Nieuws

Prostaatkankervrees

Gepubliceerd
10 maart 2007

PSA-screening bij mannen met een levensverwachting van minder dan 10 jaar heeft weinig zin en wordt dan ook in richtlijnen afgeraden. Toch blijkt uit Amerikaans onderzoek gepubliceerd in de JAMA dat de gezondheidstoestand voor screening in de VS weinig uitmaakt. Walter et al. deden verslag van een cohortonderzoek onder bijna 600.000 mannen ouder dan 70 jaar bij wie PSA werd bepaald zonder dat zij klachten, prostaatcarcinoom of een voorgeschiedenis met verhoogde PSA hadden. Zij bekeken of levensverwachting van invloed was op het bepalen van de PSA. De levensverwachting werd ingeschat aan de hand van leeftijd en gezondheidstoestand van de betrokken mannen. Zesenvijftig procent van de mannen bleek op PSA te zijn gescreend. Hoewel er bij oudere mannen minder tests werden aangevraagd was deze daling minder dan op basis van het stijgen van de jaren verwacht zou mogen worden. Verder bleek de gezondheidstoestand weinig relatie te hebben met het bepalen van de PSA. Zo werd onder de 85-plussers 34% van de mannen met een goede gezondheidstoestand getest en zelfs 36% van de groep met een slechte gezondheidstoestand. Huwelijkse status en woonregio bleken sterkere voorspellers voor de bepaling van het PSA dan de gezondheidstoestand. Verklaringen voor deze resultaten worden gezocht in de druk vanuit de media ten aanzien van PSA-tests, de (Amerikaanse) angst voor juridische procedures bij het missen van een diagnose en het feit dat mannen in een matige conditie een hogere medische consumptie hebben en sneller een bloedonderzoek ondergaan. Als mogelijke barrières voor verandering zien de auteurs het ontbreken van parameters om in de dagelijkse praktijk tot een adequate schatting van de levensverwachting te komen en de eventuele weerstand bij de artsen om deze toe te passen. (RW)

Literatuur

  • 1.Walter LC, et al. PSA screening among elderly men with limited life expectancies. JAMA 2005;296:2336-42.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen