Samenvatting
Belangrijkste wijzigingen
-
Abdominale echoscopie wordt niet meer aanbevolen als aanvullende diagnostiek bij abnormaal vaginaal bloedverlies bij vrouwen in de reproductieve levensfase. Bij een indicatie voor beeldvormend onderzoek is transvaginale echoscopie aangewezen.
-
Bij vrouwen met abnormaal vaginaal bloedverlies die tamoxifen gebruiken is transvaginale echoscopie onbetrouwbaar voor het uitsluiten van endometriumcarcinoom; verwijzing voor een biopsie van het endometrium is dan geïndiceerd.
-
Na behandeling van acuut hevig bloedverlies met progestagenen hoeft geen onttrekkingsbloeding te worden afgewacht en kan aansluitend behandeld worden met de combinatiepil of progestagenen.
Kernboodschappen
-
Overweeg bij intermenstrueel en postcoïtaal bloedverlies een chlamydia-infectie en test daarop als de risicoschatting op soa daar aanleiding toe geeft.
-
Maak bij vrouwen met postmenopauzaal bloedverlies altijd een cervixuitstrijk en vraag een transvaginale echoscopie aan voor het bepalen van de endometriumdikte. Verwijs bij een afwijkende cervixuitstrijk of een endometriumdikte > 4 mm.
-
Bij de behandeling van hevig menstrueel bloedverlies zonder (vermoeden van) een specifieke oorzaak zijn de verschillende medicamenteuze opties (hormoonspiraal, combinatiepil, NSAID’s en tranexaminezuur) gelijkwaardig en wordt de keuze bepaald door specifieke kenmerken van de medicatie en de voorkeur van de patiënt.
Inbreng van de patiënt
Afweging door de huisarts
Delegeren van taken
Inleiding
Achtergronden
Begrippen
Abnormaal vaginaal bloedverlies in de reproductieve levensfase
Vaginaal bloedverlies in de postmenopauze
Epidemiologie
Pathofysiologie
Abnormaal vaginaal bloedverlies in de reproductieve levensfase
Vaginaal bloedverlies in de postmenopauze
Beleving
Richtlijnen diagnostiek
Anamnese
Bij abnormaal vaginaal bloedverlies in de reproductieve levensfase
-
begin en beloop van het bloedverlies;
-
frequentie van bloedverlies;
-
regelmaat van de cyclus: lengte en herkenbaarheid;
-
duur van het bloedverlies (vergeleken met wat voor de vrouw gebruikelijk is);
-
hoeveelheid bloedverlies: noodzaak om ’s nachts te verschonen, grote stolsels, veel bloedverlies bij verschonen, gebruik van dubbele bescherming (tampons samen met maandverband);
-
intermenstrueel bloedverlies op een vast tijdstip of op een wisselend tijdstip in de cyclus;
-
postcoïtaal bloedverlies.
-
doorlekken en ’s nachts verschonen;
-
klachten passend bij anemie, zoals moeheid, duizeligheid, algemene malaise;
-
pijn tijdens de menstruatie;
-
invloed op de seksualiteit;
-
werkverzuim.
-
mogelijkheid van zwangerschap;
-
anticonceptiva: gebruik van hormonale anticonceptie of spiraal, regelmaat van inname of gebruik, duur van het gebruik;
-
pijn in de onderbuik of toename van pijn tijdens de menstruatie;
-
risico op soa (zie de NHG-Standaard Het soa-consult);
-
geneesmiddelengebruik, zoals tamoxifen, anticoagulantia, misoprostol, corticosteroïden, SSRI’s;
-
opvliegers;
-
ontstaan van klachten in aansluiting op sectio;
-
roken;
-
hevig menstrueel bloedverlies vanaf de menarche, snel optreden van blauwe plekken, lang bloeden van wondjes, voorkomen van stollingsafwijkingen in de familie.
Bij postmenopauzaal bloedverlies
-
begin, duur en beloop van het bloedverlies, eventueel eerdere episode;
-
postcoïtaal bloedverlies;
-
geneesmiddelengebruik, zoals tamoxifen, hormoontherapie voor vasomotorische klachten, anticoagulantia, misoprostol, corticosteroïden, SSRI’s;
-
risico op soa.
Lichamelijk onderzoek
-
afwezigheid van postcoïtaal bloedverlies en geen verhoogd risico op soa bij:
-
jonge vrouwen in de eerste vijf jaar na de menarche;24
-
vrouwen met intermenstrueel bloedverlies die hormonale anticonceptie gebruiken, vooral tijdens de eerste drie maanden van het gebruik.
-
-
vrouwen met hevig menstrueel bloedverlies zonder intermenstrueel en postcoïtaal bloedverlies.25
-
inspectie van de vulva (let op afwijkingen, zoals lichen sclerosus; zie de betreffende NHG-Standaard) en het perineum (fissuren);
-
speculumonderzoek: vaginalaesie, fluor, cervixpoliep, ectropion, spiraal in situ, aanwijzingen voor een maligniteit van vagina of cervix; let bij postmenopauzale vrouwen op atrofie van het vaginaslijmvlies;
-
maak eventueel een cervixuitstrijk (zie Aanvullend onderzoek);
-
indien het speculumonderzoek wegens het bloedverlies niet te beoordelen is, wordt de vrouw op een later tijdstip opnieuw onderzocht;
-
-
vaginaal toucher: palpatie van de uterus en adnexen (grootte, pijnlijkheid).
Aanvullend onderzoek
Bij abnormaal vaginaal bloedverlies in de reproductieve levensfase
-
zwangerschapstestzwangerschapstest: indien een zwangerschap anamnestisch niet kan worden uitgesloten;
-
chlamydiatest: als de risicoschatting op soa daartoe aanleiding geeft (zie de NHG-Standaard Het soa-consult); hevig menstrueel bloedverlies als enig symptoom is geen indicatie;
-
temperatuur: bij aanwijzingen voor een PID (zie de NHG-Standaard Pelvic inflammatory disease);
-
cervixuitstrijkcervixuitstrijk, ongeacht het tijdstip en de uitslag van eerdere uitstrijken (zie de NHG-Standaard Preventie en vroegdiagnostiek van cervixcarcinoom), indien sprake is van:
-
contactbloedingen of afwijkingen van de cervix;
-
intermenstrueel bloedverlies op een wisselend tijdstip in de cyclus dat niet verklaard kan worden door het gebruik van hormonale anticonceptie, door een vaginale of cervicale infectie of door laesies van de vulva of vagina;
-
-
menstruatiekalendermenstruatiekalender: kan bijdragen aan een beter inzicht in de aard en het patroon van het bloedverlies. Op de kalender worden de dagen met bloedverlies aangegeven en het eventuele gebruik van hormonale anticonceptie;
-
menstruatiescorekaartmenstruatiescorekaart: kan bijdragen aan een betere beoordeling van de hoeveelheid bloedverlies. Deze kaart kan gebruikt worden als de huisarts twijfelt over de hoeveelheid bloedverlies (of bij onbegrepen anemie). De vrouw schat zelf de mate van doordrenking van elk verband of tampon bij het verschonen en noteert deze op een voorgedrukte kaart. Met deze kaart kan een totale score berekend worden voor het bloedverlies tijdens de menstruatie. Een totale score van 150 of meer maakt de diagnose hevig menstrueel bloedverlies waarschijnlijk. Dit afkappunt is zowel geschikt voor 80 ml bloedverlies als 120 ml bloedverlies per menstruatie. Deze score wordt vooral door gynaecologen gebruikt. Bij een score van < 150 wordt de hoeveelheid bloedverlies als normaal beschouwd en zijn zij terughoudend met chirurgische behandeling van essentieel hevig bloedverlies; 26
-
transvaginale echoscopieechoscopie : bij een afwijkend vaginaal toucher; ter overweging indien het vaginaal toucher niet goed te beoordelen is. Een transvaginale echoscopie is door de meeste huisartsen in eigen beheer aan te vragen en vindt bij voorkeur plaats in de eerste helft van de cyclus (intracavitaire myomen en endometriumpoliepen zijn dan beter te beoordelen, omdat het endometrium dan dun is). Bij vrouwen die tamoxifen gebruiken is echoscopie onbetrouwbaar om endometriumcarcinoom uit te sluiten; bij gebruik van tamoxifen is het risico op endometriumcarcinoom licht verhoogd en kan het echobeeld veranderen (zie Verwijzing). Met abdominale echoscopie kan het endometrium niet goed beoordeeld worden. Dat is reden om deze vorm van echoscopie niet meer aan te raden, tenzij een vrouw maagd is;27
-
onderzoek naar ijzergebreksanemieanemieijzergebreksanemie: bepaal laagdrempelig het Hb bij hevig menstrueel bloedverlies en voorafgaand aan een verwijzing vanwege hevig menstrueel bloedverlies;28
-
onderzoek naar stollingsafwijkingenstollingsafwijkingen: bij hevig menstrueel bloedverlies vanaf de menarche (geobjectiveerd met de menstruatiescorekaart) en als er anamnestisch ook andere aanwijzingen voor stollingsafwijkingen zijn; bepaal om te beginnen APTT, PT, trombocyten; indien deze niet afwijkend zijn en het vermoeden van een stollingsafwijking blijft bestaan, overleg dan met het laboratorium voor aanvullend bloedonderzoek of verwijs de patiënt (zie Verwijzing).9
Bij postmenopauzaal bloedverlies
-
cervixuitstrijk, ongeacht het tijdstip en de uitslag van eerdere uitstrijken (zie de NHG-Standaard Preventie en vroegdiagnostiek van cervixcarcinoom);29
-
transvaginale echoscopie (door de meeste huisartsen in eigen beheer aan te vragen) ter bepaling van de dikte van het endometrium.30 Bij vrouwen die tamoxifen gebruiken is een transvaginale echo onbetrouwbaar om een endometriumcarcinoom uit te sluiten; bij gebruik van tamoxifen is het risico op endometriumcarcinoom licht verhoogd en kan het echobeeld veranderen (zie Verwijzing);
-
chlamydiatest, als de risicoschatting op soa daar aanleiding toe geeft.
Evaluatie
Bij abnormaal vaginaal bloedverlies in de reproductieve levensfase
-
acuut hevig bloedverlies: hevig bloedverlies (cyclisch of niet-cyclisch) met verzoek voor directe behandeling.
-
hevig menstrueel bloedverlies bij (vermoeden van) een specifieke oorzaak, zoals
-
myomen of adenomyose: cyclisch hevig bloedverlies bij vergrote uterus vastgesteld door vaginaal toucher (bij afwezigheid van zwangerschap) of transvaginale echoscopie;
-
koperspiraal: cyclisch hevig bloedverlies bij aanwezigheid van een koperspiraal; overweeg andere oorzaken, zoals dislocatie van het spiraal, indien het bloedverlies optreedt na een periode van probleemloos gebruik van het spiraal;
-
gebruik van medicatie: cyclisch hevig bloedverlies bij gebruik van medicatie, zoals anticoagulantia, misoprostol, corticosteroïden en SSRI’s ;
-
stollingsafwijking: cyclisch hevig bloedverlies vanaf de menarche, anamnestisch verhoogde bloedingsneiging en afwijkend stollingsonderzoek.
-
-
hevig menstrueel bloedverlies zonder (vermoeden van) een specifieke oorzaak: cyclisch hevig bloedverlies zonder afwijkingen bij lichamelijk onderzoek of andere specifieke oorzaak.
-
onregelmatig of intermenstrueel bloedverlies bij (vermoeden van) een specifieke oorzaak, zoals:
-
miskraam of EUG: positieve zwangerschapstest en bloedverlies in het eerste trimester (zie voor beleid de NHG-Standaard Miskraam);
-
echoscopisch aangetoonde afwijkingen, zoals intracavitaire myomen of endometriumpoliepen, grotere intramurale myomen, uterus myomatosus, defect (niche) in de uteruswand na sectio;
-
gebruik van medicatie of hormonale anticonceptie, zoals hormoonspiraal of implantatiestaafjeimplantatiestaafje; bij hormonale anticonceptie treedt het onregelmatige bloedverlies vooral op tijdens de eerste drie maanden;
-
aandoeningen van perineum (fissuren), vulva, vagina, cervix (zie voor beleid de NHG-Standaard Preventie en vroegdiagnostiek van cervixcarcinoom);
-
chlamydia-infectie (positieve chlamydiatest) of een daardoor optredende PID (pijn in de onderbuik, pijnlijke uterus of adnexen, koorts) (zie de NHG-Standaarden Het soa-consult en Pelvic inflammatory disease).
-
onregelmatig of intermenstrueel bloedverlies zonder (vermoeden van) een specifieke oorzaak: niet-cyclisch bloedverlies zonder afwijkingen bij lichamelijk onderzoek of andere specifieke oorzaak.
-
Bij vaginaal bloedverlies in de postmenopauze
-
postmenopauzaal bloedverlies met (vermoeden van) een specifieke oorzaak, zoals:
-
een verdikt (> 4 mm) endometrium of afwijkende cervixcytologie;
-
afwijkingen bij (aanvullend) onderzoek, zoals vaginale atrofie, chlamydia-infectie, cervixpoliep;
-
bij gebruik van medicatie zoals tamoxifen of onregelmatig bloedverlies bij hormoontherapie voor vasomotorische klachten;
-
-
postmenopauzaal bloedverlies zonder een specifieke oorzaak: postmenopauzaal bloedverlies bij een endometriumdikte = 4 mm, niet-afwijkende cervixcytologie en geen afwijkingen bij lichamelijk onderzoek.
Bij contactbloedingen in de reproductieve levensfase of in de postmenopauze
-
contactbloedingen bij (vermoeden van) een specifieke oorzaak, zoals afwijkingen van de cervix (dysplasie, cervixpoliep, chlamydia-infectie);
-
contactbloedingen zonder (vermoeden van) een specifieke oorzaak.
Richtlijnen beleid
Voorlichting
Medicamenteuze behandeling
Bij abnormaal vaginaal bloedverlies in de reproductieve levensfase
-
hinder en ernst van het bloedverlies;
-
de (langdurige) behoefte aan anticonceptie; bespreek ideeën over eventuele bijwerkingen van hormonale anticonceptie en beoordeel eventuele contra-indicaties voor anticonceptiva (zie de NHG-Standaard Anticonceptie);
-
de wens voor cycluscontrole of behoud van de menstruatie;
-
eventuele pijn bij de menstruatie;
-
comorbiditeit en medicatiegebruik.
Methode | Toepassing | Bijwerkingen | Bloedingspatroon | Opmerkingen |
---|---|---|---|---|
Niet-hormonaal | ||||
NSAID’s | gedurende de 3 dagen van de menstruatie met de hevigste klachten | zie FTR Pijnbestrijding | eigen cyclus | zie voor contra-indicaties FTR Pijnbestrijding, vermindert menstruatiepijn |
Tranexaminezuur | gedurende de 3 dagen van de menstruatie met de hevigste klachten | gastro-intestinaal,zelden: trombo-embolie | eigen cyclus |
|
Hormonaal | ||||
Combinatiepil | dagelijks met of zonder stopweek | zie NHG-Standaard Anticonceptie | regelmatig, tenzij gebruik zonder stopweek | zie voor contra-indicaties NHG-Standaard Anticonceptie |
Hormoonspiraal | eenmalig (na 5 jaar vervangen) | zie NHG-Standaard Anticonceptie | vaak amenorroe, na periode van onregelmatig bloedverlies | langdurige behoefte aan anticonceptie, zie voor contra-indicaties NHG-Standaard Anticonceptie, vermindert menstruatiepijn |
Oraal progestageen | 5 tot 10 dagen, eventueel langer | misselijkheid, hoofdpijn | intermenstrueel bloedverlies, spotting | na stoppen onttrekkingsbloeding (indien niet aansluitend gestart wordt met hormonale medicatie) |
Hevig menstrueel bloedverlies zonder (vermoeden van) een specifieke oorzaak
-
naast vermindering van het bloedverlies ook een pijnstillend effect;
-
gebruik is vaak alleen noodzakelijk gedurende de drie dagen van de menstruatie met de hevigste klachten;
-
geen verschil in effectiviteit in vermindering van het bloedverlies aangetoond tussen de verschillende NSAID’s;
-
voor bijwerkingen, contra-indicaties en dosering zie de Farmacotherapeutische richtlijn Pijnbestrijding.
-
vermindert bloedverlies door remming van de afbraak van fibrinestolsels;
-
gebruik beperkt tot de drie dagen van de menstruatie met de hevigste klachten;
-
kan eventueel gecombineerd worden met NSAID’s;
-
combinatie met oestrogenen bevattende hormonale anticonceptie wordt ontraden, wegens een mogelijk verhoogd risico op trombo-embolie;33
-
bijwerkingen: misselijkheid, braken, diarree (dosisafhankelijk, in het algemeen licht en tijdelijk), zelden trombo-embolie;
-
gebruik onder de leeftijd van 15 jaar is off-label;32
-
contra-indicaties zijn aandoeningen met een verhoogd risico op trombo-embolie (zoals doorgemaakt myocardinfarct, ischemisch herseninfarct/TIA, diepveneuze trombose of longembolie, trombofilie) of veneuze trombo-embolie bij familieleden;
-
dosering: 3 dd 1000 mg; tranexaminezuur wordt bijna volledig door de nieren geklaard. Indien bij bekende nierfunctiestoornissen (eGFR < 50 ml/min) gebruik wordt overwogen, dient de dosering verminderd te worden.32
-
vermindert het bloedverlies;
-
kan ook zonder stopweek doorgebruikt worden; las een stopperiode in bij doorbraakbloedingen (zonder onderliggende oorzaak).34 De langetermijneffecten van het doorslikken zijn onbekend;
-
voor bijwerkingen, contra-indicaties en meer informatie zie de NHG-Standaard Anticonceptie.
-
hormoonspiraal: het bloedverlies is vooral de eerste drie maanden na plaatsing vaak onregelmatig. Na verloop van tijd wordt de menstruatie minder en soms blijft de menstruatie zelfs helemaal weg. Vooraf aanwezige dysmenorroe kan verbeteren tijdens spiraalgebruik (zie voor bijwerkingen, contra-indicaties en meer informatie de NHG-Standaard Anticonceptie).
Hevig menstrueel bloedverlies door myomen
-
NSAID’s;
-
tranexaminezuur;
-
combinatiepil;
-
hormoonspiraal: bij vrouwen bij wie een myoom wordt vermoed op grond van een vergrote uterus, of bij wie intramurale myomen zijn vastgesteld met transvaginale echoscopie, kan als de uterus niet fors vergroot is ook een hormoonspiraal geplaatst worden. Dit lijkt het bloedverlies even effectief te reduceren als bij vrouwen zonder myomen, maar leidt mogelijk wel tot een iets verhoogd risico op expulsie. De huisarts kan er ook voor kiezen deze vrouwen voor plaatsing van hormoonspiraal te verwijzen naar de gynaecoloog. Onduidelijk is of het hormoonspiraal ook effectief is bij vrouwen met een fors vergrote uterus.37
Hevig menstrueel bloedverlies door een koperspiraal
-
aanvullend NSAID of tranexaminezuur of een combinatie van beide middelen gedurende drie dagen van de menstruatie met de hevigste klachten (zie beleid bij Hevig menstrueel bloedverlies zonder [vermoeden van] een specifieke oorzaak);38
-
verwijdering van de spiraal, na bespreking van de behoefte aan anticonceptie.
Onregelmatig en intermenstrueel bloedverlies zonder (vermoeden van) een specifieke oorzaak
Abnormaal vaginaal bloedverlies door medicatie
-
Aanpassing van de medicatie.
-
Overweeg eventueel kortdurend (één maand) een oraal oestrogeen bij te geven bij onregelmatig bloedverlies en spotting bij anticonceptiemethoden met alleen progestageen (zoals een hormoonspiraal, implantatiestaafje).39 Deze anticonceptiemethoden geven veelal atrofie van het endometrium, afhankelijk van de endogene oestradiolproductie. Bij al deze methoden kan in het begin het bloedingspatroon wisselend en onvoorspelbaar zijn. Na enkele maanden neemt het bloedverlies vaak af en ontstaat amenorroe en soms spotting.
-
Overweeg wanneer onregelmatig bloedverlies optreedt bij vrouwen die langer dan drie maanden een combinatiepil gebruiken om deze te staken en over te gaan op een andere combinatiepil of een andere vorm van anticonceptie (zie de NHG-Standaard Anticonceptie). Indien dit niet leidt tot stoppen van het onregelmatige bloedverlies, overweeg dan nader onderzoek indien dit niet reeds heeft plaatsgevonden.
Acuut hevig bloedverlies
-
oraal progestageen, zoals lynestrenol 1 dd 10 mg, gedurende 5 tot 10 dagen; het bloedverlies neemt meestal binnen 2 dagen sterk af;
-
evalueer het effect hiervan vlak voor het einde van deze behandeling;
-
bespreek dan of de patiënt behoefte heeft aan verdere medicamenteuze behandeling;
-
als vervolg op de behandeling met oraal progestageen kan, zonder een onttrekkingsbloeding, aansluitend gestart worden met hormonale medicatie, zoals de combinatiepil; leg uit dat dan wel spotting kan optreden;40 ook kunnen de progestagenen langdurig gecontinueerd worden, maar bij gebruik langer dan (arbitrair) 1 maand neemt de kans op spotting toe;
-
waarschuw indien niet aansluitend met hormonale medicatie wordt gestart voor een (forse) onttrekkingsbloeding.
Bij postmenopauzaal bloedverlies
-
Behandel (onderliggende) afwijkingen, zoals vaginale atrofie, chlamydia-infectie en cervixpoliep (zie de NHG-Standaarden De overgang en Het soa-consult) na uitsluiten van endometriumcarcinoom met transvaginale echoscopie.
Controles en verwijzing
Controles
Bij abnormaal vaginaal bloedverlies in de reproductieve levensfase
-
Wacht bij adolescenten in de eerste vijf jaar na de menarche het natuurlijke beloop van de cyclus af. Als de klachten toenemen, bespreek dan opnieuw de mogelijkheden van medicamenteuze behandeling.
-
Evalueer bij medicamenteuze behandeling na drie tot zes maanden of desgewenst eerder in overleg met de patiënt. Overweeg de behandeling te staken om te zien of de klachten terugkomen.41
-
Adviseer de vrouw bij onregelmatig of intermenstrueel bloedverlies opnieuw op het spreekuur te komen als het bloedverlies na drie maanden niet is teruggekeerd naar het gebruikelijke patroon. Maak dan een cervixuitstrijk en overweeg, als een soa niet geheel kan worden uitgesloten, materiaal af te nemen voor een chlamydiatest en overweeg een transvaginale echo te laten maken.
-
Adviseer de vrouw opnieuw op het spreekuur te komen als contactbloedingen aanhouden (zie Verwijzing).
-
Overweeg een transvaginale echo te laten maken indien de medicamenteuze behandeling onvoldoende effect heeft of verwijs.
Bij vaginaal bloedverlies in de postmenopauze
-
Voer een afwachtend beleid bij postmenopauzaal bloedverlies zonder afwijkingen bij lichamelijk en aanvullend onderzoek.
-
Bloedverlies dat optreedt later dan een jaar na de eerste episode wordt als een nieuwe episode beschouwd. In dit geval moet dus opnieuw onderzoek worden uitgevoerd, alsof het om een nieuwe (eerste) episode gaat (cervixuitstrijk en transvaginale echoscopie).
Verwijzing
Bij abnormaal vaginaal bloedverlies in de reproductieve levensfase
-
bij aanhoudende klachten van abnormaal vaginaal bloedverlies die onvoldoende reageren op medicamenteuze behandeling;42 voorafgaand aan verwijzing voor hevig menstrueel bloedverlies zijn het gebruik van de menstruatiescorekaart en Hb-bepaling aan te bevelen;
-
als medicamenteuze behandeling niet mogelijk is, bijvoorbeeld bij een ectropion;
-
bij echoscopische intracavitaire afwijkingen; bij hevig menstrueel bloedverlies is voor de operatieve behandeling van endometriumpoliepen geen onderbouwing, voor de submuceuze myomen beperkt.43
-
bij gebruik van tamoxifen;
-
bij aanhoudende contactbloedingen.
Bij vaginaal bloedverlies in de postmenopauze
-
bij een echoscopisch vastgestelde endometriumdikte > 4 mm of afwijkende cervixcytologie;
-
bij gebruik van tamoxifen of bij onregelmatig postmenopauzaal bloedverlies tijdens hormoontherapie voor vasomotorische klachten, voor biopsie van het endometrium;
-
bij postmenopauzaal bloedverlies dat binnen een jaar recidiveert of persisteert ongeacht de echoscopische endometriumdikte, voor biopsie van het endometrium;44
Aanvullende diagnostiek | |
---|---|
transvaginale (watercontrast)echoscopiehysteroscopie | |
Type afwijking | chirurgische behandeling |
essentieel hevig bloedverlies |
|
| |
myomen |
|
intracavitaire afwijkingen
| hysteroscopische verwijdering staat ter discussiehysteroscopische verwijdering |
adenomyose | hysterectomie |
Totstandkoming
Literatuur
- 1.Bij verwijzingen naar NHG-producten: zie www.nhg.org.
- 2.Abdel-Aleem H, d’Arcangues C, Vogelsong KM, Gaffield ML, Gulmezoglu AM. Treatment of vaginal bleeding irregularities induced by progestin only contraceptives. Cochrane Database Syst Rev 2013;10:CD003449.
- 3.ACOG. Practice bulletin no. 136: management of abnormal uterine bleeding associated with ovulatory dysfunction. Obstet Gynecol 2013;122:176-85.
- 4.Anonymus. Tranexamic acid and thrombosis. Prescrire Int 2013;22:182-3.
- 5.Aronson JK. Meyler’s side effects of drugs. The international encyclopedia of adverse drug reactions and interactions. Vol 6.Amsterdam: Elsevier BV, 2006.
- 6.Bergman L, Beelen ML, Gallee MP, Hollema H, Benraadt J, Van Leeuwen FE. Risk and prognosis of endometrial cancer after tamoxifen for breast cancer. Comprehensive Cancer Centres’ ALERT Group. Assessment of Liver and Endometrial cancer Risk following Tamoxifen. Lancet 2000;356:881-7.
- 7.Berntorp E, Follrud C, Lethagen S. No increased risk of venous thrombosis in women taking tranexamic acid. Thromb Haemost 2001;86:714-5.
- 8.Bij de Vaate AJM, Brolmann HAM, Van der Voet LF, Van der Slikke JW, Veersema S, Huirne JAF. Ultrasound evaluation of the Cesarean scar: relation between a niche and postmenstrual spotting. Ultrasound Obstet Gynecol 2011;37:93-9.
- 9.CBG. Tranexaminezuur. http://www.cbg-meb.nl/cbg/nl, geraadpleegd februari 2014.
- 10.Champaneria R, Abedin P, Daniels J, Balogun M, Khan KS. Ultrasound scan and magnetic resonance imaging for the diagnosis of adenomyosis: systematic review comparing test accuracy. Acta Obstet Gynecol Scand 2010;89:1374-84.
- 11.Chiaffarino F, Parazzini F, La Vecchia C, Ricci E, Crosignani PG. Oral contraceptive use and benign gynecologic conditions. A review. Contraception 1998;57:11-8.
- 12.Christin-Maitre S, Serfaty D, Chabbert-Buffet N, Ochsenbein E, Chassard D, Thomas JL. Comparison of a 24-day and a 21-day pill regimen for the novel combined oral contraceptive, nomegestrol acetate and 17beta-estradiol (NOMAC/E2): a double-blind, randomized study. Hum Reprod 2011;26:1338-47.
- 13.CKS. Guideline Menorrhagia (2012). http://cks.nice.org.uk/menorrhagia, geraadpleegd juni 2013.
- 14.Clark TJ, Mann CH, Shah N, Khan KS, Song F, Gupta JK. Accuracy of outpatient endometrial biopsy in the diagnosis of endometrial cancer: a systematic quantitative review. BJOG 2002;109:313-21.
- 15.Clevenger-Hoeft M, Syrop CH, Stovall DW, Van Voorhis BJ. Sonohysterography in premenopausal women with and without abnormal bleeding. Obstet Gynecol 1999;94:516-20.
- 16.Critchley HO, Abberton KM, Taylor NH, Healy DL, Rogers PA. Endometrial sex steroid receptor expression in women with menorrhagia. Br J Obstet Gynaecol 1994;101:428-34.
- 17.Davies C, Pan H, Godwin J, Gray R, Arriagada R, Raina V, et al. Long-term effects of continuing adjuvant tamoxifen to 10 years versus stopping at 5 years after diagnosis of oestrogen receptor-positive breast cancer: ATLAS, a randomised trial. Lancet 2013;381:805-16.
- 18.Di Spiezio Sardo A, Mazzon I, Bramante S, Bettocchi S, Bifulco G, Guida M, et al. Hysteroscopic myomectomy: a comprehensive review of surgical techniques. Hum Reprod Update 2008;14:101-19.
- 19.Dijkwel GA, Van Huisseling JCM. Twee postmenopauzale vrouwen met vaginaal bloedverlies door niet-gynaecologische maligniteiten. Ned Tijdschr Geneeskd 2005;149:2649-52.
- 20.Duckitt K, Collins S. Menorrhagia. Clinical Evidence 2012;01:805.
- 21.Edlund M, Blomback M, Von Schoultz, B, Andersson O. On the value of menorrhagia as a predictor for coagulation disorders. Am J Hematol 1996;53:234-8.
- 22.Emanuel MH, Verdel MJC, Wamsteker K. An audit of true prevalence of intrauterine pathology: the hysteroscopic findings, controled for patientselection in 1202 patients with abnormal uterine bleeding. Gynaecol Endosc 1995;4:237-41.
- 23.Emanuel MH, Wamsteker K, Hart AA, Metz G, Lammes FB. Long-term results of hysteroscopic myomectomy for abnormal uterine bleeding. Obstet Gynecol 1999;93:743-8.
- 24.Epstein E, Jamei B, Lindqvist PG. High risk of cervical pathology among women with postmenopausal bleeding and endometrium
- 25.Essed GGM, Nieuwenhuijzen Kruseman-Smit NJM. Fysische diagnostiek - het vaginaal toucher. Ned Tijdschr Geneeskd 2001;145:2115-20.
- 26.Fraser IS, Critchley HOD, Broder M, Munro MG. The FIGO recommendations on terminologies and definitions for normal and abnormal uterine bleeding. Semin Reprod Med 2011a;29:383-90.
- 27.Fraser IS, Parke S, Mellinger U, Machlitt A, Serrani M, Jensen J. Effective treatment of heavy and/or prolonged menstrual bleeding without organic cause: pooled analysis of two multinational, randomised, double-blind, placebo-controlled trials of oestradiol valerate and dienogest. Eur J Contracept Reprod Health Care 2011b;16:258-69.
- 28.Gannon MJ, Day P, Hammadieh N, Johnson N. A new method for measuring menstrual blood loss and its use in screening women before endometrial ablation. Br J Obstet Gynaecol 1996;103:1029-33.
- 29.Gelmon K. One step forward or one step back with tamoxifen? Lancet 2000;356:868-9.
- 30.Gleeson NC. Cyclic changes in endometrial tissue plasminogen activator and plasminogen activator inhibitor type 1 in women with normal menstruation and essential menorrhagia. Am J Obstet Gynecol 1994;171:178-83.
- 31.Gredmark T, Kvint S, Havel G, Mattsson LA. Histopathological findings in women with postmenopausal bleeding. Br J Obstet Gynaecol 1995;102:133-6.
- 32.Grimes DA, Hubacher D, Lopez LM, Schulz KF. Non-steroidal anti-inflammatory drugs for heavy bleeding or pain associated with intrauterine-device use. Cochrane Database Syst Rev 2006;CD006034.
- 33.Grossman MP, Nakajima ST. Menstrual cycle bleeding patterns in cigarette smokers. Contraception 2006;73:562-5.
- 34.Gull B, Karlsson B, Milsom I, Granberg S. Can ultrasound replace dilation and curettage? A longitudinal evaluation of postmenopausal bleeding and transvaginal sonographic measurement of the endometrium as predictors of endometrial cancer. Am J Obstet Gynecol 2003;188:401-8.
- 35.Gupta J, Kai J, Middleton L, Pattison H, Gray R, Daniels J. Levonorgestrel intrauterine system versus medical therapy for menorrhagia. N Engl J Med 2013;368:128-37.
- 36.Hallberg L, Nilsson L. Constancy of individual menstrual blood loss. Acta Obstet Gynecol Scand 1964;43:352-9.
- 37.Hallberg L, Hogdahl AM, Nilsson L, Rybo G. Menstrual blood loss - a population study. Variation at different ages and attempts to define normality. Acta Obstet Gynecol Scand 1966;45:320-51.
- 38.Haynes PJ, Anderson ABM, Turnbull AC. Patterns of menstrual blood loss in menorrhagia. Res Clin Forums 1979;1:73-8.
- 39.Hehenkamp WJ, Volkers NA, Birnie E, Reekers JA, Ankum WM. Symptomatic uterine fibroids: treatment with uterine artery embolization or hysterectomy - results from the randomized clinical Embolisation versus Hysterectomy (EMMY) Trial. Radiology 2008;246:823-32.
- 40.Hein K. The first pelvic examination and common gynecological problems in adolescent girls. Women Health 1984;9:47-63.
- 41.Hickey M, Higham JM, Fraser I. Progestogens with or without oestrogen for irregular uterine bleeding associated with anovulation. Cochrane Database Syst Rev 2012;9:CD001895.
- 42.Higham JM, Shaw RW. Clinical associations with objective menstrual blood volume. Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol 1999;82:73-6.
- 43.Hoekstra EH, Kranenborg R. Rituelen in religieus Nederland. Gebruiken van joden, christenen, moslims, hindoes en boeddhisten in belangrijke levensfasen. Baarn: Ten Have, 2001.
- 44.Hunter JA, Blyth TH. A risk-benefit assessment of intra-articular corticosteroids in rheumatic disorders. Drug Saf 1999;21:353-65.
- 45.Hurskainen R, Aalto AM, Teperi J, Grenman S, Kivela A, Kujansuu E, et al. Psychosocial and other characteristics of women complaining of menorrhagia, with and without actual increased menstrual blood loss. BJOG 2001;108:281-5.
- 46.Inki P, Hurskainen R, Palo P, Ekholm E, Grenman S, Kivela A, et al. Comparison of ovarian cyst formation in women using the levonorgestrel-releasing intrauterine system vs. hysterectomy. Ultrasound Obstet Gynecol 2002;20:381-5.
- 47.Janssen CA, Scholten PC, Heintz AP. A simple visual assessment technique to discriminate between menorrhagia and normal menstrual blood loss. Obstet Gynecol 1995;85:977-82.
- 48.Janssen CA, Scholten PC, Heintz AP. Menorrhagia-a search for epidemiological risk markers. Maturitas 1997;28:19-25.
- 49.Janssen CA, Scholten PC, Heintz AP. Reconsidering menorrhagia in gynecological practice. Is a 30-year-old definition still valid? Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol 1998;78:69-72.
- 50.Johnson CA. Making sense of dysfunctional uterine bleeding. Am Fam Physician 1991;44:149-57.
- 51.Kadir RA, Economides DL, Sabin CA, Owens D, Lee CA. Frequency of inherited bleeding disorders in women with menorrhagia. Lancet 1998;351:485-9.
- 52.Kaunitz AM. Progestin-releasing intrauterine systems and leiomyoma. Contraception 2007;75:S130-S133.
- 53.Ker K, Edwards P, Perel P, Shakur H, Roberts I. Effect of tranexamic acid on surgical bleeding: systematic review and cumulative meta-analysis. BMJ 2012;344:e3054.
- 54.KNMP. Informatorium Medicamentorum. http://www.knmp.nl/downloads/producten-diensten/farmacotherapie/informatorium-medicamentorum/im-update-2013.
- 55.Krassas GE, Pontikides N, Kaltsas T, Papadopoulou P, Batrinos M. Menstrual disturbances in thyrotoxicosis. Clin Endocrinol (Oxf) 1994;40:641-4.
- 56.Krassas GE, Pontikides N, Kaltsas T, Papadopoulou P, Paunkovic J, Paunkovic N, et al. Disturbances of menstruation in hypothyroidism. Clin Endocrinol (Oxf) 1999;50:655-9.
- 57.Krettek JE, Arkin SI, Chaisilwattana P, Monif GR. Chlamydia trachomatis in patients who used oral contraceptives and had intermenstrual spotting. Obstet Gynecol 1993;81:728-31.
- 58.Lareb. Triamcinoloninjecties en postmenopauzaal bloedverlies 2013. http://www.lareb.nl/getdoc/9462d615-ddac-46e8-8e93-d747d04c80e4/Home.aspx.
- 59.Lethaby A, Hickey M, Garry R, Penninx J. Endometrial resection/ablation techniques for heavy menstrual bleeding. Cochrane Database Syst Rev 2009;CD001501.
- 60.Lethaby A, Augood C, Duckitt K, Farquhar C. Nonsteroidal anti-inflammatory drugs for heavy menstrual bleeding. Cochrane Database Syst Rev 2013;CD000400.
- 61.Lieng M, Istre O, Sandvik L, Engh V, Qvigstad E. Clinical effectiveness of transcervical polyp resection in women with endometrial polyps: randomized controlled trial. J Minim Invasive Gynecol 2010;17:351-7.
- 62.Loffer FD. Three-year comparison of thermal balloon and rollerball ablation in treatment of menorrhagia. J Am Assoc Gynecol Laparosc 2001;8:48-54.
- 63.Lukes AS, Moore KA, Muse KN, Gersten JK, Hecht BR, Edlund M, et al. Tranexamic acid treatment for heavy menstrual bleeding: a randomized controlled trial. Obstet Gynecol 2010;116:865-75.
- 64.Magalhães J, Aldrighi JM, De Lima GR. Uterine volume and menstrual patterns in users of the levonorgestrel-releasing intrauterine system with idiopathic menorrhagia or menorrhagia due to leiomyomas. Contraception 2007;75:193-8.
- 65.Mäkäräinen L, Ylikorkala O. Primary and myoma-associated menorrhagia: role of prostaglandins and effect of ibuprofen. Br J Obstet Gynaecol 1986;93:974-8.
- 66.Marshall LM, Spiegelman D, Barbieri RL, Goldman MB, Manson JE, Colditz GA, et al. Variation in the incidence of uterine leiomyoma among premenopausal women by age and race. Obstet Gynecol 1997;90:967-73.
- 67.Matytsina LA, Zoloto EV, Sinenko LV, Greydanus DE. Dysfunctional uterine bleeding in adolescents: concepts of pathophysiology and management. Prim Care 2006;33:503-15.
- 68.Nielen MMJ, Spronk I, Davids R, Zwaanswijk M, Verheij RA, Korevaar JC. Verantwoording incidentie en prevalentie cijfers van gezondheidsproblemen in de Nederlandse huisartsenpraktijk in 2012. NIVEL. http://www.nivel.nl/NZR/symptomen-en-aandoeningen, geraadpleegd april 2014.
- 69.Nilsson L, Rybo G. Treatment of menorrhagia. Am J Obstet Gynecol 1971;110:713-20.
- 70.Nivel. Zorgregistraties eerste lijn. http://www.nivel.nl/NZR/zorgregistraties-eerstelijn.
- 71.NVOG. Richtlijn Diagnostiek bij abnormaal bloedverlies in de postmenopauze (2003). http://nvog-documenten.nl/index.php?pagina=/richtlijn/pagina.php&fSelectTG_62=75&fSelectedSub=62&fSelectedParent=75, geraadpleegd augustus 2013.
- 72.NVOG. Richtlijn Hevig menstrueel bloedverlies (HMB) (2013). http://nvog-documenten.nl/uploaded/docs/Richtlijn%20Hevig%20Menstrueel%20Bloedverlies%20ws%202013.pdf, geraadpleegd augustus 2013.
- 73.O’Flynn N. Menstrual symptoms: the importance of social factors in women’s experiences. Br J Gen Pract 2006;56:950-7.
- 74.Okkes I, Oskam S, Van Boven K, Lamberts H. EFP: episodes of care in family practice. Epidemiological data based on the routine use of the International Classification of Primary Care (ICPC) in the Transition Project of the University of Amsterdam (1985-2003) [CD-rom]. Amsterdam: AMC, 2005.
- 75.Oncoline. Endometriumcarcinoom (2011). http://www.oncoline.nl/endometriumcarcinoom, geraadpleegd oktober 2013.
- 76.Oncoline. Mammacarcinoom (2012). http://www.oncoline.nl/mammacarcinoom, geraadpleegd oktober 2013.
- 77.Ozdegirmenci O, Kayikcioglu F, Akgul MA, Kaplan M, Karcaaltincaba M, Haberal A, et al. Comparison of levonorgestrel intrauterine system versus hysterectomy on efficacy and quality of life in patients with adenomyosis. Fertil Steril 2011;95:497-502.
- 78.Peitsidis P, Kadir RA. Antifibrinolytic therapy with tranexamic acid in pregnancy and postpartum. Expert Opin Pharmacother 2011;12:503-16.
- 79.Pharos. Focal point Meisjesbesnijdenis. http://www.meisjesbesnijdenis.nl, geraadpleegd 2007.
- 80.Polena V, Mergui JL, Perrot N, Poncelet C, Barranger E, Uzan S. Long-term results of hysteroscopic myomectomy in 235 patients. Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol 2007;130:232-7.
- 81.Pron G, Cohen M, Soucie J, Garvin G, Vanderburgh L, Bell S. The Ontario Uterine Fibroid Embolization Trial. Part 1. Baseline patient characteristics, fibroid burden, and impact on life. Fertil Steril 2003;79:112-9.
- 82.Rees MC, Anderson AB, Demers LM, Turnbull AC. Prostaglandins in menstrual fluid in menorrhagia and dysmenorrhoea. Br J Obstet Gynaecol 1984;91:673-80.
- 83.Richters A. Etnische pluriformiteit en kwaliteit van zorg op twee grootstedelijke poliklinieken gynaecologie/verloskunde. Onderzoeksverslag. Leiden: LUMC, 2003.
- 84.Rosenberg MJ, Waugh MS, Stevens CM. Smoking and cycle control among oral contraceptive users. Am J Obstet Gynecol 1996;174:628-32.
- 85.Rybo G. Menstrual blood loss in relation to parity and menstrual pattern. Acta Obstet Gynecol Scand 1966a;45:Suppl 7:25-45.
- 86.Rybo G. Plasminogen activators in the endometrium. II. Clinical aspects. Variation in the concentration of plasminogen activators during the menstrual cycle and its relation to menstrual blood loss. Acta Obstet Gynecol Scand 1966b;45:429-50.
- 87.Rybo G, Hallberg L. Influence of heredity and environment on normal menstrual blood loss. A study of twins. Acta Obstet Gynecol Scand 1966c;45:389-410.
- 88.Sangkomkamhang US, Lumbiganon P, Laopaiboon M, Mol BW. Progestogens or progestogen-releasing intrauterine systems for uterine fibroids. Cochrane Database Syst Rev 2013;2:CD008994.
- 89.Santer M, Warner P, Wyke S. A Scottish postal survey suggested that the prevailing clinical preoccupation with heavy periods does not reflect the epidemiology of reported symptoms and problems. J Clin Epidemiol 2005;58:1206-10.
- 90.Shankar M, Lee CA, Sabin CA, Economides DL, Kadir RA. Von Willebrand disease in women with menorrhagia: a systematic review. BJOG 2004;111:734-40.
- 91.Shapley M, Jordan K, Croft PR. An epidemiological survey of symptoms of menstrual loss in the community. Br J Gen Pract 2004;54:359-63.
- 92.Smith SK, Abel MH, Kelly RW, Baird DT. Prostaglandin synthesis in the endometrium of women with ovular dysfunctional uterine bleeding. Br J Obstet Gynaecol 1981;88:434-42.
- 93.Soguktas S, Cogendez E, Kayatas SE, Asoglu MR, Selcuk S, Ertekin A. Comparison of saline infusion sonohysterography and hysteroscopy in diagnosis of premenopausal women with abnormal uterine bleeding. Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol 2012;161:66-70.
- 94.Sowter MC, Lethaby A, Singla AA. Pre-operative endometrial thinning agents before endometrial destruction for heavy menstrual bleeding. Cochrane Database Syst Rev 2002;CD001124.
- 95.Soysal S, Soysal ME. The efficacy of levonorgestrel-releasing intrauterine device in selected cases of myoma-related menorrhagia: a prospective controlled trial. Gynecol Obstet Fertil 2005;59:29-35.
- 96.Speroff L, Fritz MA. Clinical gynaecologic endocrinology and infertility. Baltimore (MD): Lippinicott Williams & Wilkins, 2005.
- 97.Sundström A, Seaman H, Kieler H, Alfredsson L. The risk of venous thromboembolism associated with the use of tranexamic acid and other drugs used to treat menorrhagia: a case-control study using the General Practice Research Database. BJOG 2009;116:91-7.
- 98.Timmermans A, Van Doorn LC, Opmeer BC, Kroeks MVAM, Duk MJ, Bouwmeester AM, et al. Follow-up of women after a first episode of postmenopausal bleeding and endometrial thickness greater than 4 millimeters. Obstet Gynecol 2008;111:137-43.
- 99.Timmermans A, Opmeer BC, Khan KS, Bachmann LM, Epstein E, Clark TJ, et al. Endometrial thickness measurement for detecting endometrial cancer in women with postmenopausal bleeding: a systematic review and meta-analysis. Obstet Gynecol 2010;116:160-7.
- 100.Treloar AE, Boynton RE, Behn BG, Brown BW. Variation of the human menstrual cycle through reproductive life. Int J Fertil 1967;12:77-126.
- 101.Van Bergen JEAM, Götz HM, Richardus JH, Hoebe CJPA, Broer J, Coenen AJJ. Chlamydia trachomatis-infecties in 4 regio’s in Nederland: resultaten van een bevolkingsonderzoek via de GGD en implicaties voor screening. Ned Tijdschr Geneeskd 2005;149:2167-74.
- 102.Van der Kooij SM, Bipat S, Hehenkamp WJK, Ankum WM, Reekers JA. Uterine artery embolization versus surgery in the treatment of symptomatic fibroids: a systematic review and meta analysis. Am J Obstet Gynecol 2011;205:317-8.
- 103.Van der Windt DA, Koes BW, Deville W, Boeke AJ, de Jong BA, Bouter LM. Effectiveness of corticosteroid injections versus physiotherapy for treatment of painful stiff shoulder in primary care: randomised trial. BMJ 1998;317:1292-6.
- 104.Van Doorn HC, Timmermans A, Opmeer BC, Kruitwagen RFMP, Dijkhuizen FPHL, Kooi GS, et al. What is the recurrence rate of postmenopausal bleeding in women who have a thin endometrium during a first episode of postmenopausal bleeding? Acta Obstet Gynecol Scand 2008;87:89-93.
- 105.Van Eijkeren MA, Christiaens GC, Haspels AA, Sixma JJ. Measured menstrual blood loss in women with a bleeding disorder or using oral anticoagulant therapy. Am J Obstet Gynecol 1990;162:1261-3.
- 106.Van Eijkeren MA, Christiaens GC, Geuze JJ, Haspels AA, Sixma JJ. Morphology of menstrual hemostasis in essential menorrhagia. Lab Invest 1991;64:284-94.
- 107.Vercellini P, Zaina B, Yaylayan L, Pisacreta A, De Giorgo O, Crosignani PG. Hysteroscopic myomectomy: long-term effects on menstrual pattern and fertility. Obstet Gynecol 1999;94:341-7.
- 108.Vink CW, Labots-Vogelesang SM, Lagro-Janssen AL. Meer menstruatieklachten bij vrouwen met seksueel misbruik in de anamnese. Ned Tijdschr Geneeskd 2006;150:1886-90.
- 109.Volkers NA, Hehenkamp WJ, Birnie E, Ankum WM, Reekers JA. Uterine artery embolization versus hysterectomy in the treatment of symptomatic uterine fibroids: 2 years’ outcome from the randomized EMMY trial. Am J Obstet Gynecol 2007;196:519-11.
- 110.Warner PE, Critchley HO, Lumsden MA, Campbell-Brown M, Douglas A, Murray GD. Menorrhagia II: is the 80-mL blood loss criterion useful in management of complaint of menorrhagia? Am J Obstet Gynecol 2004;190:1224-9.
- 111.Wegienka G, Baird DD, Hertz-Picciotto I, Harlow SD, Steege JF, Hill MC, et al. Self-reported heavy bleeding associated with uterine leiomyomata. Obstet Gynecol 2003;101:431-7.
- 112.Wise LA, Palmer JR, Stewart EA, Rosenberg L. Age-specific incidence rates for self-reported uterine leiomyomata in the Black Women’s Health Study. Obstet Gynecol 2005;105:563-8.
- 113.Yang JH, Chen MJ, Chen CD, Chen CL, Ho HN, Yang YS. Impact of submucous myoma on the severity of anemia. Fertil Steril 2011;95:1769-72.
- 114.Ylikorkala O, Pekonen F. Naproxen reduces idiopathic but not fibromyoma-induced menorrhagia. Obstet Gynecol 1986;68:10-2.
- 115.Zakherah MS, Sayed GH, El-Nashar SA, Shaaban MM. Pictorial blood loss assessment chart in the evaluation of heavy menstrual bleeding: diagnostic accuracy compared to alkaline hematin. Gynecol Obstet Invest 2011;71:281-4.
Reacties (2)
Van Bergen signaleert een mogelijke inconsistentie tussen de adviezen in de NHG-Standaarden Vaginaal Bloedverlies en Het soa-consult. Bij de standaard Vaginaal bloedverlies is de ingangsklacht abnormaal vaginaal bloedverlies en niet de angst voor of het vermoeden van een soa of fluorklachten. De standaard benoemt nadrukkelijk het verhoogde risico op chlamydia bij intermenstrueel bloedverlies en contactbloedingen. Het advies is een risicoschatting op soa te doen en afhankelijk daarvan te testen op chlamydia. Er zijn immers zeker situaties denkbaar waarbij het risico op soa (vrijwel) uitgesloten is, zoals intermenstrueel bloedverlies bij afwezigheid van seksuele contacten. Bij patiënten met intermenstrueel bloedverlies uit hoog-risico groepen zal –conform de standaard Het soa-consult- onderzoek naar de big five overwogen moeten worden, evenals bij patiënten met een aangetoonde chlamydia-infectie.
Om verwarring te voorkomen zal de werkgroep de tekst in de webversie van de standaard op dit punt verduidelijken.
De werkgroep Vaginaal bloedverlies
- Login om te reageren
Met interesse las ik de herziening van de standaard Vaginaal bloedverlies.
Opmerkelijk vind ik dat deze standaard adviseert bij post-coitaal en intermenstrueel bloedverlies een chlamydiatest te verrichten indien er een risico op soa is. Hiervoor wordt - onterecht - verwezen naar de NHG standaard Het soaconsult ( herzien 2013).
De herziene NHG standaard Het soaconsult (2013) baseert diagnostisch handelen echter op een risicoschatting. Infecties met Chlamydia trachomatis komen het meest voor in Nederland, en zijn breed verspreid met name onder jongeren. De soa-standaard adviseert dan ook een chlamydiatest indien geen sprake is van additioneel risico. Onder hoog-risicogroepen komen ook andere soa vaker voor en is het advies om testen op de big-5 te overwegen: chlamydia, gonorroe, hiv, syfilis en hepatitis. Bij een patiente uit een risicogroep met post-coitaal of intermenstrueel bloedverlies is naast een chlamydia test dus ook een gonorroetest aangewezen om aan te tonen of uit te sluiten of er sprake is van een chlamydia en/of gonorrhoeische cervicitis of endometritis/PID.
Dit lijkt dus een omissie in deze herziening van de standaard Vaginaal bloedverlies.
Welke test bij welk risicoprofiel is af te lezen in de beslisboom die door de Huisartsadviesgroep Seksuele Gezondheid (seksHAG) is uitgebracht bij het verschijnen van de herziene NHG soa-standaard. Zie: https://sekshag.nhg.org/sites/default/files/content/sekshag/uploads/bes…
Jan van Bergen, huisarts
- Login om te reageren