Casus
Ongeveer tegelijkertijd melden zich twee patiënten aan de balie bij de huisarts met de vraag of ze tussendoor de huisarts kunnen spreken.
Patiënt A: Man 71 jaar.
Voorgeschiedenis: Hypertensie, TIA 4 jaar eerder (analyse: geen cardiale emboliebron gevonden).
Medicatie: Simvastatine 1 x 40 mg, losartan/hydrochloorthiazide 1 x 100/25 mg, clopidogrel 1 x 75 mg.
Anamnese: Patiënt heeft nu 5 dagen niet eerder bestaande klachten: vermoeidheid, drukkend gevoel op de borst, kortademigheid bij traplopen en ‘duizeligheid’. Bij navraag gaat het om ‘licht in het hoofd’ voelen, niet om draaiduizeligheid.
Lichamelijk onderzoek: Niet-zieke patiënt, kortademig. Bloeddruk 110/70 mmHg. Pols 52/min. Normale harttonen, geen cardiale souffle, normaal vesiculair ademgeruis, mild ‘pitting’ enkeloedeem beiderzijds.
Patiënt B: Man 82 jaar.
Voorgeschiedenis: Hypertensie.
Medicatie: Valsartan 1 x 80 mg, metoprolol MGA 200 1 d1t, hydrochloorthiazide 1 x 12,5 mg.
Anamnese: Patiënt heeft sinds gisteren last van hartkloppingen: hij heeft het gevoel dat zijn hart sneller klopt dan anders en dat de hartslag onregelmatig is.
Lichamelijk onderzoek: Niet-zieke patiënt. Bloeddruk 146/86 mmHg. Pols 80/min. Normale harttonen, geen cardiale souffle, normaal vesiculair ademgeruis, geen enkeloedeem.
De huisarts besluit een ecg te maken om het hartritme te beoordelen.
Ecg Patiënt A:
Ecg Patiënt B:
➤ Het antwoord leest u hier.
Literatuur
Reacties
Er zijn nog geen reacties.