Design Twee auteurs zochten onafhankelijk van elkaar in MEDLINE, EMBASE en het Cochrane Central Register of Controlled Trials (CENTRAL) naar randomized controlled trials (RCT’s) waarin cranberryproducten werden vergeleken met placebo of geen interventie voor de preventie van UWI’s. De uitkomstmaat was incidentie van UWI’s.
Analyse Voor ieder geïncludeerd onderzoek berekenden de auteurs een relatief risico met 95%-betrouwbaarheidsinterval, waarna de risico’s van de afzonderlijke onderzoeken werden gepoold volgens de random-effectsmethode. Door middel van een Galbraith-plot en een influential plot visualiseerden zij respectievelijk de heterogeniteit en de invloed van ieder afzonderlijk onderzoek op het gepoolde resultaat, waarna zij eventuele outliers excludeerden. Vervolgens berekenden zij een nieuw relatief risico volgens de fixed-effectsmethode. De auteurs verrichtten subgroepanalyses voor vooraf gespecificeerde covariaten.
Resultaten De auteurs includeerden 10 RCT’s. Op basis van de influential plot excludeerden zij alsnog één studie als mogelijke bron van heterogeniteit. De overige 9 onderzoeken bevatten samen 639 cranberry- en 700 controlepatiënten, van wie er respectievelijk 82 en 117 minimaal één UWI ontwikkelden gedurende de follow-upperiode (meestal 6 of 12 maanden). Eén onderzoek werd verricht op de geriatrieafdeling van een ziekenhuis, de overige acht bij poliklinische patiënten. De negen onderzoeken bevatten respectievelijk patiënten met een neuropathische blaas (4 onderzoeken), vrouwen met recidiverende urineweginfecties (2 onderzoeken), ouderen (1 onderzoek), zwangeren (1 onderzoek) en kinderen (1 onderzoek). De meeste onderzoeken duurden 6 maanden, hadden veel uitval van patiënten en beschreven niet hoe randomisatie had plaatsgevonden. Er was een aanzienlijke variatie in de gehanteerde UWI-definitie (zoals drempelwaarde voor bacteriurie en aanwezigheid van symptomen) en in de dosering, frequentie en toedieningsvorm van cranberryproducten. De gemiddelde dagelijkse cranberrydosis was groter voor sap dan voor capsules/tabletten.
Het gepoolde relatieve risico van cranberrygebruikers ten opzichte van niet-cranberrygebruikers was 0,62 (95%-BI 0,49-0,80) (volgens de fixed-effectsmethode). Subgroepanalyses lieten zien dat cranberryproducten vooral effectief waren bij vrouwelijke populaties (inclusief zwangeren) (RR 0,49; 95%-BI 0,34-0,73), vrouwen met recidiverende UWI’s (RR 0,53; 95%-BI 0,33-0,83), kinderen (RR 0,33; 95%-BI 0,16-0,69), gebruikers van cranberrysap in plaats van capsules/tabletten (RR 0,47; 95%-BI 0,30-0,72) en mensen die meer dan tweemaal per dag cranberryproducten gebruikten (RR 0,58; 95%-BI 0,40-0,84).
Conclusie De auteurs concluderen dat cranberryproducten mogelijk een beschermende werking hebben tegen UWI’s, vooral bij vrouwelijke populaties, vrouwen met recidiverende UWI’s, kinderen, gebruikers van cranberrysap en mensen die meer dan tweemaal per dag cranberryproducten gebruiken. Zij wijzen echter op een zeer voorzichtige interpretatie vanwege de aanzienlijke heterogeniteit tussen de trials.