Meneer Kruit, 82 jaar, heeft sinds gisteren koorts tot 38,7 graden, koude rillingen en buikpijn. Vanwege recidiverende urineretenties heeft hij sinds een jaar een verblijfskatheter. Na anamnese en onderzoek stelt de huisarts de diagnose urineweginfectie met tekenen van weefselinvasie en ze schrijft een antibioticumkuur voor. Wat is het juiste beleid met betrekking tot de verblijfskatheter?