Praktijk

Osteopathie en babynekjes

Gepubliceerd
4 oktober 2012
Er zijn kinderartsen die aan ouders ‘osteopathie in overweging geven, als de baby onrustig is’. Osteopathie is al eng. Als echte kinderartsen hier reclame voor gaan maken, dan wordt het helemaal eng. Even uitleggen wat osteopathie is. Osteopaten voelen iets wat anderen niet voelen: scheve schedeltjes, kromme babynekjes, verkleefde hersenvliezen en vastzittende levertjes. Osteopaten kennen als enigen de verbanden tussen al die scheefheid, ziektes en ongemak. Normale baby’s moeten ook oppassen, want die worden preventief behandeld, vanaf de geboorte. Osteopaten duwen alles op zijn plaats, heel zachtjes natuurlijk. Dit gebeurt zo subtiel dat ze vermoedelijk niets doen. Of ze kraken die babynekjes wel echt en dan gaat er een enkele keer een baby dood (tv-programma Zembla, zie Google).
Osteopathie bestrijkt dus het hele leven, niemand is gezond en osteopaten kunnen alles. Gebedsgenezers beweren hetzelfde. Betrouwbare geneeskunde beweert dat niet.
Ik denk dat afwijkend onrustig gedrag van baby’s lastig is voor ouders, maar geen medisch probleem vormt. Uitputting van ouders betekent niet dat het kind ziek is. Het gaat namelijk om temperamentvolle, gevoelige baby’s. Die brullen om niks, urenlang. Ze zijn onrustig en spugen makkelijk. Het zijn nurkse, krampende, sputterende egoïstjes. Keurig gaan slapen als de ouders willen slapen, dat doen ze niet. Vier keer per nacht je bed uit is normaal bij dit soort kinderen. Acht keer, dat is pas een zware nacht. Maar ja, kinderen met een teveel aan temperament kun je niet veranderen in gelukkige, tevreden baby’s. Geluk kun je niet afdwingen, temperament kun je niet wegduwen. Misschien moeten niet de huilbaby’s maar hun ouders osteopathisch worden behandeld. Osteopaten kunnen toch alles, dus dat moet lukken. Na deze wonderbare behandeling verdragen de ouders hun huilbaby beter. De baby’s zijn dan veilig, ver van de osteopaat, ver van kinderartsen met andere opvattingen.
Nico van Duijn

Reacties (1)

I.I. van Tintelen (niet gecontroleerd) 11 december 2012

U stelt dat osteopathie eng is en dat osteopaten babynekjes kraken en verwijst daarbij naar het overlijden van een baby tijdens een behandeling door een therapeut. De desbetreffende therapeut was geen osteopaat.1 Een osteopaat tracht de mobiliteit van diverse lichaamsstructuren te verbeteren en doet dit zeker bij baby’s met zeer zachte hand. De therapeut in kwestie maakte gebruik van een waarschijnlijk verkeerd toegepaste ‘holding techniek’, welke eerder thuis lijkt te horen in een alternatieve vorm van psychotherapie. Deze ‘holding techniek’, het met de handen blokkeren van bewegingen gemaakt door in dit geval een baby die zijn emoties uit, maakt geen deel uit van het behandelarsenaal van een osteopaat. Ook het met kracht en impuls manipuleren van wervels, waarvan complicaties bij kinderen worden beschreven in de literatuur,2 wordt bij zuigelingen niet toegepast door osteopaten. De meeste osteopaten in Nederland zijn fysiotherapeuten die vervolgens een vijf- tot zesjarige parttime opleiding tot osteopaat hebben gevolgd. Een osteopaat heeft een zeer gedegen kennis van onder andere anatomie, fysiologie en embryologie en is ook geschoold op het gebied van differentiaaldiagnostiek. In tegenstelling tot wat van Duijn beweert, kennen osteopaten hun grenzen en dragen zij veiligheid van handelen en daarbij het uitsluiten van pathologieën hoog in hun vaandel. Osteopaten behandelen in het grijze gebied tussen gezond en pathologie. Bij vermoeden van een pathologie en bij twijfel zal een osteopaat te allen tijde overleggen met en / of (terug) verwijzen naar de huisarts of kinderarts. Evidence-based medicine is een vast onderdeel van de opleiding en wordt van groot belang geacht in de osteopathie. Dit blijkt onder andere uit een toenemend aantal wetenschappelijke publicaties aangaande de effectiviteit van osteopathie in het algemeen maar zeker ook bij de behandeling van kinderen en zelfs van prematuren.3,4
1. Holla M, IJland MM, van der Vliet AM, Edwards M, Verlaat CWM. Overleden zuigeling na çraniosacrale’manipulatie van hals en wervelkolom. Ned Tijdschr Geneeskd 2009;153:A290.
2. Vohra S, Johnston BC, Cramer K, Humphreys K. Adverse events associated with pediatric spinal manipulation: a systematic review. Pediatrics 2007;119:e275-83.
3. Weggelaar NM, Schats WA. Wanneer is ‘een duwtje in de rug’ een slimme zet? Osteopathie en andere manuele therapieën bij kinderen. Tijdschr Kindergeenskd 2011;79(6):179-183.
4. Pizzolorusso G, Turi P, Barlafante G, Cerritelli F, Renzetti C, Cozzolino V, D’Orazio M, Fusilli P, Carinci F, D’Incecco C. Effect of osteopathic manipulative treatment on gastrointestinal function and length of stay of preterm infants: an exploratory study. Chiropractic & Manual Therapies 2011;19:15.

Nederlandse Vereniging voor Osteopathie. Leonoradal 12, 5551 BK Valkenswaard.
I.I. van Tintelen MSc. Ost., Osteopaat D.O.-M.R.O. Praktijk voor Osteopathie, Baars (Steenwijk). Correspondentie: info@osteopathiebaars.nl

Verder lezen