Het PROOF-onderzoek (PRevention of knee Osteoarthritis in Overweight Females) was de eerste RCT over de preventie van knieartrose. De onderzoekers vergeleken de progressie van kenmerken van knieartrose op MRI-scans en gewichtsverandering in de tijd. Zij verdeelden 347 deelnemers op basis van gewichtsdata over drie subgroepen: 1) onveranderd gewicht; 2) gewichtsafname of 3) gewichtstoename. Vervolgens beoordeelden zij de MRI’s op baseline en in de follow-up met de MRI OsteoArthritis Knee Score (MOAKS) op progressie van beenmerglaesies, kraakbeenschade, osteofyten, meniscusafwijkingen, meniscusextrusie en synovitis. In totaal werden de MRI’s van 687 knieën van 347 patiënten zonder klinische knieartrose gescoord. In de subgroep met gewichtstoename trad significant meer progressie op van synovitis dan in de subgroep met een onveranderd gewicht, namelijk 18% versus 7% (OR 2,88; 95%-BI 1,39 tot 5,94). Voor de overige vroege tekenen van knieartrose op MRI-scans vonden de onderzoekers geen significant verschil tussen de scores op baseline en in de follow-up van de metingen.
Een kanttekening is dat bij aanvang van het onderzoek de prevalentie van vroege MRI-kenmerken van knieartrose al zeer hoog was in alle groepen (66% meniscusafwijkingen en 52% meniscusextrusie). Deze hoge prevalentie bij aanvang betekent mogelijk dat deze vrouwen met een hoog risico op knieartrose al op een ‘point of no return’ waren wat betreft gewrichtsschade op MRI. Waarschijnlijk waren deze kenmerken al lang aanwezig en was het optimale moment voor preventieve maatregelen al voorbij. Het onderzoek ondersteunt de gedachte dat aandacht voor preventie van overgewicht moet starten voor er klachten optreden.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.