Samenvatting
Inleiding Mannen met plasklachten gaan vaak spontaan op zoek naar online keuzehulpen voor prostaatspecifiek antigeen (PSA)-tests, die hen moeten helpen om te beslissen of ze een PSA-test moeten laten doen. We hebben gekeken naar de effecten van een dergelijke interactieve keuzehulp voor PSA-tests en welke rol zo’n test kan spelen bij de gezamenlijke besluitvorming rond de vraag of moet worden getest op PSA.
Methode We deden een cross-sectionele analyse van gegevens die we tussen 1 januari 2016 en 30 december 2017 hebben verzameld onder gebruikers van een webgebaseerde keuzehulp.
Resultaten Het gebruik van de keuzehulp leidde tot een aanzienlijke daling van het aantal mannen dat uiteindelijk koos voor het doen van een PSA-test. De keuzehulp vergrootte de kennis over de PSA-test en verkleinde het beslissingsconflict.
Conclusie De resultaten uit ons onderzoek ondersteunen het belang dat de NHG-Standaard en Thuisarts.nl hechten aan gezamenlijke besluitvorming rond PSA-tests.
Wat is bekend?
-
Keuzehulpen voor een PSA-test die een arts aanbiedt, vergroten de kennis bij patiënten en verlagen het percentage mannen dat voor een PSA-test kiest.
Wat is nieuw?
-
Mannen gaan zelf op zoek naar informatie om te bepalen of ze wel of niet een PSA-test moeten laten doen.
-
De keuzehulp ‘PSA-test: yes or no?’ wordt door mannen zelf gevonden en gebruikt, vergroot hun kennis en verlaagt het beslissingsconflict.
-
Deze keuzehulp verlaagt het percentage mannen dat kiest voor het doen van een PSA-test aanzienlijk.
Inleiding
Veel huisartsen vragen zich af of ze nu wel of niet moeten testen op prostaatspecifiek antigeen (PSA). In de NHG-Standaard Mictieklachten bij mannen en in de patiëntenbrief op Thuisarts.nl wordt gewezen op het belang van shared decision making.12 Online keuzehulpen kunnen daarbij nuttig zijn. We weten dat deze keuzehulpen de kennis bij patiënten vergroten en het percentage mannen dat kiest voor het doen van een PSA-test verlagen.34 Er zijn ook aanwijzingen dat deze keuzehulpen de voorkeur voor ‘waakzaam wachten’ met 30% verhogen, vergeleken met het bekijken van websites.5
De interactieve website van de Option Grid ‘PSA-test: yes or no?’ bevat een tabel met veelgestelde vragen en antwoorden met betrekking tot de twee scenario’s van wel of niet testen. Deze helpt mannen bij het nemen van een beslissing die past bij hun persoonlijke situatie.6
Tot op heden is er echter beperkte informatie over de impact van een dergelijke online keuzehulp voor PSA-tests bij mannen die deze spontaan hebben gevonden, zonder dat ze er actief op zijn gewezen door bijvoorbeeld zorgverleners. Ons onderzoek heeft een drieledig doel: 1) het bepalen van de impact van een online keuzehulp voor PSA-tests op preferentieverschuiving, kennis en beslissingsconflicten; 2) achterhalen welke vragen en antwoorden samenhangen met een preferentieverschuiving; en 3) verkennen van mogelijke relaties tussen de genoemde uitkomsten.
Methode
We deden een cross-sectionele analyse van gegevens die we tussen 1 januari 2016 en 30 december 2017 hebben verzameld. De personen die de keuzehulp ‘PSA-test: yes or no’ gebruikten vonden deze door zelf op de Option Grid-website te zoeken op ‘PSA-test’. Mannen die de online keuzehulp niet afmaakten excludeerden we. De keuzehulp was tot maart 2018 in pdf- en in interactieve vorm beschikbaar op Optiongrid.org. Beide versies bevatten dezelfde informatie, maar de interactieve versie bood meer functionaliteit. Daardoor kon de patiënt de informatie bijvoorbeeld beter gebruiken tijdens een gesprek met zorgverleners en konden wij demografische gegevens verkrijgen.
Gebruikers gaven bij de start hun voorkeur aan (wel testen, niet testen of twijfel) en beantwoordden vragen over kennis en beslissingsconflicten. Vervolgens kregen ze tien veelgestelde vragen aangeboden die evidence-based informatie bevatten over de PSA-test, en de risico’s en bijwerkingen van prostaatbiopten en prostaatkankerbehandelingen. Telkens nadat gebruikers een antwoord hadden gegeven op een vraag, gaven ze hun voorkeur aan met betrekking tot PSA-screening. Op het einde gaven ze hun definitieve voorkeur aan en beantwoordden ze opnieuw vragen over kennis en beslissingsconflicten.
De kennisvragen bevatten vijf goed-of-fout-vragen, waarbij een score van 5 het maximale resultaat is. De vragen waren ontwikkeld op basis van de informatie uit de keuzehulp. Deze vragen hielpen ons om te bepalen of de gebruiker de inhoud had begrepen en nieuwe dingen had geleerd. Om beslissingsconflicten te beoordelen gebruikten we het gevalideerde SURE-instrument (Sure of myself; Understand information; Risk-benefit ratio; Encouragement). Een score van minder dan 4 betekent dat een gebruiker klinisch significante beslissingsconflicten ervaart.7
We gebruikten de McNemar-test om te bepalen of de voorkeur significant is verschoven na het gebruik van de keuzehulp. We voerden ook een multinomiale regressieanalyse uit om te bepalen welke veelgestelde vragen gerelateerd waren aan de verschuiving in voorkeur. Met gepaarde toetsen vergeleken we veranderingen in kennis en conflictscores voor beslissingen. Chi-kwadraattoetsen moesten mogelijke relaties tussen kennis, beslissingsconflicten en voorkeursverschuiving aan het licht brengen.
Resultaten
In totaal voltooiden 186 van de 467 gebruikers de keuzehulp. Na exclusie van 22 vrouwen bleven 164 mannen over. De meerderheid (54%) was tussen de 45 tot 64 jaar en blank (70%), en woonde in Noord-Amerika (53%) of Europa (36%).
Aan de start van de keuzehulp koos 74% voor het doen van de PSA-test, maar dat percentage daalde tot 29% na het voltooien van de keuzehulp (p < 0,001). [Figuur 1] illustreert de daling van het aantal gebruikers die een PSA-test wilden doen, na de antwoorden op iedere veelgestelde vraag.
Figuur 1 | Het percentage gebruikers en hun voorkeuren na het lezen van de antwoorden op elke veelgestelde vraag
Op de x-as staan de nummers van de tien veelgestelde vragen, waarbij bij 1 de score staat na de antwoorden op de eerste vraag en bij 10 de score staat na het geven van de antwoorden op alle tien vragen.
Drie veelgestelde vragen hielden verband met een voorkeursverschuiving naar ‘niet testen’, namelijk vraag 1 (p = 0,002), vraag 3 (p = 0,01) en vraag 7 (p = 0,01). Bij vraag 1 werd de gebruikers verteld dat PSA een bloedtest is die het antigeengehalte in het bloed uit de prostaat meet. Bij vraag 3 leerden de gebruikers dat 30% van de mannen met een hoog PSA prostaatkanker hebben, maar dat ontstekingen en infecties het PSA ook verhogen. Bij vraag 7 werd uitgelegd dat de PSA-test geen agressieve vorm van prostaatkanker kan achterhalen en dat er voor meer informatie biopsieën nodig zijn.
Nadat de patiënten de keuzehulp hadden bekeken was hun kennis significant toegenomen (p < 0,001) en was het beslissingsconflict significant verminderd (p < 0, 001). We vonden geen verband tussen de voorkeursverschuiving en de toegenomen kennis (p = 0,45), tussen voorkeursverschuiving en afgenomen beslissingsconflicten (p = 0,29) en tussen toegenomen kennis en afgenomen beslissingsconflicten (p = 0,85).
Beschouwing
Door de informatie in de interactieve online PSA Option Grid verschoof de voorkeur van gebruikers naar ‘niet testen’. Daarbij was vooral de volgende informatie van belang: 1) het feit dat 30% van de mannen met een sterk verhoogd PSA prostaatkanker hebben, maar dat ontstekingen en infecties het PSA ook verhogen, en 2) dat de PSA-test geen agressieve vorm van prostaatkanker kon achterhalen en dat er biopsieën nodig waren voor meer informatie. Tot slot stelden we vast dat de keuzehulp de kennis over de PSA-test vergrootte en het beslissingsconflict verkleinde.
Conclusie
De resultaten uit ons onderzoek ondersteunen het belang dat de NHG-Standaard en Thuisarts.nl hechten aan gezamenlijke besluitvorming rond PSA-tests. Het is goed om te weten dat patiënten daarbij ook zelf op zoek gaan naar informatie uit wereldwijde bronnen.
Literatuur
- 1.↲Blanker MH, Breed SA, Van der Heide WK, Norg RJC, De Vries A, Wolters RJ, et al. . Huisarts Wet 2013:56:114-22. NHG-Standaard Mictieklachten bij mannen
- 2.↲Thuisarts.nl. Ik wil weten of onderzoek naar prostaatkanker zinvol is bij alleen plasklachten
- 3.↲Evans R, Joseph-Williams N, Edwards A, Newcombe RG, Wright P, Kinnersley P, et al. . J Med Internet Res 2010;12:e27. Supporting informed decision making for prostate specific antigen (PSA) testing on the web: an online randomized controlled trial
- 4.↲Taylor KL, Williams RM, Davis K, Luta G, Penek S, Barry S, et al. . JAMA Intern Med 2013;173:1704-12. Decision making in prostate cancer screening using decision aids vs usual care: a randomized clinical trial
- 5.↲Frosch DL, Bhatnagar V, Tally S, Hamori CJ, Kaplan RM. . Arch Intern Med 2008;168:363-9. Internet patient decision support: a randomized controlled trial comparing alternative approaches for men considering prostate cancer screening
- 6.↲Elwyn G, Lloyd A, Joseph-Williams N, Cording E, Thomson R, Durand MA, et al. . Patient Educ Couns 2013;90:207-12. Option Grids: shared decision making made easier
- 7.↲Ferron Parayre A, Labrecque M, Rousseau M, Turcotte S, Legare F. . Med Dec Making 2014;34:54-62. Validation of SURE, a four-item clinical checklist for detecting decisional conflict in patients
Reacties
Er zijn nog geen reacties.