Interview met Iris de Vries, huisarts en vice-voorzitter Arts & Voeding
Huisarts en promovenda Isis de Vries werkt als vaste waarnemer in een praktijk in Zwolle, en is sinds twee jaar vice-voorzitter van vereniging Arts & Voeding voor (huis)artsen en andere professionals die patiënten willen helpen met leefstijl en gezonde voeding.
Waarom heb je Arts & Voeding opgericht?
‘Ik had last van het prikkelbaresarmsyndroom, duizeligheid en moeheid. Mijn huisarts dacht aan het coassistentensyndroom, maar ik ging erover lezen en het onderwerp greep me. Na een paar maanden vers en onbewerkt eten zonder toegevoegde suikers was ik van mijn klachten af. In het laatste jaar van mijn geneeskundeopleiding kwam ik bij het werken op de huisartsenpost Tamara de Weijer tegen. Ik had mijn eigen bakje eten mee en we raakten in gesprek. Zij ging ook anders eten, het veranderde onze patiëntenzorg, en twee jaar later hebben we Arts & Voeding opgericht.
Vraag of je kunt helpen, in plaats van te zeggen dat ze moet afvallen
Ik weet niet wat de oorzaak van mijn klachten was. Of je nu overgewicht of diabetes hebt, gecombineerde leefstijlinterventies, GLI’s, zijn bewezen effectief. Verder moet een huisarts het doen met een combinatie van practice- en evicence-based interventies. Niet van alle aandoeningen hebben we tienjaarsdata, maar we willen niet langer wachten; er zijn zo veel mensen ziek.’
Wat kunnen huisartsen doen?
‘Voeding is ingewikkeld, want het is persoonlijk. Bij diabetes kan de pancreas zetmeelhoudende koolhydraten niet goed verwerken, maar op fruit reageert de ene persoon met diabetes goed, de andere niet. Een huisarts kan signaleren, motiveren, verwijzen en nazorg geven. Verwijzen doe ik naar een goede diëtist die de patiënt als individu bekijkt en ervaring heeft met insulineresistentie en koolhydraatbeperking. Met een koolhydraatarm dieet kun je binnen een maand van je insuline af zijn. En dan heb ik het ook over mensen die 120 IE gebruikten.
Vergeet ook de nazorg niet. Nu verwijs je naar een diëtist en hoor je soms twee jaar later pas dat het niet heeft gewerkt. Motiveren en nazorg leveren veel op en je wordt er ook als huisarts wijzer van: welke adviezen werken, welke niet? Uit onderzoek blijkt dat patiënten de huisarts zien als hoogste autoriteit op voedingsgebied, meer dan de diëtist. Maak daar gebruik van!’
Krijg je van patiënten niet de wind van voren?
‘Je moet gewoon lef hebben. Bij mij is er nog nooit een patiënt weggelopen bij wie ik over voeding en leefstijl begon. Integendeel, ze zijn vaak geraakt dat je hun probleem ziet. Maar zeg nooit dat iemand moet afvallen. Dat weten patiënten die te dik zijn allang. Vraag of je kunt helpen. Laatst kwam er op de HAP een patiënt met acuut gehoorverlies. Zij was 29 jaar en veel te dik. Bij de standaardvraag “Bent u verder gezond?” vertelde ze dat ze lisinopril slikte. “Goh, heeft u nu al hoge bloeddruk?”, vroeg ik. Ze vertelde dat ze daar graag iets aan wilde doen. Dat was mijn kans. Ik besprak naast het gehoorverlies in enkele minuten voeding en leefstijl en verwees haar naar een diëtiste met wie ik goede ervaringen heb.’
Heb je al iets bereikt met Arts & Voeding?
‘Ons laatste congres was uitverkocht en we hebben nu 700 leden binnen 2 jaar. We zijn in gesprek met VWS om meer uren voeding in de huisartsenopleiding te krijgen. Met Zorginstituut Nederland zijn we bezig met de implementatie van een gecombineerde leefstijlinterventie, in het Basispakket per 2019. Ook onze scholing Voeding als medicijn, samen met Langerhans, is een succes. Huisartsen zijn enthousiast want ze kunnen creatiever zijn, maatwerk bieden. Met voeding kun je veel meer uitproberen dan met medicijnen: zo veel is zo veilig.’
Reacties
Er zijn nog geen reacties.