntjaren)2829 laag (6-7% van de mensen met obesitas heeft morbide obesitas)29 ICPC-code T83 niet opgenomen in de selectie voor griepvaccinatie. Diagnostische bepaling BMI opgenomen in de selectiemodule.
Scoliosevalt onder ICPC-code L85.01 (scoliose) matig (2-4% van de bevolking, geregistreerd L85 = 10,3 per 1000 patiënt-jaren)2930 laag (< 0,01% heeft een indicatie voor griepvaccinatie wegens ademhalingsstoornis bij extreme vergroeiing van de thorax) ICPC-code L85 niet opgenomen in de selectie voor griepvaccinatie. Geen actieve inclusie.
Aangeboren afwijking(en) luchtwegenICPC-code R89 laag (geregistreerd R89 = 0,4 per 1000 patiëntjaren)30 hoog (> 90%; vrijwel alle aandoeningen in deze verzamelklasse hebben een indicatie voor griepvaccinatie) ICPC-code L85 is een ‘zekere indicatie’ voor griepvaccinatie, foutpositieven worden geaccepteerd
Chronische nierschadeICPC-code U99.01 (nierfunctiestoornis/nierinsufficiëntie) hoog (12% van de bevolking, geregistreerd U99 = 20,8 per 1000 patiënt-jaren)1329 matig (23% heeft ‘matig tot ernstig verhoogd risico’ en daarmee een indicatie voor griepvaccinatie)13 ICPC-code U99 is een ‘mogelijke indicatie’ voor griepvaccinatie. Handmatig beoordelen.
Tabel 4: Indicaties voor griepvaccinatie op basis van medicatiegebruik bij auto-immuunziekte
Aandoening Immunosuppressiva AMO compleet? Advies expertpanel
Ziekte van Crohn meestal nee (vaak intraveneuze medicatie) ‘zekere indicatie’, klein aandeel foutpositieven wordt geaccepteerd
Colitis ulcerosa soms nee (regelmatig intraveneuze medicatie of predniso(lo)n voor inductie of onderhoud) ‘mogelijke indicatie’, de huisarts wordt verzocht het medicatiegebruik te beoordelen
Reumatoïde artritis meestal wisselend (bij gebruik van immunosuppressiva heeft een oraal of subcutaan preparaat de voorkeur) ‘zekere indicatie’, klein aandeel foutpositieven wordt geaccepteerd
Ziekte van Bechterew soms wisselend (bij gebruik van immunosuppressiva heeft een oraal of subcutaan preparaat de voorkeur) selectie alleen op medicatiegebruik, niet op ICPC-code, een klein aandeel foutnegatieven wordt geaccepteerd
Van de Laar L, Van Boetzelaer H, Jansen J, Schreuder I. Selectie voor griepvaccinatie, dat moet toch makkelijker kunnen. Huisarts Wet 2021;65:10.1007/s12445-022-1449-3.
Mogelijke belangenverstrengeling: niets gemeld.

Literatuur

Reacties (2)

Marieke Nauta 9 mei 2022

Waar vind ik een actueel overzicht van de ICPC-codes met ‘mogelijke indicatie’ voor een griepvaccinatie? 

Lisette van de Laar 9 mei 2022

Beste Marieke,

Hier is de actuele tabel voor ICPC codes en griepselectie (tabel 58) te vinden: https://referentiemodel.nhg.org/tabellen/899. De tabel is in februari aan de HIS-leveranciers overgedragen, en zou ingeladen moeten zijn in de preventiemodule van alle HIS-en. Ik zou aanraden om de voorselectie 'grof' uit te voeren, om een indicatie te krijgen wat de gevolgen zijn voor de aantallen vaccinaties voor uw praktijk. We schatten dat er gemiddeld zo'n 20 vaccins per normpraktijk extra nodig zijn voor de nieuwe indicatiestelling. We verwachten dat de invloed van de vaccinatiegraad in algemene zin groter zal zijn dan de invloed van de herziening van de indicatiestelling. De vaccinatiegraad is de laatste jaren langzaam aan het stijgen (mogelijk door gevolgen van de corona-pandemie en de aandacht voor vaccineren).

De praktijkhandleiding wordt uiterlijk 1 juni gepubliceerd, daarin wordt een overzicht opgenomen met alle 'mogelijke indicaties' en criteria waarop beoordeling plaats vindt. Dit overzicht kan gebruikt worden om rond september de definitieve selectie te doen. De bestelling kan tot 8 dagen voor leverdatum aangepast worden o.b.v. deze definitieve selectie. Let op: de levering op het laatste moment ophogen met een groot aantal is niet altijd mogelijk, verlagen wel.

Met vriendelijke groet,

Lisette van de Laar

 

Verder lezen