Lokale roodheid met enig pus
Een 24-jarige vrouw ontwikkelde enkele maanden na het plaatsen van een piercing in het kraakbeen van de helix van het rechteroor roodheid met enig pus rondom de insteekopening. Omdat de klachten niet verbeterden, nam zij contact op met de huisarts. Deze zag een niet-zieke vrouw met erytheem en pus rondom de insteekopening van de piercing. De huisarts constateerde dat er sprake was van een lokale infectie en dat de piercing verwijderd zou moeten worden. De patiënt wilde dit niet. Zij kocht hierna in een piercingshop een aftercareproduct, waarmee zij een week lang tweemaal daags moest druppelen. Na deze week waren alle klachten verdwenen.
De populariteit van piercings is de laatste decennia in westerse landen duidelijk toegenomen.1 De complicaties van deze wijdverspreide praktijk zijn echter onderbelicht gebleven. Oorpiercings veroorzaken regelmatig een mild verlopende infectie. Klanten vragen in zo’n geval meestal eerst de piercingshop om advies en contacteren pas bij ernstige of aanhoudende infecties de huisarts.23
Bij een milde infectie kan men de piercing beter niet verwijderen
Bij oorlelpiercings heeft een lokale infectie in de regel geen ernstige gevolgen; afwachtend beleid of lokale behandeling met zelfhulpmiddelen is meestal afdoende.145 Bij kraakbeenpiercings [figuur 1] ligt dat echter anders: een kraakbeeninfectie kan binnen enkele dagen leiden tot avasculaire necrose en perichondritis, en tot ernstige vervormingen, zoals een bloemkooloor.68 Perichondritis na piercen wordt meestal veroorzaakt door Pseudomonas aeruginosa (75%) of Staphylococcus aureus (14%).911 [Figuur 2] geeft de schematische weergave van onze behandeling van een ontstoken transcartilagineuze piercing.
Zelfhulpmiddelen
Om bacteriële kolonisatie te voorkomen, lijkt het raadzaam de insteekopening direct na de piercing dagelijks te reinigen met een steriele oplossing.312 Piercingshops verkopen verschillende steriele zelfhulpmiddelen als ‘postoperatieve’ profylaxe en ter behandeling van een beginnende ontsteking, maar deze middelen zijn weinig effectief of hebben belangrijke nadelen. Benzalkoniumchloride is in vitro niet effectief gebleken tegen Pseudomonas aeruginosa.413 Zeep die chloroxylenol bevat en jodium- en alcoholhoudende middelen zijn in vitro wel effectief tegen zowel Pseudomonas als Staphylococcus, maar veroorzaken irritatie bij langdurig gebruik.413
De adviezen van piercingshops zijn vaak onvolledig of ronduit verkeerd. Huisartsen kunnen voor een goed advies verwijzen naar de Hygiënerichtlijn voor piercen van het RIVM.12
Hygiëneadviezen
Een recent ontstaan lokaal erytheem zonder pus hoeft niet direct te worden behandeld. Adviseer de patiënt de piercing droog te houden en zo min mogelijk aan te raken, hem dagelijks kort te reinigen met ongeparfumeerde zeep en zwembaden en sauna’s te vermijden. Als een lokaal erytheem echter na vijf dagen niet is bijgetrokken of als er ter hoogte van de insteekopening pus aanwezig is, zijn kweek en lokale antibiotica geïndiceerd omdat dan het gevaar bestaat van ernstige complicaties en snelle progressie.
Adviezen van piercingshops zijn vaak onvolledig of verkeerd
De meest voorkomende verwekkers van perichondritis zijn Pseudomonas aeruginosa en Staphylococcus aureus. Een zure oordruppel, bijvoorbeeld drie druppels azijnzuur (zonder corticosteroïd) driemaal daags gedurende vijf dagen, biedt bescherming tegen deze beide verwekkers.14 Uit de beschikbare literatuur valt op te maken dat een milde infectie het best te vergelijken is met een bijtwond. De piercing voorkomt dat de wond zich sluit en gaat abcesvorming tegen. Bij lokaal erytheem dat zich niet uitbreidt is het daarom beter de piercing in eerste instantie niet te verwijderen.315
Antibiotica
Indicaties voor laagdrempelige behandeling met orale antibiotica zijn erytheem dat zich uitbreidt, heftige pijn bij bewegen van het oorkraakbeen, pus bij de insteekopening en tekenen van systemisch ziek zijn.616 Bij systemische verschijnselen is het aan te raden blind te starten met ciprofloxacine 750 mg 2 dd en amoxicilline-clavulaanzuur 500/125mg 3 dd of clindamycine 600 mg 3 dd gedurende veertien dagen.691016 Vaak volstaat een korte breedspectrumkuur totdat de uitslag van de kweek bekend is; daarna kan het beleid op geleide van de kweek worden aangepast. De NHG-Standaard Bacteriële huidinfecties noemt flucloxacilline of clarithromycine als middelen van eerste keus, maar deze bieden geen dekking tegen Pseudomonas aeruginosa. De standaard beperkt zich tot huidinfecties en benoemt het verschil met kraakbeeninfecties niet.17
Conclusie
De patiënt in onze casus had een milde, lokale infectie met pusvorming. Naar de inzichten van de huidige literatuur was het advies om de piercing te verwijderen onjuist. Ook het advies om te spoelen met water lijkt niet helemaal terecht, omdat in kraanwater sporadisch Pseudomonas aeruginosa wordt aangetroffen.18 Tot slot verzuimde de huisarts andere hygiëneadviezen mee te geven.12
Gezien de potentieel snelle progressie naar perichondritis bij ontstoken kraakbeenpiercings is het zaak de patiënt goede hygiëneadviezen te geven en te instrueren contact op te nemen bij systemische verschijnselen of als de klachten verergeren. Druppelen met azijn geeft voldoende antibiotische dekking tegen de bekende verwekkers. Alcohol geeft onvoldoende dekking. Ernstigere infecties of tekenen van perichondritis zijn indicaties voor een kweek en voor ciprofloxacine in combinatie met amoxicilline-clavulaanzuur [figuur 2].
Tot slot is het aan te bevelen transcartilagineuze piercings bij een milde infectie niet te verwijderen.
Literatuur
- 1.↲↲Bone A, Ncube F, Nichols T, Noah ND. . BMJ 2008;336:1426-8. Body piercing in England: a survey of piercing at sites other than earlobe
- 2.↲Simplot TC, Hoffman HT. . Am J Otolaryngol 1998;19:305-10. Comparison between cartilage and soft tissue ear piercing complications
- 3.↲↲↲Hogan L, Armstrong ML. . Skin Therapy Let 2009;14:4-7. Body piercing: more than skin deep
- 4.↲↲↲Fisher CG, Kacica MA, Bennett NM. . Am J Prev Med 2005;29:204-9. Risk factors for cartilage infections of the ear
- 5.↲Meltzer DI. . Am Fam Physician 2005;72:2029-34. Complications of body piercing
- 6.↲↲↲Staley R, Fitzgibbon JJ, Anderson C. . Pediatrics 1997;99:610-1. Auricular infections caused by high ear piercing in adolescents
- 7.↲Manca DP, Levy M, Tariq K. . Can Fam Physician 2006;52:974-5. Case report: infected ear cartilage piercing
- 8.↲Torpy JM, Lynm C, Glass RM. . JAMA 2004;291:1024. JAMA patient page: Body piercing
- 9.↲↲Liu ZW, Chokkalingam P. J Laryngol Otol 2013;127:505-8. Piercing associated perichondritis of the pinna: are we treating it correctly?
- 10.↲Janssen K, Kon M. . Ned Tijdschr Geneeskd 2004;148:1351-4. 3 patiënten met complicaties als gevolg van piercing van het oorkraakbeen
- 11.↲Folz BJ, Lippert BM, Kuelkens C, Werner JA. . Ann Plast Surg 2000;45:374-81. Hazards of piercing and facial body art: a report of three patients and literature review
- 12.↲↲↲Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid. . Bilthoven: RIVM, 2014-2018. Hygiënerichtlijn voor piercen 2014
- 13.↲↲Frank MJ, Schaffner W. . JAMA 1976;236:2418-9. Contaminated aqueous benzalkonium chloride: An unnecessary hospital infection hazard
- 14.↲. In: Farmacotherapeutisch Kompas. Diemen: Zorginstituut Nederland, 2018. Azijnzuur
- 15.↲Koenig LM, Carnes M. . J Gen Intern Med 1999;14:379-85. Body piercing medical concerns with cutting-edge fashion
- 16.↲↲Hanif J, Frosh A, Marnane C, Ghufoor K, Rivron R, Sandhu G. . BMJ 2001;322:906-7. Lesson of the week: ‘High’ ear piercing and the rising incidence of perichondritis of the pinna
- 17.↲Bons SCS, Bouma M, Draijer LW, Koning S, Mulder L, Warnier MJ, et al. . Huisarts Wet 2017;60:224-33. NHG-Standaard Bacteriële huidinfecties (Tweede herziening)
- 18.↲Van der Wielen P. . Utrecht: KWR, 2013. Opportunistische ziekteverwekkende micro-organismen in drinkwater
Reacties
Er zijn nog geen reacties.