Belgische onderzoekers gingen in een aantal Europese landen na waar kankerpatiënten sterven: thuis, in het ziekenhuis, hospice of verzorgingshuis. Hiervoor gebruikten zij de sterfteregistraties over 2003 van België, Nederland, Italië, Noorwegen, Wales en Engeland. Het percentage kankerpatiënten dat thuis stierf, was 13% in Noorwegen, 22% in Engeland en Wales, 28% in België, 36% in Italië, en 45% in Nederland. Wanneer hier sterven in een verzorgingshuis bij opgeteld werd, lagen deze percentages op 30% in Wales, tot 38% in België en 64% in Nederland. Voor niet-kwaadaardige doodsoorzaken was dezelfde trend zichtbaar, maar waren de verschillen wat minder uitgesproken. Getrouwde patiënten en patiënten met een solide tumor hadden in alle landen een grotere kans op een sterfbed thuis. Beschikbaarheid van ziekenhuisbedden in de regio bleek geen verschil te maken. De auteurs noemen een aantal factoren die het verschil tussen Nederland en andere Europese landen verklaren: het Nederlandse politieke klimaat dat behandeling in de eerste lijn stimuleert, de goede organisatie van thuiszorg en verzorgingshuizen, het netwerk van palliatief consulenten en de open communicatie tussen patiënten en hun huisarts. Complimenten voor de inzet van de Nederlandse huisarts! (Linda Bröker)
Reacties
Er zijn nog geen reacties.