In het journaalbericht Nurse practitioners zijn kosteneffectief worden enkele beroepsaanduidingen gehanteerd (H&W 2005:48;261). Nurse, nurse practitioner, praktijkverpleegkundige en praktijkondersteuner lijken in dit journaal allemaal over hetzelfde competentieniveau te beschikken of gelijk gehonoreerd te worden. Naar mijn informatie is dit niet het geval. Dat secundaire preventietaken in goede handen zijn bij verpleegkundigen zou worden aangetoond door deze professionele zorg te vergelijken met ‘gewone zorg’. De resultaten zijn spectaculair. Is de in dit onderzoek bedoelde Engelse ‘gewone zorg’ wel vergelijkbaar met onze Nederlandse huisartsengeneeskunde? Is de Engelse nurse in dit onderzoek gelijk aan de gewenste praktijkverpleegkundige op master-, bachelor of mbo-niveau; of gaat het de hoofdredacteur om de doktersassistent of de doktersassistent-plus of de PO’er? Kortom een interessante kop, die om nadere uitleg vraagt alvorens dit gegeven in alle Nederlandse huisartsenpraktijken kan worden ingevoerd. P.J.M. Koopman, verpleegkundige
Reacties
Er zijn nog geen reacties.