Leeftijdsafhankelijke afkapwaarde voor de D-dimeertest
Wetenschap
Huisartsen kunnen bij een vermoeden van diepe veneuze trombose (DVT) een klinische beslisregel toepassen die uitmondt in een risicoscore. Bij een hoge score is een spoedecho geïndiceerd, bij een lage score een D-dimeertest. Een D-dimeerwaarde ≤ 0,5 µg/mL sluit de diagnose ‘DVT’ voldoende uit, bij een waarde > 0,5 µg/mL volgt alsnog een echo. De positief voorspellende waarde en de specificiteit van de D-dimeertest dalen echter met de leeftijd. De meeste patiënten > 50 jaar worden na de D-dimeertest alsnog verwezen voor een echo, waarna bij ongeveer 1 op de 10 DVT wordt vastgesteld. Uit dit retrospectieve onderzoek blijkt dat het toepassen van een leeftijdsafhankelijke afkapwaarde bij de D-dimeertest voor oudere patiënten het aantal verwijzingen voor echografie kan reduceren zonder een diagnose te missen.