Samenvatting
Een tochtje langs de workshops en demonstraties op het NHG-Congres 2000 levert een boeiend beeld op. Boeiend omdat er zo openlijk en geanimeerd gepraat wordt. Er zijn weer echte workshops: iedereen krijgt de kans om zelf te praten en te oefenen. Dat is wel eens anders geweest, toen onder dezelfde titel gewoon hoorcolleges werden gegeven ter meerdere eer en glorie van de spreker.
Op bezoek bij suïcide
In de workshop Suïcidaliteit werden aan twintig tafels tegelijk rollenspellen gespeeld en wist men in bijna alle groepjes wat ervaringen uit te lokken. Daar speelden de begeleiders vervolgens op in door er een deskundig verhaal aan vast te knopen. Uit de rollenspellen bleek dat een telefoontje van een bezorgde vrouw over haar echtgenoot die dreigde ‘alles in te nemen’, altijd tot een visite van de waarnemende arts leidde. Dat is niet zo vreemd, maar wél uitzonderlijk was dat uit de telefoontjes nauwelijks harde anamnestische gegevens waren op te maken. Even opvallend was dat ongeveer elke visite vrijwel onmiddellijk tot onderhandelingen leidde, opnieuw zonder dat het mogelijk was gebleken goed uit te vragen wat er precies aan de hand was. Kenmerkend voor spoedeisende hulp?
Lastige patiënten
Bij de demonstratie over de communicatieve vaardigheden in spoedeisende situaties was dat niet anders. Professionele acteurs speelden een situatie zodanig na dat de presentatie van de hulpvraag veel méér aandacht vroeg dan de inhoud.
Het spel ‘de overbezorgde ouder’ toonde aan dat het loont om te oefenen in ‘het gedecideerd en toch vriendelijk zijn’. Het gebeurt vaak dat, bedoeld of onbedoeld, enige agressie hoorbaar is in de boodschap waarmee de huisarts de wens van de patiënt afwijst. Dat kan zijn omdat irritatie over de hulpvraag of het gedrag van de patiënt een rol speelt, of omdat de huisarts het niet meer kan opbrengen zich in te leven in de situatie en belevingswereld van de patiënt. Alle deelnemers werd op het hart gedrukt studie te maken van hun eigen emotionele (agressie-) huishouding, omdat hierin de sleutel ligt voor het begrijpen van de eigen reacties. Om daarmee alvast een begin te maken en de eigen ‘allergieën’ te leren kennen, zetten de acteurs wat typetjes neer. Bij het type ‘de autohandelaar’ ging er een golf van afgrijzen door de zaal over de manier waarop de lakens werden uitgedeeld.
Organisatie van de diensten
Zelfs in de grote zaal met de centrale workshops gingen de deelnemers actief aan het werk. Met zwaailichten en indringende muziek werd aandacht gevraagd voor de nieuwe organisatievormen van de diensten. De deelnemers wrongen zich in allerlei bochten om in subgroepjes met elkaar van gedachten te wisselen. Ze vonden elkaar in de mening dat het anders moet en kan. De vraag of spoedeisende hulpverlening wel tot het takenpakket van de huisarts moet blijven behoren, riep wel discussies en emoties op, maar werd uiteindelijk toch bevestigend beantwoord. De deskundigen peperden de aanwezigen goedmoedig de stelling in dat huisartsen spoedeisende hulpverlening zelfs leuk gaan vinden als deze maar goed georganiseerd is. Immers, huisartsen ontlenen hun broodnodige sterke verhalen vooral aan de gebeurtenissen tijdens de weekend- en avonddiensten. Het diagnostisch vermogen van de huisarts, diens vele therapeutische mogelijkheden en het ‘wie anders?’ waren belangrijke argumenten voor het behoud van de diensten. De manier waarop zal regionaal moeten worden uitgepuzzeld, maar dát met de diensten wordt doorgegaan is onbetwistbaar.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.