Medicamenteuze behandeling van CTS

De auteurs keken naar de effectiviteit van pijnmedicatie of corticosteroïden bij patiënten met CTS in 31 RCT’s. Na vier weken follow-up bleken NSAID’s niet veel beter te zijn dan placebo. Een corticosteroïdinjectie was na acht weken nog effectiever dan een injectie met placebo. Gedurende een periode van acht weken was een lokale injectie met 40 mg methylprednisolon echter niet veel effectiever dan een NSAID gecombineerd met een spalk. Een spalk zonder NSAID’s bleek niet effectief te zijn. Een lokale injectie van 60 mg methylprednisolon was op de korte termijn (0 tot 3 maanden) effectiever dan een lagere dosis van 40 mg of 20 mg. Dat verschil verdween na 4 tot 6 maanden. Meerdere injecties van 15 mg methylprednisolon waren niet effectiever dan een eenmalige injectie.

De NHG-Standaard Hand- en polsklachten uit 2010 adviseert om patiënten met persisterende, hinderlijke klachten een lokale corticosteroïdinjectie te geven. Indien er na twee tot drie weken onvoldoende resultaat is, kan de patiënt een tweede injectie krijgen. Voor dit laatste advies geeft deze review geen bewijs. Integendeel, een eenmalige injectie met een corticosteroïd bleek even effectief als meerdere injecties met enige tussenpose. Voor patiënten die tegen een injectie opzien, kan de huisarts een combinatie van een NSAID met een spalk overwegen. Als die behandeling niets uithaalt, kan hij een chirurgische interventie of gewoon afwachten overwegen.