Pityriasis rosea behandelen of afwachten?

Pityriasis rosea begint vaak met een enkele roze-schilferende grote plek, ook wel ‘herald patch’ of ‘plaque-mère’ genoemd. De oorzaak is onbekend, maar sommige patiënten tonen vooraf een grieperig beeld, vandaar de naam ‘huidgriep’. De werking van aciclovir berust op de hypothese dat het herpesvirus 6 en 7 mogelijke veroorzakers zijn. De werking van macrolide antibiotica is vooral anti-inflammatoir.

De auteurs van deze cochranereview includeerden 14 onderzoeken met in totaal 761 patiënten. Azitromycine en claritromycine leken geen vermindering van jeuksymptomen en huiduitslag te geven ten opzichte van placebo. Eén onderzoek (n = 34) liet zien dat erytromycine jeuk vermindert (gemiddelde verschil 3,95; 95%-BI 3,37 tot 4,53; schaal 0-10; bewijskracht matig). De resultaten van de drie trials (n = 141) naar aciclovir (5 x daags 400 tot 800 mg gedurende 1 week) lieten een vermindering van de huiduitslag zien, beoordeeld door een arts na 2 weken (RR 2,45; 95%-BI 1,33 tot 4,53; bewijskracht matig). Voor verlichting van de jeuk waren de resultaten tegenstrijdig. Bij beide behandelingen was er geen verhoogde kans op bijwerkingen. Er werd geen goed onderzoek uitgevoerd naar het gebruik van lokale corticosteroïden en antihistaminica.

Gezien het zelflimiterende karakter van pityriasis rosea en het beperkte onderzoek dat is verricht naar de behandeling, is het huidige advies van afwachten met eventuele symptoombestrijding op zijn plaats. Tegen de jeuk kunt u middelen als koelzalf of mentholgel adviseren. Voor patiënten die sneller van de storende rash af willen, kan aciclovir een optie zijn. De optimale dosering (400 of 800 mg) is echter nog onduidelijk.