Waar de nood het hoogst is

In een recent advies boog de Gezondheidsraad zich over de medische onderzoeksagenda voor de komende jaren. Bijzonder aan het rapport is dat men primair te rade ging bij eindgebruikers, in de terminologie van het rapport de geheten. Verspreid over vijftien ziektegebieden werd patiënten en hulpverleners gevraagd welke nog niet bestaande medische producten het meest nodig zijn. Op deze wijze hoopt men te bereiken dan innovaties niet meer primair worden gestuurd door de agenda’s van universitaire of industriële onderzoekers (de ). De raadpleging van patiënten leverde vele interessante suggesties op zoals een apparaat voor bewegingsanalyse, methoden voor kraakbeen- en botregeneratie, stamceltherapie voor de hartspier, een effectief middel tegen littekenjeuk (bij brandwonden) en verbeterde navigatiesystemen (voor slechtzienden). Huisartsen bleken onder andere te hechten aan betere toedieningsvormen van medicatie bij polyfarmacie, verbeterde informatiesystemen tussen huisartsen onderling en tussen huisartsen en patiënten, en verbeterde diagnostische mogelijkheden voor de huisarts zoals een echoapparaat met beeldherkenning. Mantelzorgers noemden middelen ter vergroting van de zelfstandigheid en domotica voor zorg op afstand (GPS, sensoren en software). De aangedragen patiëntenwensen werden nadien door de commissie geprioriteerd aan de hand van een vijftal criteria: gezondheidswinst, omvang van de doelgroep, kosten per patiënt, arbeidsbesparing en marktfalen. Bedoeling van de hele exercitie is dat een en ander leidt tot een nieuw metaprogramma ‘Innovatieve medische producten’, dat over bestaande onderzoeksprogramma’s wordt gelegd zodat de echte noden van de eindgebruikers tot een oplossing worden gebracht. En nu maar hopen dat de onderzoeksagenda maakbaar is en de producten oplevert die men zich wenst. (Tjerk Wiersma)