Praktijk

Regulieren, alternatieven en geloofwaardigheid

Gepubliceerd
4 december 2013
Alternatieve genezers en regulieren denken hetzelfde, maar de richting van hun denken verschilt. Alternatieven zoeken bevestiging van hun opvatting, regulieren eisen ontkenning van hun opvatting. Alternatieven zijn blije mensen als ze weer bevestiging vinden bij een genezen patiënt. Regulieren zijn wantrouwende conservatieve zeurkousen. Maar eerst iets over opvattingen.
Opvattingen kunnen veranderen door ervaring en feiten. Daarna is de opvatting iets sterker of iets zwakker. Het is net als bij diagnostiek. Bij buikpijn is aan het begin van het consult 1 op de 100 een blindedarmontsteking. Na buik- en bloedonderzoek wordt die kans 1 op 2 of juist minder waarschijnlijk, 1 op 1000. Dat maakt uit of je verwijst naar de chirurg of afwacht. Zo werkt dat bij buikpijn van een patiënt. Zo werkt dat ook in het groot bij een richtlijn die operatie voorschrijft bij vermoede blindedarmontsteking. Nu de eerste onderzoeken naar antibiotica bij appendicitis gepubliceerd zijn, moet die richtlijn misschien herschreven worden. Maar pas als er voldoende deugdelijke onderzoeken zijn. Dokters zijn conservatief. Beoefenaren van alternatieve geneeswijzen zijn ook conservatief, maar die zoeken bevestiging van het eigen gelijk. Het verschil zit hem dus in de richting van de redenering. Alternatieven blijven hun opvattingen geloofwaardig vinden zolang daarvoor steun is. Ieder mens is uniek, iedere tevreden patiënt is een bevestiging. Elke witte zwaan bevestigt dat zwanen wit zijn, zo redeneren ze. Zwarte zwanen zwemmen maar door naar een ander. Trouwens, witte zwanen genezen moet toch voldoende zijn. Sterk geloof wordt onwrikbaar geloof in eigen gelijk. Hun voorafkans van 0% op eigen ongelijk wordt alleen maar nuller. Regulieren daarentegen vinden dat nieuwe ideeën zich moeten bewijzen, over blindedarmontsteking bijvoorbeeld. Het nut van een blindedarmoperatie hoeft niet bewezen te worden, antibiotica bij blindedarmontsteking wel. Regulieren denken dus de andere kant uit. Voor rare fratsen als antibiotica bij blindedarmontsteking eisen chirurgen stapels bewijs. Dan zijn ze bereid hun 100% zekerheid op eigen gelijk te veranderen in misschien een beetje kans dat ze ongelijk hebben. En als de hoeveelheid bewijs erg groot is geworden, dan kiept hun ongeloof in antibiotica om naar ‘zou kunnen, laten we het maar eens proberen’.
Innovatie door wantrouwend conservatisme bij chirurgen, 100 jaar hetzelfde blije gelijk bij alternatieven. Regulieren en alternatieven zullen elkaar nooit begrijpen, want ze kijken verschillende kanten op.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen