Nieuws

De klinische blik als diagnosticum voor dementie

Gepubliceerd
3 februari 2023
Huisartsen maken vaak gebruik van hun klinische blik, ook bij patiënten bij wie zij cognitief verval vermoeden (zoals dementie). Een recente cochranereview laat zien dat huisartsen goed inschatten welke patiënten niet aan cognitief verval lijden. Ze zijn echter ook terughoudend om dementie uitsluitend op basis van hun klinische blik te diagnosticeren bij symptomatische patiënten. Dat is in lijn met de aanbeveling van de NHG-Standaard Dementie.
0 reacties

De auteurs bekeken onderzoeken waarin huisartsen direct na een patiëntcontact – of achteraf op basis van kennis van de patiënt en het dossier – cognitief verval of dementie vaststelden. Zij vergeleken de accuratesse van deze diagnoses met uitkomsten van adequate referentiestandaarden hierop, zoals de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM) en International Classification of Diseases (ICD) of klinische expertise.  

Uitkomsten 

Van de 11 geïncludeerde onderzoeken bevatten er 10 kwantitatieve data. Het risico op bias was beperkt. Gemiddeld waren de patiënten 77 jaar oud, het betrof meestal vrouwen (47 tot 100%). Gemiddeld was er bij 21% (range 2 tot 56%) sprake van dementie.  

De diagnostische accuratesse van de klinische blik voor de diagnose dementie liet een sensitiviteit zien van 58% (95%-BI 43 tot 72) en een specificiteit van 89% (95%-BI 70 tot 95). Deze data kwamen uit de meta-analyse van 8 onderzoeken met 826 dementerende patiënten op een totale onderzoekspopulatie van 2790 deelnemers. In de 5 onderzoeken met 1088 patiënten met cognitieve beperkingen op 3623 niet aangedane patiënten varieerde de sensitiviteit per onderzoek van 58% tot 97% en de specificiteit van 40% tot 88%. 

Diagnose stellen 

Artsen stellen de diagnose beter op basis van de klinische blik direct na een patiëntcontact. Het uitsluiten van deze diagnose doen ze juist beter op basis van de kennis van de patiënt en het dossier. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer zij op basis van een vraag van de POH-somatiek over het cognitief functioneren het dossier en hun geheugen over deze patiënt nog eens raadplegen. De inschatting van cognitieve beperkingen blijkt nog lastiger.  

De auteurs concluderen dat de klinische blik richting kan geven aan verder onderzoek, maar onvoldoende accuraat is om de diagnose dementie te stellen. 

Tot slot 

Het lijkt dus terecht om de klinische blik serieus te nemen als u een vermoeden heeft van dementie, maar voor het stellen van de diagnose van deze onbehandelbare aandoening is meer (hetero)anamnestisch en lichamelijk onderzoek vereist. Zo luidt ook de aanbeveling van de NHG-Standaard Dementie. Of u dit vermoeden verder wilt onderzoeken, kunt u afstemmen met de patiënt en zijn mantelzorgers. Denk daarbij ook aan de nieuw ontwikkelde keuzehulp ‘Wel of niet onderzoek doen naar dementie’.

Literatuur

  • Creavin ST, et al. Clinical judgement by primary care physicians for the diagnosis of all-cause dementia or cognitive impairment in symptomatic people. Cochrane Database Syst Rev 2022;6:CD012558.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen