Praktijk

Jeugdgezondheidszorg

Gepubliceerd
10 november 1988
Dit artikel komt uit het archief van onze papieren Huisarts & Wetenschap uitgave. U kunt het volledige artikel lezen door de bijgevoegde PDF te openen dan wel te downloaden.
0 reacties

Samenvatting

Wat is bekend omtrent het rendement van de toegenomen VTO-inspanningen van de laatste jaren? Afwijkingen aan het gehoor- en gezichtsvermogen kunnen door eenvoudige procedures in het tweede levenshalfjaar worden gesignaleerd en behandeld, met belangrijke winst voor de ontwikkeling van de kinderen. De opsporing van heupafwijkingen is problematisch, doordat het uit therapeutisch oogpunt meest ideale screeningsmoment door organisatorische en financiële problemen onvoldoende kan worden benut. De opsporing gaat onvermijdelijk gepaard met het vinden van grote aantallen 'foutpositieven', maar behandeling van de gevonden afwijkingen op zo jong mogelijke leeftijd is de enige manier om later invaliditeit bij een gedeelte van deze groep te voorkomen. De psychomotorische ontwikkelingsstoomissen beslaan een breed terrein, terwijl een concrete omschrijving van wat opgespoord moet worden, ontbreekt. De gestandaardiseerde procedures die ontwikkeld zijn voor signalering van dit soort stoornissen zijn complex en tijdrovend. Ouders verwachten naast dit alles een luisterend oor en advisering betreffende hun - soms triviale - vragen. Het afwijkingsgerichte denken kan een bedreiging inhouden voor andere onderdelen van het consultatiebureauwerk.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen