Samenvatting
Vroeger waren er veel contacten tussen de WVVH en het NHG, maar de laatste jaren was dat wat verwaterd. Om te bezien of de samenwerking weer kan worden aangehaald, bezocht een delegatie van de WVVH op 27 september het NHG. Onderwerpen als kwaliteitsbeleid, richtlijnontwikkeling, sponsoring, automatisering en ‘inschrijving op naam’ stonden op de agenda. Voorafgaand hieraan is een bezoek gebracht aan de WVVH om te zien hoe de Vlaamse zusterorganisatie te werk gaat.
Zelfde koek?
In een rustig straatje in Berchem, een voorstad van Antwerpen waar nog gemakkelijk voor de deur geparkeerd kan worden, staat het fraaie pand waarin de WVVH is gehuisvest. Er wordt gewoekerd met de ruimte, zoals ook het NHG dat al jarenlang doet. De sfeer is in beide organisaties informeel. En WVVH en NHG springen beide duidelijk zeer zorgvuldig om met de altijd schaarse financiële middelen. Toch blijkt al snel dat de positie van het NHG -en van zijn leden – op vele gebieden ‘riant’ is vergeleken met die van de WVVH.
Enkele cijfers
De WVVH telde eind vorig jaar 2.426 leden, ofwel 32 procent van de ruim 7.300 geregistreerde Vlaamse huisartsen en hibo's. De contributieheffing gaat niet naar inkomen, maar naar jaar van afstuderen. Zojuist afgestudeerde huisartsen betalen € 25,-per jaar; degenen die in 1995 of eerder afstudeerden € 165,-. De vereniging heeft twintig medewerkers in vaste dienst. Daarnaast zijn er zo'n vijftig à zestig mensen tegen vergoeding actief in projecten, commissies en werkgroepen.
Vlaamse speerpunten
Onder voorzitterschap van Jos De Smedt (zie het interview op pag. 580) stond de afgelopen vijf jaar het kwaliteitsbeleid zeer hoog in het vaandel. Begonnen is met de ontwikkeling van ‘Aanbevelingen voor goede medische praktijkvoering’ (vergelijkbaar met de standaarden), waarvan er vorig jaar drie verschenen. Hiermee kwam het totale aantal op negen te liggen. De aandacht voor ‘navorming’ krijgt zijn beslag in de ontwikkeling van deskundigheidsbevorderingspakketten en het geven van cursussen. En er wordt geëxperimenteerd met delen van het Visitatie Instrument Praktijkvoering, hoewel de Vlaamse situatie dusdanig verschilt van de Nederlandse dat vermoedelijk een eigen instrument moet worden ontwikkeld. De WVVH zet zich met verve in voor de verbetering van de positie en het imago van de huisarts, zodat het vak ook in de toekomst bestaansrecht heeft. De werkomstandigheden zijn nu zo zwaar en de financiële vergoedingen zo laag (zie het artikel op pag. 578), dat het vak een schrikbarende uitstroom doormaakt. Gepoogd wordt de werkomstandigheden te verbeteren door bijvoorbeeld de ontwikkeling van groepspraktijken te stimuleren. Tot slot is men momenteel druk doende een ‘basistakenpakket’ voor de huisarts te ontwikkelen. Vele elementen daaruit komen natuurlijk overeen met het takenpakket dat de Nederlandse huisarts op zich heeft genomen; de grootste verschillen zijn te vinden in de veel grotere service die de Vlaamse huisarts – blijvend – aan de patiënten wil bieden.
Enkele achtergronden
- De WVVH is de grootste wetenschappelijke vereniging van huisartsen in Vlaanderen; er bestaat nog een andere -veel kleinere – wetenschappelijke vereniging, maar deze is weinig actief.
- Er zijn diverse belangenverenigingen, in Vlaanderen bekend als ‘syndicaten’. De onderlinge verschillen zijn veelal politiek van aard. De grootste zijn de Belgische Vereniging van Artsensyndicaten en het Algemeen Syndicaat van Geneeskundigen van België. Beide vertegenwoordigen zowel huisartsen als specalisten.
- In het Vlaams Huisarsenparlement komen alle huisartsenorganisaties samen; hier worden medische en politieke actualiteit besproken en gezamenlijke standpunten geformuleerd.
- In de gemeentelijke of regionale ‘huisartsenkringen’ verenigingen huisartsen zich om afspraken voor de diensten te maken en de nascholing te regelen.
- Wie meer wil weten over de WVVH kan terecht op hun website: www.wvvh.be. Een goed overzicht van de vele WVVH-activiteiten en -producten is te vinden in hun Jaarverslag 2000; dit kan telefonisch worden opgevraagd (tel. +32-3-281 16 16).
Vrijwilligers gestraft…
Net als het NHG is de WVVH bij veel van haar activiteiten aangewezen op vrijwilligers die zonder enige financiële vergoeding bereid zijn hun tijd en energie te steken in projecten en werkgroepen. Anders dan in Nederland kennen Vlaamse huisartsen echter geen onderlinge opvang voor de tijd die daarin wordt gestoken. Na het bijwonen van een WVVH-vergadering, moet een Vlaamse huisarts 's avonds dus alsnog het werk doen dat is blijven liggen: het avondspreekuur is dan voller dan ooit. (AS)
Reacties
Er zijn nog geen reacties.