Pneumokokkenvaccin tegen oorontsteking

In 2006 is pneumokokkenvaccinatie toegevoegd aan het Rijksvaccinatieprogramma. Aanvankelijk ging het om PCV7, een heptavalent geconjugeerd vaccin met kapselpolysachariden van zeven pneumokokkentypes, en vanaf 2010 om PCV10. Vaccinatie tegen pneumokokken heeft ernstige invasieve pneumokokkenziekte (meningitis, sepsis) flink verminderd. Mogelijk helpt vaccinatie ook om otitis media acuta (OMA) te voorkomen.

Fortanier et al. hebben deze hypothese over OMA getoetst in een cox proportional hazard analyse, met de HIS-data van 18.237 kinderen die werden geboren tussen 2004 en 2015. Zij verdeelden de kinderen naar geboortejaar in drie groepen: januari 2004-maart 2006 (geen vaccinatie), april 2006-februari 2011 (PCV7), maart 2011-februari 2015 (PCV10). Van de kinderen tot vier jaar maakte ten minste 38% één OMA-episode door. De duur tot de eerste OMA-episode was het langst in de PCV10-groep. Van de kinderen had 30% een eerste OMA-episode na respectievelijk 20, 17 en 15 maanden (log rank test p < 0,001) in de PCV10-, PVC7-en geen-vaccinatiegroep. In de PCV10-groep hadden kinderen een 21% lagere kans op OMA dan in de geen-vaccinatiegroep. PVC7 en PVC10 verminderden het aantal recidieven echter niet. De auteurs concluderen dat pneumokokkenvaccinatie bij kinderen OMA vermindert en dat dit vooral komt door preventie van een eerste episode.