Aantal honderdplussers neemt toe

In 2002 was 1 op de 13.000 Nederlanders 100 jaar of ouder, 50 jaar geleden was dat nog 1 op de kwart miljoen. Er zijn dus veel meer honderdplussers dan in 1953, maar ze zijn nog steeds een zeldzaamheid. De meeste honderdplussers zijn vrouwen (85%). Een kwart van de honderdplussers woont zelfstandig en 10% woont in bij familie. Honderdplussers spreken al eeuwen tot de verbeelding, maar het heeft nog lang na Methusalem geduurd voordat hun aantal betrouwbaar kon worden vastgesteld. Volgens het Odense Archive on Aging worden alleen de cijfers van 12 West- Europese landen en van Japan als betrouwbaar beschouwd. Zo hebben de Verenigde Staten pas in 1940 een bevolkingsregistratie ingevoerd, waardoor ze pas in 2040 hun eerste echte honderdplusser kunnen verwelkomen. De sterfte op hoge leeftijd neemt sterk af: als je eenmaal goed gezond je tachtigste verjaardag hebt gevierd, wordt de kans steeds groter dat je ook de honderd haalt. Natuurlijk storten onderzoekers zich op de honderdplussers om te zien welke biologische eigenschappen en leefstijl, uiteraard met een forse dosis geluk, tot zo'n hoge leeftijd leiden. Tegen de tijd dat de gemiddelde H&W-lezer 100 jaar is geworden, weten we misschien hoe dat zo kon gebeuren. (FS)