Nasale introspectie

Wereldwijd is de toenemende resistentie van micro-organismen voor antibiotica een probleem, met als bekendste voorbeeld S. Aureus. Maar zijn huisartsen misschien ook zelf verspreider van de (al dan niet resistente) bacterie? Tijdens het NHG-Congres in 2006 (Den Haag, thema ‘Tussen toen en toekomst’, over continuïteit in de huisartsgeneeskunde) onderzochten Limburgse microbiologen de inhoud van bijna 400 huisartsneuzen, ongeveer eenderde van de deelnemers. De onderzoekers testten de in de neuswatten aangetroffen S. Aureus-stammen op gevoeligheid voor diverse antibiotica. Zij vonden voor de meeste geteste antibiotica geen resistentie; bovendien waren alle isolaten gevoelig voor mupirocine. Wel vonden de microbiologen resistentie voor penicilline (71%), fusidinezuur (7%), en clarithromycine (6%).
De auteurs benadrukken het relatief hoge percentage stammen dat resistent is voor fusidinezuur, maar met 33% S. Aureus-dragers en 7% resistentie is slechts 2% van de huisartsen drager van een resistente stam. Dat valt dus best mee. (Hans van der Wouden)