Nieuws

Screening borstkanker

Gepubliceerd
6 juli 2010

In de rubriek Import stond eerder dit jaar een bijdrage van Ferdinand Schreuder ‘Screening op borstkanker: doen of laten?’ (Huisarts Wet 2010,53:174). Daar voeg ik graag iets aan toe. Zelfs al zou het zo zijn dat borstkankerscreening op geen enkele collectieve uitkomstmaat een voordeel zou opleveren, dan nog is het mogelijk dat een individuele vrouw gebaat kan zijn bij screening. De screening is te vergelijken met een loterij. De vrouw wier leven wordt gespaard wint dankzij de screening de hoofdprijs. De vrouwen die daarentegen ten onrechte het hele behandelingsprotocol moeten doorlopen betalen het gelag. In die zin deel ik dan ook de conclusie van de auteur dat screening op individueel niveau mogelijk het overwegen waard is, zelfs als er epidemiologisch gezien nauwelijks sprake is van voordeel. Echter, een op de drie bij screening vastgestelde borstkankerdiagnosen betreft overdiagnostiek en dat besef helpt een individuele vrouw niet om tot een weloverwogen keuze voor deelname te komen. Daarvoor is preciezere informatie nodig, bijvoorbeeld over hoeveel per 1000 gescreende vrouwen het leven gered zal worden ten opzichte van niet-gescreende vrouwen en hoeveel van deze 1000 gescreende vrouwen een behandeling moeten ondergaan waar ze uiteindelijk geen voordeel van ondervinden. De auteur wijst erop dat de folder van het Bevolkingsonderzoek borstkanker genuanceerder zou kunnen. Het RIVM is er als uitvoeringsorgaan duidelijk niet bij gebaat om vrouwen echt aan het twijfelen te brengen. Ook de onlangs gereviseerde folder bevat onduidelijke, en deels ook onjuiste, informatie waardoor het voordeel van screenen wordt benadrukt en de nadelen onderbelicht blijven. Het is welbeschouwd de hoogste tijd dat het NHG zelf een patiëntenfolder maakt met daarin alle beschikbare evidence-based informatie, inclusief alle wetenschappelijke onzekerheden. De plicht tot ‘informed consent’ berust niet uitsluitend bij het RIVM! Willem van der Krol

Reacties (1)

Naam onbekend (niet gecontroleerd) 14 juli 2010

In zijn ingezonden brief 'Screening borstkanker' pleit Willem van der Krol voor een eigen patiëntenfolder van het NHG over borstkankerscreening. Hij beschouwt de huidige voorlichting door het RIVM als niet adequaat. De vraag is echter of de patiënt erbij gebaat is als zij vanuit verschillende instanties tegenstrijdige informatie krijgt. Het zal voor haar moeilijk zijn te beoordelen welke informatie zij kan vertrouwen. Deze onduidelijkheid is eerder al ontstaan rondom de vaccinatie tegen HPV.
Concluderend denk ik dat het NHG een betere bijdrage kan leveren aan goede, objectieve en wetenschappelijk gefundeerde informatieverstrekking aan patiënten door hiervoor samen te werken met het RIVM. Een duidelijke, breed gedragen folder met correcte informatie is beter dan een veelvoud aan opinies van instanties die het niet met elkaar eens zijn.

Verder lezen