Samenvatting
Bij arbeidsongeschiktheidsconflicten bestaat er strikt genomen een conflict tussen de verzekerde (werknemer) en het uitvoeringsorgaan van de (sociale) verzekering. De positie van de laatste is sterk, die van de eerste zwak. Kijkt de huisarts daarbij aileen van de zijlijn toe, of is er voor hem een taak weggelegd als "advocaat' van zijn patient? Wat zijn de (on)mogelijkheden van de huisart daarbij? Waar liggen de grenzen van een persoonlijke en integrale zorg? Los daarvan dringt zich een andere vraag op. Kan de huisartsgeneeskunde als discipline een specifieke inbreng hebben bij de behandeling van dergelijke conflicten voor een Raad van Beroep? Is er slecht één medisch oordeel over ziekte en arbeidsongeschiktheid, of hangt een dergelijk oordeel af van de achtergrond van de oordelende medicus? Deze vragen zijn kennelijk zo complex dat er drie auteurs nodig zijn om de diverse aspecten te belichten.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.