Mijn vader maakte altijd lijstjes. Puntsgewijze stapjes van wat moest. Het was aan de orde van de dag, het was zijn orde van de dag. Gewapend met pen en papier stond hij steviger in het leven. Een bijna dwangmatig gebaar, die greep naar zijn borstzak. Voelen, het lijstje zit er nog. Kijken, wat voor dingen staan er op? Krabbelen, dit kan er ook nog bij. Zo hield hij controle op de zaken van belang. En alles wat daarvoor door moest gaan. Dat er zich niets aan zijn blikveld onttrok, daar ging het om. Ook ik maak lijstjes. Al is het waarom ervan me niet altijd helder. Is het erfelijk? Is het voorbeeld volgen? Plichtmatig schrijf ik op wat ik moet doen. Sluipt er regelzin in mij? Meestal overkomt het me 's avonds. De items kruipen één voor één naar het papier. Mijn hoofd is leeg, ik kan gaan slapen. Maar toch. Ik lijk geloof ik niet zo op mijn vader. De dag zelf kijk ik zelden op zo'n lijstje. Ik ben ze zelfs doorlopend kwijt. Een dag brengt nou eenmaal wat hij brengt. Dendert voorbij of kabbelt voort, daar helpt geen lijstje tegen, of bij. En dan komt er in de chaos van de dag onvermijdelijk het moment dat ik zomaar stilval. Een beetje stuurloos bedenk wat er echt nog moet gebeuren en wanneer. Ik schuif een stoel bij, veeg met één armhaal de tafel leeg (dat staat nooit op zo'n lijstje) en stuit op een oud exemplaar. Dan ga ik er eens lekker voor zitten. Neem alle tijd. Heel geestig, want aan de helft van de dingen kwam ik nooit toe. Hebben nooit ter zake gedaan. Maar dat geeft niks, het voornemen was minstens zo mooi. Ik pak een pen en begin vol goede moed aan een nieuwe poging tot structuur. En met de opsomming is het klaar. Is de dag weer helemaal voor mij. Was er iets dringends? Knaagt er iets aan mij? Ik geloof het niet, kan me niet herinneren dat er iets toe doet. De straat roept, ik ga buiten spelen. Misschien dat ik een shirt met borstzak moet gaan dragen.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.