Alle nummers
Archief tijdschrift

2024, nummer 10

Jaargang
67

Nieuws

  • Hart- en vaatziekten bij ADHD-medicatie

    ADHD-medicatie kan de hartslag en bloeddruk verhogen. Vooralsnog bleef onduidelijk of dat op langere termijn tot meer hart- en vaatziekten leidt. Een grootschalig patiënt-controleonderzoek toont nu een verband tussen langdurig medicatiegebruik en een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Hoewel een oorzakelijk verband niet bewezen is, lijkt voorzichtigheid geboden.

  • Ontlast POH-ggz de zorg?

    Sinds de komst van de praktijkondersteuner ggz (POH-ggz) wordt steeds vaker een beroep op hen gedaan. Leidt dit ook tot minder behandeltrajecten in de basis-ggz en specialistische ggz? Recent observationeel onderzoek suggereert van wel.

  • Vapen is het nieuwe zitten

    ‘Zitten is het nieuwe roken’, hoor je wel eens. Volgens sommige wetenschappers zitten we dusdanig veel dat de nadelige gezondheidseffecten daarvan (op populatieniveau) vergelijkbaar zijn met roken.

  • Weinig gezamenlijke besluitvorming door aiossen

    Video-opnames van consulten laten zien dat aiossen huisartsgeneeskunde maar in zeer beperkte mate gezamenlijke besluitvorming (shared decision making, SDM) toepassen. Toch gaven aiossen en met name patiënten na de consulten aan wel het gevoel te hebben dat er sprake was van SDM.

  • Vitamientjes?

    Wanneer gaat eindelijk die bel en is de les voorbij? Haar vingers trillen. Ze moet die Strawberry Ice proeven.

  • Diagnose hypertensie wordt te snel gesteld

    Het is bekend dat een eenmalig gemeten bloeddruk in de spreekkamer onbetrouwbaar is bij het vaststellen van hypertensie. Nederlandse huisartsen stellen de diagnose echter in 4 op de 10 gevallen op basis van onvolledige diagnostiek, waarbij meestal 1 spreekkamermeting is gedaan. Dit blijkt uit recent onderzoek.

  • Wat doet het Nivel voor de huisartsenzorg?

    Het Nivel is een publieke kennisorganisatie die onderzoek doet naar de gezondheidszorg. Huisartsenzorg is 1 van de 13 onderzoeksprogramma’s en zit verweven als thema in de overige programma’s. Het Nivel onderzoekt de huisartsenzorg in de context van de gehele gezondheidszorg en maatschappij. Ontdek wat het Nivel concreet doet voor de huisartsenzorg en bekijk de infographic met voorbeelden van lopende onderzoeksprojecten.

  • Ondersteuning overbelaste mantelzorgers: ga het gesprek aan

    Mantelzorgsystemen rondom terminaal zieken in de thuissituatie zijn vaak klein en (over)belast. Uit Nederlands onderzoek blijkt dat de huisarts kan helpen door een gesprek over extra ondersteuning te voeren.

  • Vaker acuut coronair syndroom bij diabetespatiënten

    Diabetes is een bekende risicofactor voor hart- en vaatziekten. Tegelijkertijd kan triage van diabetespatiënten bemoeilijkt worden door een atypische klachtenpresentatie. Nederlands onderzoek op de huisartsenpost laat zien dat patiënten met diabetes vaker een acuut coronair syndroom (ACS) hebben, maar niet vaker een hogere urgentiecode toegewezen krijgen.

Wetenschap

  • MRSA-verspreiding is ook een probleem buiten zorginstellingen

    Meticillineresistente Staphylococcusaureus (MRSA) zou vooral een zieken­huisbacterie zijn, maar wordt ook geregeld buiten het ziekenhuis opgelopen (community-acquired (CA-)MRSA). In de afgelopen jaren vonden er meerdere aanzienlijke MRSA-uitbraken plaats in de samenleving. Een infectie met CA-MRSA kan ernstig verlopen, met onder andere abcesvorming of necrotiserende pneumonie. S. aureus blijkt geregeld resistent tegen fusidinezuur, de eerstekeusbehandeling bij impetigo, en inadequate behandeling leidt tot verdere verspreiding van MRSA. Huisartsen kunnen helpen om MRSA-uitbraken te signaleren en af te remmen.

  • Eosinofielen en inhalatiecortico­steroïden bij COPD

    De thuiszorg belt. ‘Onze zwakbegaafde COPD-patiënt kan absoluut niet puffen. Vernevelen kan wel, maar gaat moeizaam. In verband met frequente longaanvallen heeft hij er inhalatiecorticosteroïden (ICS) bij gekregen, maar weten we zeker dat het echt nodig is?’ Bepalen welke COPD-patiënten baat hebben bij ICS blijft een uitdaging. Wij zochten uit of bepaling van het eosinofielengehalte hierbij kan helpen en vonden: hoe hoger het aantal eosinofielen, hoe gunstiger het effect van ICS lijkt te zijn. Het beste afkappunt lijkt ≥ 200 cellen/μL.

  • Hoe betrouwbaar is de klinische diagnose onychomycose?

    Onychomycose (schimmelnagels) is de meest voorkomende nagelaandoening. Vaak wordt gedacht dat de diagnose gemakkelijk en correct gesteld kan worden op basis van de klinische presentatie. Volgens de NHG-Standaard Dermatomycosen is aanvullend onderzoek alleen nodig bij twijfel of als de behandeling niet aanslaat. Om te kijken hoe goed huisartsen deze diagnose stellen, vergeleken we bij 137 patiënten de klinische diagnoses van huisartsen met de uitslagen van aanvullend onderzoek. Het percentage correcte diagnosen (de positief voorspellende waarde) was 74,5%. Het percentage vals-positieve diagnosen was 25,5%. Deze bevindingen moeten worden meegenomen bij het overwegen van een behandeling.

  • Huisartsen als katalysator in interprofessioneel samenwerken

    In haar inaugurele rede bij haar benoeming tot hoogleraar zette Loes van Bokhoven het belang van interprofessioneel samenwerken in de eerstelijnsgezondheidszorg in de schijnwerpers. Ze betoogt dat het vanzelfsprekend is dat de huisarts als primus inter pares hierin het voortouw neemt. Als de huisarts zich bewust is van diens persoonlijke leiderschap en ook op basis daarvan handelt, liggen er mooie kansen voor samenwerking met collega’s in de wijk.

Praktijk

  • Roken/vapen

    Toets je kennis.

  • Referentiewaarden, klinische beslisgrenzen en streefwaarden in de laboratoriumdiagnostiek

    In vrijwel alle gevallen worden de resultaten van klinisch chemische laboratoriumdiagnostiek mede beoordeeld aan de hand van referentiewaarden of klinische beslisgrenzen. Dat is niet altijd even gemakkelijk, want laboratoria kunnen dergelijke waarden op verschillende manieren rapporteren. We laten zien welke factoren van invloed zijn op referentie­waarden en beschrijven (inter)nationale initiatieven die tot geharmoniseerde referentiewaarden moeten leiden. Ook gaan we in op de verschillen tussen referentiewaarden, klinische beslisgrenzen en streefwaarden.

  • Vapende jongeren en de rol van de huisarts

    Eén op de vijf jongeren van 12–25 jaar heeft in het afgelopen jaar een e-sigaret (vape) gebruikt. Vapen op deze leeftijd is dus zeker geen uitzondering meer en de huisarts zal steeds vaker adolescenten (of alleen hun ouders) zien die zich zorgen maken of klachten hebben. Welke kennis over het vapen is nuttig voor huisartsen en hoe kan deze kennis worden ingezet tijdens het spreekuur? En kan de huisarts ook een rol spelen buiten het spreekuur? Deze casuïstiek gaat op deze punten in.

  • Fasciitis necroticans in het hoofd-halsgebied

    Fasciitis necroticans, oftewel necrotiserende fasciitis, is een ernstige, invasieve wekedeleninfectie met een snel progressief beloop. Hoewel de extremiteiten en het perineum het frequentst zijn aangedaan, presenteert deze aandoening zich ook in het hoofd-halsgebied. Vanwege het vaak agressieve ziektebeloop, het potentieel levensbedreigende karakter en de grote impact voor patiënt, naasten en (huis)arts, zijn kennis over dit ziektebeeld en een gestroomlijnde multidisciplinaire samenwerking van belang. Door de toename van incidentie van invasieve groep A-streptokokkeninfecties, een potentiële verwekker, wordt dit ziektebeeld steeds vaker gezien. Centraal in de behandeling staat een snelle herkenning met spoedige verwijzing, gevolgd door chirurgische exploratie en debridement in combinatie met intensieve ondersteunende zorg en brede antibiotische dekking.

  • Een nieuwe diabetespatiënt heeft soms direct insuline nodig

    Niet alle patiënten bij wie de diagnose diabetes wordt gesteld, hebben diabetes mellitus type 2 (DM2). Soms voldoen patiënten niet aan het kenmerkende DM2-profiel. Wees daarom altijd alert op insulinedeficiëntie, want die kan levensbedreigend zijn. En dat de patiënt ouder is dan 40 jaar of overgewicht heeft, sluit niet uit dat hij diabetes mellitus type 1 heeft. Diagnostische aanwijzingen vormen hyperglykemische klachten en de snelheid van het ontstaan daarvan, en de hoogte van de glucosewaarden.

Richtlijn

  • SGLT2-remmers nu voor alle patiënten met hart­falen in NHG-Standaard Hartfalen

    De NHG-Standaard Hartfalen is aangevuld met een advies over het gebruik van SGLT2-remmers bij hartfalen. Bij patiënten die niet op medicatie worden ingesteld door de cardioloog, kan de huisarts hiermee starten bij een nieuwe diagnose hartfalen of bij reeds bekend hartfalen tijdens een hieraan gerelateerd consult. Verder is de aanbeveling uit de NHG-Standaard Atriumfibrilleren overgenomen om bij patiënten met atriumfibrilleren en een vermoeden van hartfalen geen (NT-pro)BNP meer te bepalen, maar direct echocardiografie te verrichten.

  • Cytisinicline geen voorkeursmiddel in herziene NHG-Behandelrichtlijn Stoppen met roken

    De NHG-Behandelrichtlijn Stoppen met roken en de Multidisciplinaire richtlijn Tabaks- en nicotineverslaving zijn herzien. Adviezen over cytisinicline zijn opgenomen; het middel heeft niet de voorkeur. Nieuw zijn het kort stopadvies en adviezen over het stoppen met de e-sigaret (vape).

  • Nieuwe SCORE-tabel met leeftijdsafhankelijke risicodrempels in herziene NHG-Standaard CVRM

    De NHG-Standaard Cardiovasculair risicomanagement is op onderdelen herzien. De belangrijkste vernieuwing is een nieuwe SCORE-tabel op basis van cardiovasculaire mortaliteit en morbiditeit. Bij de risico’s en de bijbehorende behandeladviezen is ervoor gekozen om te werken met leeftijdsafhankelijke risicodrempels. Het risico wordt geschat op basis van het non-HDL-cholesterol. Verder is de positie van de coronaire kalkscore (CAC-score) iets verruimd en is de optie toegevoegd mensen met een bloeddruk boven de 160 mmHg ondanks een nog relatief laag 10-jaarsrisico op hart- en vaatziekten toch medicamenteus te behandelen.

NHG Forum

  • NHG-Wetenschapsdag 2024

    Op 6 september vond in de Doelen in Rotterdam de NHG-Wetenschapsdag plaats, met als thema ‘Samen het verschil maken – nu straks’. Lezingen van antropologe Alana Helberg Proctor en emeritus hoogleraar Trudy Dehue sloten hierop aan. Tussendoor waren er verschillende presentaties van (huisarts-)onderzoekers en 3 prijsuitreikingen. Deze editie trok ruim 250 deelnemers.

  • Leiderschap en verandering bij het NHG: uitdagingen te over

    Vijf jaar geleden trad Henriëtte van der Horst aan als voorzitter van de Raad van Toezicht (RvT). Zij blikt terug op deze intensieve tijd vol uitdagingen en is inmiddels met nieuw elan aan haar tweede termijn begonnen.

  • Vernieuwde NHG-TriageWijzer is beschikbaar

    De NHG-TriageWijzer is vernieuwd! Half juli 2024 verscheen de nieuwste editie van het NHG-TriageWijzer-­boek, een onmisbaar hulpmiddel bij het inschatten van spoedsituaties en het geven van zelfzorgadviezen. Deze triagewijzer is beschikbaar als boek en als digitale versie, waarbij de digitale versie continu wordt bijgewerkt met de meest recente informatie.