Met acht miljoen kunnen we bijna de helft van de vragen uit de onderzoeksagenda beantwoorden
Heet hebben de onderhandelaars het bij het voor de zomer gesloten hoofdlijnenakkoord huisartsenzorg vast ook gehad tijdens hun verhitte discussies. Maar ze zijn eruit gekomen, met een mooi resultaat. Om de ambities te realiseren en pijnpunten op te lossen, komt er in vier jaar tijd 471 miljoen extra bij. Het goede nieuws is bovendien dat hiervan acht miljoen gaat naar een betere, wetenschappelijke onderbouwing van ons vak, te weten de vragen beantwoorden die zijn beschreven in de Nationale Onderzoeksagenda Huisartsgeneeskunde. Denk daarbij behalve aan criteria voor dehydratie bij ouderen bijvoorbeeld ook aan de effectiefste behandeling van cystitis bij kinderen en mannen, en aan verbetering van de diagnostiek van verdachte huidafwijkingen.
De onderzoeksagenda kwam het afgelopen jaar tot stand met actieve betrokkenheid van huisarts-onderzoekers, beroepsverenigingen, patiëntenorganisatie en onderzoeksfondsen. De agenda bevat bijna 800 onderzoeksvragen waarvan er ruim 200 zijn geprioriteerd. Het beantwoorden van een onderzoeksvraag kost naar schatting € 50.000 tot € 150.000, afhankelijk van de complexiteit van de vraag, gemiddeld zo’n € 100.000. Met twee miljoen per jaar kunnen we in vier jaar tijd dus tachtig vragen beantwoorden, bijna de helft van de geprioriteerde vragen. Zo blijven we ook investeren in onderzoekscapaciteit en expertise van onze huisartsgeneeskundige vakgroepen, die tot de absolute wereldtop behoren. Een absolute must. Door als huisartsenpraktijk aan dat onderzoek mee te doen, investeert u mee.
Het is goed dat alle partijen aan de onderhandelingstafel zich dit hebben gerealiseerd. Niet alleen meer tijd voor de patiënt, maar ook voor onderzoek dat er toe doet voor uw werk in de spreekkamer. Huisarts en Wetenschap gaat deze resultaten publiceren en we zullen u voor een volgende hete zomer zeker bruikbare criteria geven om de diagnose dehydratie te stellen.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.
