In H&W nummer 5 meldt Floris van de Laar dat men minder moe wordt door didgeridoo. Op grond van de gepresenteerde betrouwbaarheidsintervallen is het antwoord echter didgeridoon't. Lezing van het originele artikel in de BMJ leert dat Floris van de Laar wellicht wat moe was bij het schrijven van het stukje. De mintekens van de betrouwbaarheidsintervallen heeft hij namelijk vergeten. Ik weet wel een leuke therapie. Rogier Hopstaken
Antwoord
Wat fijn dat er oplettende lezers zijn die de moeite nemen om betrouwbaarheidsintervallen te controleren. Echter, voor een goed begrip van een wetenschappelijk artikel is meer nodig dan het nalezen van betrouwbaarheidsintervallen alleen. In het originele artikel geven de auteurs inderdaad mintekens bij de betrouwbaarheidsintervallen. Om de interpretatie te vergemakkelijken heb ik voor het journaalstukje de mintekens vermeden. Zo wordt bijvoorbeeld een verschil in slaperigheid ten gunste van didgeridoo-spelen van –3 (95%-BI –5,7 - –0,3, zie artikel BMJ) in het journaalstukje weergegeven als een daling ten gunste van de interventie van 3 punten (95%-BI 0,3-5,7, zie journaalstukje). Dit had Rogier Hopstaken eenvoudig kunnen opmaken uit het abstract in de BMJ. Mocht hij dit als te vermoeiend ervaren dan kunnen we hem wellicht binnenkort begroeten op een cursus didgeridoo? Floris van de Laar
Reacties
Er zijn nog geen reacties.