Er zijn verschillende opvattingen over speengebruik bij borstvoeding. Het gebruik van een speen zou door een andere zuigtechniek kunnen leiden tot ‘speen-tepelverwarring'. Ook zouden baby's met speen minder vaak aangelegd worden, waardoor de productie van moedermelk mogelijk achterblijft en eerder wordt overgegaan op flesvoeding. Er zijn echter heel wat baby's met borstvoeding én speen groot geworden.
In een recente Cochrane-review probeerden onderzoekers feiten van fabels te scheiden. Zij vonden twee kwalitatief goede, gerandomiseerde onderzoeken naar het effect van een speen op de duur van borstvoeding bij in totaal 1302 zuigelingen. In het eerste, grootste onderzoek werden moeders geïncludeerd en hun zuigelingen vanaf de leeftijd van 2 weken (als de borstvoeding op gang was). Zij kregen ofwel een pakketje met 6 spenen, of uitgebreide informatie om hun baby te troosten zonder het gebruik van een speen. Na 3 maanden bleek er geen verschil tussen beide groepen in de duur en het voortzetten van de borstvoeding. In het tweede onderzoek werden 281 moeders onderzocht vanaf de geboorte van hun kind. Zij werden gerandomiseerd tussen uitgebreide uitleg om hun kind te troosten mét, dan wel zónder gebruik van een speen. Ook hier bleek er gedurende de eerste 3 maanden geen verschil te zijn in de duur van de borstvoeding. De auteurs concluderen dat het gebruik van een speen vanaf de geboorte geen invloed heeft op het slagen van borstvoeding. Het geven van een speentje in de eerste drie maanden kan dus geen kwaad. Of dit ook geldt als de borstvoeding nog op gang moet komen, is echter slechts in één, vrij klein onderzoek bekeken. Bij borstvoedingsproblemen in de eerste weken lijkt terughoudendheid in het aanbieden van een speen dus nog op zijn plaats. (Linda Bröker)
Literatuur
- 1.Jaafar SH, et al. Pacifier use versus no pacifier use in breastfeeding term infants for increasing duration of breastfeeding (review). Cochrane Database Syst Rev 2011;3:CD007202.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.