In verschillende artikelen in de H&W van januari 2011 worden klinische kenmerken beschreven en becommentarieerd die bruikbaar zijn als alarmsignaal voor ernstige infecties bij kinderen.1-4 Opvallend is dat daarbij nergens een verlaagde zuurstofsaturatie als klinische indicator voor een ernstige infectie wordt genoemd. In de training en opleiding voor spoedeisende huisartsgeneeskunde neemt de meting van de zuurstofsaturatie juist een belangrijke plaats in als hulpmiddel bij het inschatten van de ernst van de vitale bedreiging (NHG/OSG; Startclass). De onderbouwing van de waarde van het gebruik van de saturatiemeter is vooralsnog vooral beperkt tot onderzoek in het Verenigd Koninkrijk. Twee artikelen met een Nederlandse achtergrond beschrijven het gebruik van de saturatiemeter in de huisartsenpraktijk als een belangrijk hulpmiddel in acute situaties.56 Saturatiemeting kan helpen om de ernst van benauwdheid in te schatten bij patiënten met een mogelijke respiratoire insufficiëntie. De evidence die het gebruik ondersteunt is echter zwak.7 Toch lijkt het aannemelijk dat een lage SaO2-waarde een hoge voorspellende waarde heeft voor ernstig onderliggend lijden bij benauwdheidsklachten: de specificiteit lijkt hoog. De sensitiviteit is enigszins beperkt: het lichaam heeft het vermogen om middels compensatiemechanismen (versnelde ademactiviteit en verhoging van het hartminuutvolume) de zuurstoftoevoer vrij lang op peil te houden; pas bij tekortschieten van die mechanismen, bijvoorbeeld door uitputting, daalt de SaO2. In de dagelijkse praktijk is het gebruik van de saturatiemeter geen gemeengoed. Daarbij is er een duidelijk verschil in gebruik tijdens de diensten op de huisartsenpost (met name bij visites) en tijdens de reguliere dagpraktijk. Bij analyse van incidenten op de huisartsenpost kwamen wij verschillende situaties tegen waarin het meten van de saturatie wellicht het cruciale verschil zou hebben gemaakt. Daarom bepleiten we een meer systematisch gebruik van de saturatiemeter door alle huisartsen, zowel in de dagpraktijk als op de huisartsenposten. Wachten op meer evidence lijkt ons daarbij niet verstandig. Meer evidence verzamelen uiteraard wel. Sibert Holla
Literatuur
- 1.Van den Bosch W. Kinderen met koorts en ernstige infecties. Huisarts Wet 2011;54:6.
- 2.Van den Bruel A, Haj-Hassan T, Thompson M, Buntinx F, Mant D; ERNIE-onderzoekers. Klinische signalen van ernstige infecties bij kinderen. Huisarts Wet 2011;54:7-11.
- 3.Boomsma L. Ernstige infecties bij kinderen. Huisarts Wet 2011;54:32.
- 4.Elshout G. Ernstige infecties bij kinderen met koorts. Huisarts Wet 2011;54:36.
- 5.↲Van den Bosch WJHM, Schermer Tj, Chavannes N. De saturatiemeter in de huisartsenpraktijk. Huisarts Wet 2005;48:467-9.
- 6.↲Schermer T, Leenders J, In ’t Veen H, Van den Bosch W, Wissink A, Smeele I, et al. Pulse oximetry in family practice: indications and clinical observations in patienst with COPD. Fam Pract 2009;26:524-31.
- 7.↲Verheij Th M, Hopstaken RM, Prins JM, Salome Ph L, Bindels PJ, Ponsioen BP†, et al. NHG-Standaard Acuut hoesten, noot 27. Huisarts Wet 2011;54:68-92.
- 8.Thompson MJ, Mayon-White R, Harnden A, Perera R, McLeod D, Mant D. Using vital signs to assess children with acute infections: a survey of current practice. Arch Dis Child 2009;94:888-93.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.