Meer insectenbeten bij de huisarts

Patiënten gaan nog steeds vaak naar de huisarts met kleine kwalen, ondanks de (digitale) informatie die helpt bepalen met welke klachten zij wanneer naar de huisarts moeten gaan. Opvallend is ook dat huisartsen steeds vaker mensen met een insectenbeet zien. Dat blijkt uit een onderzoek van het NIVEL naar behandeling van kleine kwalen.

Het NIVEL onderzocht het aantal contacten en de bijbehorende medicatie voor twaalf kleine kwalen in de huisartsenpraktijk in de jaren 2011 en 2015. Het aantal contacten met de huisarts voor deze twaalf kleine kwalen bleef gelijk. Wel schreven huisartsen minder vaak medicatie voor: in 2015 kreeg 46% van de patiënten een recept mee, in 2011 was dit nog 58%. Opvallend was verder de toename van contacten voor insectenbeten (33%) en het vaker voorschrijven van tetracyclines (driemaal zo vaak als voorheen), zie [tabel]. Het is zeer aannemelijk dat dit komt door een toename van het aantal contacten na een tekenbeet en het daarbij voorschrijven van antibioticaprofylaxe, conform de richtlijn van het NHG.

Deze cijfers laten geen effect zien van de toename aan (digitaal) beschikbare informatie over twaalf kleine kwalen op bezoek aan de huisarts. Deze uitkomsten spreken eerder onderzoek over het effect van Thuisarts.nl op zorggebruik tegen. Dat onderzoek was overigens ook gebaseerd op NIVEL-cijfers.

Voor patiënten blijft het kennelijk ook met goede voorlichting moeilijk om te bepalen of hun klacht vanzelf overgaat of dat zij daarbij medische hulp nodig hebben. Dat geldt zeker voor kleine aandoeningen met mogelijk grote gevolgen, zoals een tekenbeet. De huisarts kan dit onderscheid wel maken en hij heeft dan ook een belangrijke rol bij het geruststellen en adviseren van de patiënt. 

https://www.nivel.nl/sites/default/files/bestanden/Kleine_kwalen_huisartsenpraktijk2011_2015.pdf.