Ik heb twee opmerkingen over het artikel in H&W 2003:46:324-8 over stemklachten. In de eerste plaats miste ik informatie over hoe vaak indirecte laryngoscopie door huisartsen wordt toegepast. Ik meen dat dit zeer weinig gebeurt en in een artikel in H&W over stemklachten met prachtige plaatjes zou informatie daarover niet misstaan. Daarnaast vond ik de beschrijving van de verrichting van de indirecte laryngoscopie wel erg bondig. In een kadertje wordt beschreven hoe de huisarts deze handeling zou kunnen uitvoeren. Deze beschrijving leidt eerder tot frustratie en insufficiëntiegevoelens. Er wordt namelijk niets geschreven over de lichtbron (direct of indirect licht), of over de positie van de patiënt (zittend, eventueel op een verhoging, of staand) en die van de arts. De mogelijkheid van oppervlakkige verdoving komt ook niet ter sprake. In een dergelijk kort bestek is het eigenlijk onmogelijk een goede beschrijving te geven van indirecte laryngoscopie in de huisartsenpraktijk. Toch gaat het om een belangrijk onderwerp dat terecht in uw blad wordt beschreven. Een onderwerp voor (na)scholing op een NHG-congres wellicht? Hans Burggraaff
Antwoord
Het is ons niet bekend hoe gebruikelijk het is om indirecte laryngoscopie toe te passen in de huisartsenpraktijk. In geen enkel onderzoek zijn hier cijfers over te vinden. Naar onze persoonlijke indruk komt dit nauwelijks voor. U heeft gelijk dat de gegevens in ons artikel onvoldoende informatie leveren om deze techniek in de praktijk toe te passen. We denken dan ook dat dit meer thuishoort in een DKB–pakket. Voor het spiegelen is de voorhoofdspiegel met eigen lichtbron, of een elektrische voorhoofdslamp het meest geschikt. De positie van de patiënt is op gelijke hoogte recht tegenover de arts. Het is het meest praktisch als beiden zitten. Alleen bij een sterke wurgreflex kan lidocaïnespray 10% gebruikt worden. Christa Aberson
Reacties
Er zijn nog geen reacties.