In het kader van het Improved Access Scheme (opgezet om de bereikbaarheid te verbeteren) keken onderzoekers in Engeland naar de ervaringen met toegankelijkheid van de huisartsenzorg van 2.000.000 patiënten uit meer dan 8000 praktijken. Ze onderzochten op 5 aspecten van toegankelijkheid (telefonische bereikbaarheid, snel een afspraak krijgen, kunnen reserveren van een afspraak, een afspraak kunnen krijgen met een dokter van je keuze en spreekuurtijden) welke praktijk- en patiëntkenmerken een goede tevredenheid voorspellen. Belangrijk is dat de Britse National Health Service via de QOF (Quality & Outcome Framework) probeert te belonen dat mensen zowel snel een afspraak kunnen krijgen alsook een afspraak op een later tijdstip kunnen plannen. Dat laatste ging voorheen moeilijk toen praktijken nog alleen beloond werden voor acute toegankelijkheid; een bijwerking van belonen van prestatie. Wat bleek? Zoals kon worden verwacht waren vooral drukbezette mensen ontevreden: jonge mensen, voltijdwerkenden en forenzen. Vooral Londenaren waren ontevreden over de toegankelijkheid. Praktijken in achterstandswijken werden als minder toegankelijk ervaren. Kleinere praktijken deden het beter, behalve voor openingstijden. De tevredenheid was groter als men vrij kon krijgen van het werk voor doktersbezoek. De onderzoekers associeerden betere toegankelijkheid met minder patiënten per huisarts, betere uitkomsten op ketenzorg (QOF) en een licht verlaagd bezoek aan de spoedpost. Het onderzoek beveelt aan om kritisch te kijken naar praktijkvergroting. Ook in Nederland scoren kleine solopraktijken al jaren beter op service en toegankelijkheid. Interessant is de observatie dat goede toegankelijkheid tot minder EHBO-bezoek leidt. Het zou ook in Nederland nog wel eens kosteneffectief kunnen zijn om te investeren in betere toegankelijkheid. Niet alleen meer handen aan de telefoon, maar ook meer fte huisarts per patiënt. (Pieter van den Hombergh)
Reacties
Er zijn nog geen reacties.