Wetenschap

Infectiepreventie blijft hoofdzaak

Gepubliceerd
7 januari 2013
Wijshake et al. beschrijven een overdracht van Pseudomonas aeruginosa na cerumenlavage van een waarschijnlijk onvoldoende gereinigde oorspuit naar een patiënt.1 Bij dit nuttige onderzoek zijn enkele kanttekeningen te plaatsen.

Kans op besmetting

Ten eerste, hoe groot is de kans dat een patiënt een otitis externa met Pseudomonas aeruginosa ontwikkelt door onvoldoende reiniging van een instrument? In het onderzoek van Wijshake werden bij 17 geselecteerde huisartsenpraktijken 231 kweken afgenomen. Uit 13 kweken (6%) werd een Pseudomonas aeruginosa geïsoleerd en uit 131 kweken (62%) andere gramnegatieven. De Pseudomaonas aeruginosa-isolaten waren afkomstig uit 8 praktijken. De onderzoekers vonden in 4 praktijken een overeenkomst tussen patiënt en instrument of tussen patiënten onderling en vonden bij 10 isolaten (= 4,6% van het totaal aantal gekweekte micro-organismen) een overeenkomst tussen patiënt en instrument of tussen patiënten onderling. Uitgaande van de 12.500 patiënten die jaarlijks in Nederland een cerumenlavage ondergaan en de 3% die een otitis externa ontwikkelt, zou van hen mogelijk 4,6% een pseudomonasbesmetting (= 17 patiënten) kunnen oplopen door inadequate reiniging. Dit is 0,14% van het totaal aantal patiënten dat jaarlijks een cerumenlavage ondergaat.
Ten tweede lijkt er meer overeenkomst te zijn tussen de isolaten van de patiënten onderling dan tussen de isolaten uit de oorspuit. In slechts 3 praktijken had 1 patiënt dezelfde stam als die uit de gebruikte oorspuit, dit is 1,3% (3/231) van alle afgenomen kweken en 23% (3/13) van de geïsoleerde pseudomonas­isolaten uit de 17 geselecteerde praktijken. Landelijk betekent dat geen 0,14% maar 0,03% van het totaal aantal patiënten (= 4) na een cerumenlavage de kans loopt op een pseudomonasinfectie.
In 2 van de geselecteerde praktijken vonden de onderzoekers overeenkomsten tussen de isolaten van de patiënten onderling: in 1 praktijk hadden 3 patiënten en in 1 praktijk 2 patiënten een overeenkomstig isolaat wat niet gelijk was aan het isolaat uit de oorspuit. Van Pseudomonas aeruginosa is bekend dat deze bacterie zich prettig voelt in een vochtige omgeving. Een gemeenschappelijke bron in de betreffende praktijken, anders dan de oorspuit, is derhalve niet uit te sluiten.
Ten slotte nog een opmerking over het onderscheid dat de auteurs maken tussen ‘dezelfde’ stam en een ‘overeenkomst’ tussen de stammen. De gebruikte typeringsmethodes zijn zeker ‘state of the art’ maar het is onduidelijk welke criteria de auteurs hanteren om het onderscheid in ‘gelijkheid’ en ‘overeenkomst’ te maken.

Risicofactoren

Hoewel behalve de oorspuit mogelijke andere bronnen ook een rol kunnen spelen bij de gesignaleerde pseudomonasinfecties, wijzen de auteurs terecht op het naleven van de aanbevelingen van de WIP (werkgroep infectiepreventie).2 Daarnaast is het gebruik van disposabel oortips die niet meer worden hergebruikt zeker een punt van aandacht.
Behalve bovengenoemde preventieve maatregelen is voorkómen van otitis media belangrijk. Zwemmen, het gebruik van wattenstokjes om de oren schoon te maken en oorpeuteren worden algemeen beschouwd als risicofactoren voor otitis externa.3 De meest voorkomende verwekker is Pseudomonas aeruginosa. 4 De antibacterële activiteit van het cerumen vooral tegen Staphylococcus epidermidis en andere grampositieven (onderdeel van de commensale microbiota van de uitwendige gehoorgang) zal daarbij mogelijk een rol spelen. De activiteit tegen Pseudomonas aeruginosa en andere gramnegatieven is niet eenduidig, waarschijnlijk door verschillen in gevolgde methodiek.5-7 Gelet op de antibacteriële activiteit van cerumen wordt het verwijderen van cerumen alleen aangeraden in geval van obstructie.3

Conclusie

Samengevat wijst het onderzoek van Wijshake er in ieder geval op dat infectiepreventie niet alleen een zaak is van een ziekenhuis of verpleeghuis maar ook van de huisartsenpraktijk. ‘Voorkomen is beter dan genezen’ geldt ook in de huisartsenpraktijk.

Literatuur

  • 1.Wijshake D, Bruins M, De Vries van Rossum S, Klein Overmeen R, Ruijs G. Kan cerumenlavage leiden tot otitis externa met Pseudomonas aeruginosa? Huisarts Wet 2013;56:12-5.
  • 2.Werkgroep Infectiepreventie. Infectiepreventie in de huisartsenpraktijk. Utrecht: WIP, 2009.
  • 3.Nussinovitch M, Rimon A, Volovitz B, Raveh E, Prais D, Amir J. Cotton-tip applicators as a leading cause of otitis externa. Int J Pediatr Otorhinolaryngol 2004; 68:433-5.
  • 4.Rooijackers-Lemmens E, Van Balen F, Opstelten W, Wiersma Tj. NHG-Standaard Otitis externa (eerste herziening), 2006. www.nhg.org.
  • 5.Stroman D, Roland P, Dohar J, Burt W. Microbiology of normal external auditory canal. Laryngoscope 2001;111:2054-9.
  • 6.Pata Y, Ozturk C, Akbas Y, Gorur K, Unal M, Ozcan C. Has cerumen a protective role in recurrent external otitis? Am J Otolaryngol 2003;4:209-12.
  • 7.Lum CL, Jeyanthi S, Prepageran N, Vadivelu J, Raman R. Antibacterial and antifungal properties of human cerumen. J Laryngol Otol 2009;4:375-8.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen