Ik zat laatst naast Theo, onze wijkverpleegkundige, vrijdag 16.45 uur. Na zijn werk vandaag overdag heeft hij het hele weekend dienst. Zijn programma in de wijk loopt tot vanavond 22.30 uur. En ik had hem nodig voor een hoog klysma, vandaag. Daarvoor is een uitvoeringsverzoek nodig, want een uitvoerige verwijsbrief is onvoldoende, hoewel mijn verwijsbrieven meer informatie bevatten. Printen, invullen, faxen, de familie weer bellen. Theo doet het vanavond. Dat wordt dus om 23.30 thuis, zaterdag vroeg op en de wijk weer in. Toen moest het verzoek worden ingevoerd in de computer, in het CIZ-systeem. Dat ritueel heb ik nu een keer mogen zien. De partnergegevens moeten erbij – geheel overbodig, de vrouw is dement en kan niet mantelzorgen – weer postcode en huisnummer invoeren. Het betrof een eenmalig hoog klysma maar dat pakte het systeem niet. Dat wordt niet vergoed, dat moet blijkbaar gratis. Dus hebben we er een wekelijks klysma van gemaakt, einddatum over een week, dat pakte wel. Administratietijd vijftien minuten werk, voor één duidelijke verpleegkundige handeling. Dit is één van de vijftien klanten die hij vandaag moet zien. Hij zal vanavond nog sneller moeten eten voordat hij de wijk weer in gaat. Hieruit is een betoog ontstaan over hoe het indiceren volgens die twee wetten, WMO en AWBZ, volgens mij kan worden gewijzigd. Waar ik moet beginnen om deze ideeën te laten landen en met welke pet op – dokter of raadslid – weet ik langzamerhand niet meer. Ik heb het maar hier en daar op een bureau neergelegd. We zullen zien. Nico van Duijn
Reacties
Er zijn nog geen reacties.