Samenvatting
De Landelijke Eerstelijns Samenwerkings Afspraak (LESA) Decubitus is het resultaat van landelijk overleg tussen huisartsen en wijkverpleegkundigen over gedeelde zorg aan patiënten met (een risico op) decubitus. De LESA werd gepubliceerd in 2004 en in de daaropvolgende jaren binnen twee regio’s geïmplementeerd. Wat kan de huisarts hiervan leren? In de praktijk loopt de ervaringen en resultaten langs.
Preventie en behandeling
Het doel van de LESA is het bevorderen van de samenwerking en afstemming tussen huisartsen en wijkverpleegkundigen bij de zorg aan patiënten met (dreigende) decubitus. Bij de huisarts en bij de wijkverpleegkundige staat het voorkómen van (verergering van) decubitus centraal. Elk contact is gericht op risicoherkenning en preventie. In de praktische samenwerking tussen huisartsen en wijkverpleegkundigen gaat het vooral om behandeling van decubitus. Het voornaamste gesprekspunt in de dagelijkse praktijk is de juiste materiaalkeuze. Hierbij worden vele aspecten in de afweging betrokken, zoals kostprijs, gebruiksgemak en de frequentie en zwaarte van zorg die het materiaal vereist. Materiaalkeuze vormt dan ook een aandachtspunt voor het maken van concrete werkafspraken. Andere punten voor bespreking in de regio’s zijn:
- Wie coördineert de zorg, wie doet wat?
- Wie geeft welke voorlichting en welk voorlichtingsmateriaal wordt gekozen?
- Worden er risicoscorelijsten gebruikt?
- Wanneer wordt er verwezen?
- Als verpleeghuisartsen als consulent optreden, zijn zij dan ook betrokken bij de afspraken?
- Welke afspraken zijn gemaakt met apothekers?
- Hoe is de relatie en samenwerking met de tweede lijn?
Betrokken bij implementatie
Het NHG en de Federatie van Medisch Coördinerende Centra (FMCC) sloten in 2005 een convenant waarin afspraken werden gemaakt over de samenwerking bij de ontwikkeling en implementatie van Landelijke Transmurale Afspraken (LTA’s) en LESA’s. Een regionaal MCC kan grote diensten bewijzen bij de implementatie van een LESA en tot de eerste concrete samenwerkingsprojecten van NHG en FMCC behoorde de LESA Decubitus. Deze pilot werd uitgevoerd in de regio’s Westland/Delfland (Stichting Maatzorg/Stichting ELO) en Midden-Holland (Transmuraal Netwerk en Transmuraal Centrum Midden-Holland).
Regio Westland/Delfland
Uit een onderzoek in 2004 onder huisartsen en andere disciplines bleek in de Regio Westland/Delfland grote behoefte te bestaan aan afstemming rond wondverzorging en decubitus. Duidelijkheid over ieders verantwoordelijkheid en deskundigheid was gewenst. De LESA Decubitus en het regionale protocol van de wijkverpleegkundigen dienden in de pilot als uitgangspunt voor een gezamenlijke scholing voor huisartsen en wijkverpleegkundigen met als doel het maken van werkafspraken en opzetten van een protocol voor huisartsen, wijkverpleegkundigen, apothekers en verpleeghuisartsen. Om de effecten van de afspraken te monitoren komen de resultaten van de pilot periodiek terugkomen op de agenda van het fto (‘decubitus preventie protocol’ via www.stichtingelo.nl).
Regio Midden-Holland
In de Regio Midden-Holland had het Transmuraal Netwerk in 2004 van zijn bestuur de opdracht gekregen een regionaal decubituspreventie-/behandelingsprotocol te ontwikkelen en te implementeren. De LESA Decubitus verscheen precies op het goede moment. In de regio zijn twee werkconferenties georganiseerd met huisartsen, wijkverpleegkundigen, verzorgenden, transmuraal wondverpleegkundigen, verpleeghuisartsen, een revalidatiearts en apothekers.De uitkomst van de werkconferentie is de Regionale Richtlijn Decubitus Midden Holland. Vervolgens is tijdens een symposium de regionale Transmurale Richtlijn Decubitus gepresenteerd aan managers en anderen die verantwoordelijk zijn voor de voorwaarden om de richtlijn te kunnen uitvoeren. Dit jaar wordt de richtlijn breed geïmplementeerd via alle zorgverleners in de regio (zie voor de richtlijn www.transmuraalnetwerk.nl).
Andere resultaten van de pilots
De pilots hebben geleid tot een beknopt model voor een projectopzet en een implementatiechecklist, die overzicht geeft van wat in het kader van leiderschap, veranderingsmanagement en implementatiestrategie van belang kan zijn. Het Landelijk Expertisecentrum Verpleging en Verzorging (LEVV) heeft een programma om het percentage cliënten met decubitus terug te dringen. Het NHG, de FMCC en het LVW participeren in het programma ‘Zorg voor Beter’ van het NIZW over decubituspreventie en -behandeling.
Wat kan een huisarts hiervan leren?
Implementatie van de LESA levert vruchtbare samenwerking op en verloopt gemakkelijker als één of beide partijen al voorbereid is op samenwerking over een zelfgekozen onderwerp. Dit kan eventueel worden vastgesteld via een enquête. De regionaleTransmurale Richtlijn uit Midden-Holland is een overzichtelijk boekje dat handvatten geeft voor de preventie, diagnostiek en behandeling van decubitus. Het protocol uit Delfland is vergelijkbaar maar gaat meer in op de afzonderlijke wondmaterialen. Gezien het voorwerk in deze regio’s is het een uitdaging om in de eigen regio aan de slag te gaan met een decubitusprotocol.
Louwrens Boomsma, huisarts, wetenschappelijk medewerker NHG, met dank aan alle betrokken!
Reacties
Er zijn nog geen reacties.