Om meer te weten te komen over het gebruik van pijnstillers door artrosepatiënten stuurden onderzoekers een online vragenlijst naar 1521 deelnemers van het patiëntenpanel van ReumaNederland.
Uitkomsten
Er waren 842 respondenten, de gemiddelde leeftijd was 61,7 jaar en 83% was vrouw. In deze groep had 70% gegeneraliseerde artrose, 26% bijkomende fibromyalgie en 34% een andere bijkomende musculoskeletale aandoening. Van de patiënten gaf 38% aan altijd pijn te hebben en 46% vaak. Toch gebruikte maar 71% van hen pijnmedicatie in de voorafgaande maand. Zij gebruikten vooral paracetamol, maar ook combinaties van middelen zoals paracetamol met NSAID’s (15%) en paracetamol met opioïden (7%).
Lage doseringen
Opvallend was dat de patiënten vaak significant lagere doseringen gebruikten dan staat beschreven in de NHG-Standaard Artritis. Die lagere dosering betrof 58% voor paracetamol, 33% voor NSAID’s en 87% voor zwakke opioïden. Ook gebruikten patiënten de pijnstillers vaak intermitterend. De meest genoemde reden om geen pijnmedicatie te gebruiken, was dat de pijn draaglijk was. Deelnemers die naast artrose ook fibromyalgie hadden, gebruikten gemiddeld meer medicatie.
Beperkingen
Naast mogelijke selectiebias had het onderzoek nog andere beperkingen. Het omvatte bijvoorbeeld zelfgerapporteerde data en er waren geen data beschikbaar over andere aandoeningen die de keuze voor pijnmedicatie beïnvloed kunnen hebben.
Beleid
Nu we weten dat patiënten vaak minder pijnmedicatie gebruiken dan we adviseren, kunnen we ons beleid daarop aanpassen. Zo kunnen we patiënten vragen hoe zij de pijn ervaren en hoe zij de voorgeschreven medicatie gebruiken alvorens een additionele pijnstiller te opperen.
Lees meer over het onderzoek Analgesic use in Dutch patients with osteoarthritis: frequent but low doses van J.J. Van den Driest, et al.
Literatuur
- Van den Driest JJ, et al. Analgesic use in Dutch patients with osteoarthritis: frequent but low doses. J Clin Rheumatol 2019;25:297-303.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.