De onderzoekers analyseerden tussen 2011 en 2014 data uit de iHARP-database van astmapatiënten uit Australië en 7 Europese landen. Zij includeerden 4274 volwassenen met astma die chronisch ICS + LABA (vanaf Global Initiative for Asthma/GINA stap 3) gebruikten. Van deze patiënten rapporteerde 67,4% rinitisklachten en 34,3% had hierbij de diagnose ‘rinitis’ van een dokter. Dat betekent dus dat 65,7% van de patiënten met rinitis hiervoor geen arts had geconsulteerd. Verder had 63,5% milde rinitisklachten en 36,5% matige tot ernstige klachten. Er was een significante toename van 40% op het risico op een zelfgerapporteerde astmaexacerbatie bij patiënten met matige tot ernstige rinitis (OR 1,40; 95%-BI 1,02 tot 1,90).
De onderzoekers concluderen dat er sprake is van onderpresentatie en onderdiagnostiek van AR bij astmapatiënten met een ernstiger vorm van astma. Een beperking van dit onderzoek is dat het met name patiënten met ernstig astma (GINA stap 3) betrof en dat de klinische gegevens werden verzameld via een vragenlijst bij de patiënten.
Volgens de NHG-Standaard Astma is het voor een betere astmacontrole onder andere van belang om astmapatiënten bewust te maken van het effect van AR op hun aandoening. Dat is in de praktijk voor zowel patiënten als huisartsen en POH’s lastig. Wellicht een goed punt om aan te stippen bij een volgend spreekuurbezoek.
Lees meer over het onderzoek The burden of self-reported rhinitis and associated risk for exacerbations with moderate-severe asthma in primary care patients van Kritikos V, et al.
Literatuur
- Kritikos V, et al. The burden of self-reported rhinitis and associated risk for exacerbations with moderate-severe asthma in primary care patients. J Asthma Allergy 2020;13:415-28.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.
