De Monitor Voorschrijfgedrag Huisartsen 2017 heeft gekeken naar de prescriptie van anticholinergica voor de medicamenteuze behandeling van urge-incontinentie, zowel voor mannen als vrouwen. In 49% van de gevallen is de huisarts de eerste voorschrijver en 72% van de herhaalrecepten wordt eveneens door de huisarts uitgeschreven. Solifenacine wordt in 47% van de gevallen het frequentst voorgeschreven, daarna tolterodine in 22%, oxybutinine in 14% en mirabegron in 10% van de eerste uitgifterecepten.
De spreiding wat voorschrijfgedrag betreft is enorm. In sommige regio’s krijgt een nieuwe gebruiker nooit tolterodine voorgeschreven, terwijl dat in andere regio’s bij 67% van de voorschriften wel het geval is. Dit geldt in gelijke mate voor de andere middelen. Solifenacine is in sommige regio’s zelfs in 97% van de gevallen het middel van eerste keus. Ondanks het advies om na zes maanden een stopperiode in te lassen, is dit in 25% niet gebeurd. Ook hier zijn aanzienlijke regionale verschillen, variërend van 11% in Goes tot 41% in Heereveen.
Het belangrijkste verschil tussen de urologische spasmolytica is de prijs. Zo kost tolterodine € 30 per jaar en solifenacine ruim € 300 per jaar. Jaarlijks zijn er tientallen miljoenen euro’s te besparen door een doelmatigere behandeling van patiënten met urge-incontinentie. Gezien de grote regionale verschillen in voorschrijfgedrag kunnen eenvoudige FTO-afspraken waarschijnlijk al een duidelijk verschil maken.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.