Nieuws

Antihypertensiva bij personen van het negroïde ras

Gepubliceerd
20 mei 2005

Achtergrond Personen van het negroïde ras hebben over het algemeen vaker en ernstiger vormen van hypertensie, met orgaanschade in een vroeger stadium en een hogere mortaliteit als gevolg. Richtlijnen besteden zelden aandacht aan deze groep patiënten. Ook in de NHG-Standaard Hypertensie komt het probleem niet aan de orde. In Nederland wonen veel creolen die veelal afkomstig zijn uit Suriname en de Nederlandse Antillen en Afrikanen uit onder meer Ghana en Somalië. Zij verschillen genetisch en in sociaal-cultureel opzicht nogal van autochtone Nederlanders. De selectie van antihypertensiva van eerste en tweede keus in de NHG-Standaard is gebaseerd op onderzoek bij Europeanen, Amerikanen en Australiërs van het Kaukasische ras. Met deze Cochrane-review is beoogd bij mensen van het negroïde ras het effect van de verschillende antihypertensiva (in regimes met slechts één antihypertensivum) op de bloeddruk en de relevante eindpunten als de kans op orgaanschade en sterfte te onderzoeken. Ook de bijwerkingen zijn nagegaan. Methoden In de review is niet alleen naar relevante onderzoeken in Medline (1966-2003) en EMBASE (1980-2003) gezocht, maar ook in Afrikaanse en Latijns-Amerikaanse databases. Daarnaast is de farmaceutische industrie gevraagd naar de resultaten van mogelijk ongepubliceerd werk en zijn experts geraadpleegd. Er is niet geselecteerd op taal. Twee reviewers hebben gerandomiseerde, dubbelblinde onderzoeken onafhankelijk van elkaar geselecteerd. Er is een onderscheid gemaakt tussen Afrikaanse en (Latijns-)Amerikaanse onderzoeken omdat in de Amerikaanse samenleving in de negroïde populatie een genetische vermenging met Kaukasiërs heeft plaatsgevonden van naar schatting 25%. Resultaten Uit de 2200 referenties hebben 2 reviewers 26 onderzoeken naar het effect van antihypertensieve monotherapie op de bloeddruk en 4 onderzoeken naar het effect op de morbiditeit en de mortaliteit bij mensen van het negroïde ras geselecteerd. Bètablokkers en ACE-remmers bleken geen significant effect te hebben in termen van daling van de bloeddruk. Diuretica, calciumantagonisten en A-II-antagonisten doen de bloeddruk wel dalen. De calciumantagonisten bleken effectief bij alle patiënten, ook bij diegenen met een zeer hoge diastolische bloeddruk. Is eenmaal een goede bloeddruk bereikt, dan verschillen de gebruikte antihypertensiva niet in het uiteindelijk effect op de ziekte- en sterftekans.

Commentaar

De publicatie van deze Cochrane-review is niet zonder slag of stoot tot stand gekomen. Er heeft een zeer uitgebreide discussie met de Cochrane-referenten plaatsgevonden, wat geresulteerd heeft in twee ‘waarschuwingen van de referenten’ die aan de review voorafgaan. Zo hebben de referenten de bevinding van de auteurs dat bètablokkers de bloeddruk zouden kunnen verhogen en dan ook gestopt zouden moeten worden, uit het abstract en de Implications for practice verwijderd. De tweede waarschuwing betreft een niet helemaal helder verschil van mening over het effect van diuretica bij personen van het negroïde ras en het feit dat er meer diabetes voorkwam bij de diuretica- en bètablokkergebruikers. De resultaten over het bloeddrukverlagende effect van de verschillende antihypertensiva zijn overtuigend. Diuretica en calciumantagonisten verlagen de bloeddruk bij personen van het negroïde ras goed. Is er echter met andere middelen een goede bloeddruk bereikt, dan is er geen reden de medicatie te veranderen. De review is om begrijpelijke motieven gericht op regimes met slechts één antihypertensivum. Uit de praktijk weten we dat vaak meerdere antihypertensiva tegelijk gebruikt worden. Vaak is één middel niet voldoende en de bijwerkingen van meerdere laag gedoseerde antihypertensiva zijn vaak minder dan bij een regime met één hoog gedoseerd antihypertensivum. Het effect op de ziekte- en sterftekans bleek lastiger te interpreteren. Er zijn voor deze analyse subgroepen uit vier onderzoeken gebruikt. De regimes verschillen nogal, in de resultaten worden verschillende eindmaten gebruikt en op elk onderzoek zijn wel methodologische aanmerkingen te maken. Dit rechtvaardigt alleen de voorzichtige conclusie dat er geen significante verschillen zijn in het effect op morbiditeit en mortaliteit tussen de antihypertensiva. Terecht zeggen de auteurs dat meer en langduriger onderzoeken nodig zijn om dit effect te beoordelen. Het gaat dan met name om aanwijzingen dat diabetes meer zou voorkomen bij mensen van het negroïde ras die diuretica en bètablokkers gebruiken. H.G.L.M. Grundmeijer

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen