De trial was opgezet om te onderzoeken of een deel van de patiënten met DVT de steunkous korter dan twee jaar, de huidige standaard, kan dragen zonder toename van het posttrombotisch syndroom. Alle 865 deelnemers droegen de eerste zes maanden na de DVT een steunkous. Hierna droegen 428 patiënten de kous twee jaar (standaardzorg) en kregen 437 patiënten een individuele beoordeling om de steunkous al dan niet te blijven dragen (zorg op maat). Deze beoordeling betrof de gevalideerde Villalta-score van 11 items (maximumscore 33) met een subjectief deel (pijn, kramp, zwaar gevoel, tintelingen en jeuk) en een klinisch deel (oedeem, induratie, hyperpigmentatie, kuitpijn bij druk, veneuze ectasieën en roodheid). Bij geen of minimale kenmerken van het posttrombotisch syndroom (Villalta-score < 5) tijdens twee opeenvolgende beoordelingen stopten de patiënten met dragen. Na zes maanden kon 55% in de zorg-op-maatgroep stoppen, na 12 maanden nog eens 11%, dus in totaal 66%. Het posttrombotisch syndroom trad op bij 28% van de patiënten met standaardzorg en bij 29% van de patiënten met zorg op maat (verschil 1,1%; 95%-BI -5,2 tot 7,3). Wel traden bij negen (3%) vroege stoppers beenklachten op, zodanig dat zij de steunkous opnieuw permanent moesten gaan dragen.
De NHG-Standaard Diep veneuze trombose uit 2017 adviseert steunkousen na DVT gedurende twee jaar, met als praktisch advies om na een jaar zonder klachten de kous uit te laten. Het huidige onderzoek is de onderbouwing van dit praktische advies en gaat zelfs verder: bij ruim de helft van de patiënten kan de kousduur tot een half jaar beperkt blijven.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.