Sinds 2013 is internetverslaving een aparte DSM-diagnose die overmatig gebruik van onder andere gamen, pornografie of sociale media omvat. Een eerdere meta-analyse liet positieve resultaten zien van cognitieve gedragstherapie (CGT), maar deze had een aantal methodologische beperkingen.
Daarom werd tussen 2012 en 2017 een multicenter RCT opgezet in Duitsland en Oostenrijk. In totaal ging het om 149 patiënten (mannen tussen de 17 en 55 jaar oud), grotendeels verwezen door medische professionals. Zij werden gerandomiseerd over twee groepen: cognitieve gedragstherapie (n = 74) of de wachtlijst (n = 75). Van de deelnemers had 52,4% psychiatrische comorbiditeit, veelal een milde depressie. De therapie bestond uit een combinatie van 15 groepssessies en 8 individuele sessies, alle toegespitst op de internetverslaving.\De onderzoekers inventariseerden de effecten met de Assessment of Internet and Computer game Addiction (AICA-S), een vragenlijst voor zelfafname. Daarin wordt naast de DSM-criteria voor internetverslaving ook naar de frequentie van acht vormen van internetgebruik gekeken. De primaire uitkomstmaat was remissie. De uitval was hoog: 30,1% van de patiënten stopte vroegtijdig met de behandeling. Na analyse (intention to treat) bleek 69,4% (n = 50) van de CGT-groep in remissie te zijn – gedefinieerd als een tweemaal gemeten AICA-S < 7 – versus 23,9% (n = 17) van de wachtlijstgroep (OR 10,10; 95%-BI 0,69 tot 27,65; p < 0,001).
Voor internetverslaving lijkt CGT werkzaam, al laat het hoge uitvalspercentage zien dat intrinsieke motivatie ook bij deze verslaving van groot belang is. Aangezien het gaat om een op internetverslaving toegespitste variant van CGT moet u dan wel op zoek naar een therapeut die hierin bekwaam is.
Lees meer over het onderzoek Efficacy of short-term treatment of internet and computer game addiction.
Literatuur
- Wölfling K, et al. Efficacy of short-term treatment of internet and computer game addiction. JAMA Psychiatry 2019:76:1018-25.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.