H&W maakt gebruik van functionele cookies die strikt noodzakelijk zijn voor de werking van de website en analytische cookies om inzicht te krijgen in de werking en effectiviteit van de website.
H&W maakt gebruik van functionele cookies die strikt noodzakelijk zijn voor de werking van de website. We gebruiken analytische cookies om de website te verbeteren. Tevens gebruiken we cookies voor advertenties. U kunt hieronder aangeven welke cookies u toestaat. We gebruiken de volgende cookies:
Door in te loggen op HAweb krijgt u toegang tot de artikelen op HenW.org.
Beste abonnee, je hebt toegang tot HenW.org door in te loggen met je HAwebSSO-account. Onlangs heb je mail van ons ontvangen hoe je dit account kunt activeren. Hulp nodig bij het aanmaken van een nieuwe inlog? Heb je vragen? Neem dan contact op met onze supportteam via contactcentrum@nhg.org.
Stressincontinentie kan door de huisarts behandeld worden met bekkenbodemoefeningen. Als deze eerstelijnsbehandeling niet effectief blijkt, kan worden verwezen naar een gespecialiseerde fysiotherapeut of de gynaecoloog/uroloog voor operatieve behandeling met een tensievrij vaginaal bandje (tension-free vaginal tape).
In samenwerking met universitaire en perifere ziekenhuizen voerden onderzoekers uit Utrecht een pragmatisch gerandomiseerd interventieonderzoek uit bij 460 vrouwen van 35-80 jaar met matige tot ernstige stressincontinentie. De vrouwen waren door de huisarts verwezen naar een fysiotherapeut of een gynaecoloog/uroloog voor chirurgische behandeling. Na twaalf maanden werd de effectiviteit van beide strategieën zowel subjectief (vragenlijst) als objectief (stresstest) gemeten. De vrouwen mochten tijdens het onderzoek veranderen van strategie, gezien het pragmatische karakter ervan. Dit had als gevolg dat 49% van de vrouwen die fysiotherapie toegewezen hadden gekregen na gemiddeld 8 maanden alsnog chirurgie ondergingen. Hierdoor zou fysiotherapie ‘onterecht’ beter kunnen lijken dan een tensievrij vaginaal bandje.
Desondanks was de operatieve behandeling beter dan fysiotherapie. Op de vraag ‘verliest u urine bij fysieke activiteit, hoesten of niezen?’ antwoordde 85% negatief 12 maanden na het plaatsen van een tensievrij vaginaal bandje, terwijl dit na fysiotherapie 53% was. Bij het uitvoeren van een stresstest was er geen urineverlies bij 77% na het plaatsen van een tensievrij vaginaal bandje, terwijl dit na fysiotherapie 60% was. Dit contrast was nog groter als alleen vrouwen werden vergeleken die niet veranderden van strategie tijdens het onderzoek. Ook was een operatie even effectief voor vrouwen die fysiotherapie kregen gevolgd door een operatie, als voor vrouwen die meteen geopereerd werden.
Concluderend laat dit onderzoek zien dat chirurgische behandeling met een tensievrij vaginaal bandje effectiever is dan gespecialiseerde fysiotherapie voor vrouwen met stressincontinentie die door de huisarts verwezen worden. Nadeel van dit onderzoek is dat de behandeling met een pessarium niet onderzocht is, terwijl de NHG-Standaard Incontinentie voor urine dit wel als mogelijk effectief aanbeveelt bij het falen van bekkenbodemoefeningen. Aangezien het onderzoek plaatsvond bij vrouwen die verwezen waren naar de tweede lijn, lijkt het starten met bekkenbodemoefeningen als niet-invasieve therapie nog steeds de aangewezen keuze voor vrouwen die zich in de huisartsenpraktijk melden met stressincontinentie.