Het aminozuur homocysteïne staat in de belangstelling, omdat een hoog homocysteïnegehalte samenhangt met een hogere kans op hart- en vaatziekten. Voor de omzetting van homocysteïne naar andere aminozuren zijn B-vitamines nodig. Dit was de aanleiding voor verschillende onderzoeken naar het effect van orale suppletie met B-vitamines op de kans op hart- en vaatziekten.
De auteurs van deze Cochrane-review, alweer de derde update, vatten het effect samen van homocysteïneverlagende behandeling bij mensen met en zonder bekende hart- en vaatziekten. De auteurs vonden 15 gecontroleerde trials, waarvan 3 nieuwe (sinds de vorige update) met in totaal 71.422 deelnemers. De follow-up varieerde van 1 tot 7,3 jaar. Behandeling om het homocysteïnegehalte te verlagen met de vitamines B6, B9 en B12 had geen effect op het optreden van een myocardinfarct vergeleken met placebo: 7,1% versus 6,0% (RR 1,02; 95%-BI 0,95 tot 1,10). Er was evenmin verschil in totale sterfte of bijwerkingen. Wel verminderde de homocysteïneverlagende behandeling de kans op een CVA iets: 4,3% versus 5,1% (RR 0,90; 95%-BI 0,82 tot 0,99) in 10 trials van hoge kwaliteit, met 44.224 deelnemers.
De auteurs adviseren om in volgende trials te onderzoeken in hoeverre homocysteïneverlagende behandeling boven op behandeling met antihypertensiva de kans op een CVA verlaagt. Voorlopig lijkt suppletie met vitamine B niet zinnig om een hartinfarct te voorkomen.
Lidewij Broekhuizen