Bij patiënten die niet bekend zijn met hart- en vaatziekte of diabetes mellitus zegt de hoogte van het HbA1c weinig over het risico op cardiovasculaire aandoeningen. Deze blijkt geen toegevoegde waarde te hebben bij de bepaling van het tienjaarlijks cardiovasculair risicoprofiel.
Deze conclusie is gebaseerd op een bijna 10 jaar omvattend onderzoek naar de vraag of het mogelijk is de huidige risicotabel, gebaseerd op de gebruikelijke cardiovasculaire risicofactoren, te verbeteren qua voorspelling van een eerste uiting van hart- en vaatziekte bij personen zonder bekende hart- en vaataandoeningen of diabetes mellitus. Om deze vraag te beantwoorden werden de follow-up-gegevens van bijna 300.000 personen (in totaal 73 follow-up-onderzoeken) geanalyseerd. Geen van de deelnemers leed bij aanvang aan diabetes mellitus of hart- en vaatziekte. Na een mediane follow-up-duur van bijna 10 jaar kon er geen correlatie aangetoond worden tussen de hoogte van het HbA1c en het optreden van een cardiovasculaire aandoening.
De onderzoekers benadrukken dat dit onderzoek niets zegt over de waarde van het HbA1c bij behandeling van patiënten met diabetes mellitus. Bepaling ervan heeft alleen géén toegevoegde waarde bij het opstellen van het cardiovasculair risicoprofiel. Het is met andere woorden niet zinvol om in het kader van cardiovasculair risicomanagement behalve lipidenspectrum, glucosegehalte en serumcreatininegehalte ook HbA1c aan te vragen.
Di Angelo E, et al. Glycated Haemoglobin Measurement and Prediction of Cardiovascular Disease; The Emerging Risk Factors Collaboration. JAMA 2014;311:1225-33.
Foto: NEGOVURA/Shutterstock
Reacties
Er zijn nog geen reacties.
