Huisartsen herhalen met regelmaat medicatie die is voorgeschreven door specialisten en zijn dan verantwoordelijk voor de behandeling en bijbehorende controles. In de meeste gevallen past dit bij de kennis en kunde van de huisarts, bijvoorbeeld in het geval van veelgebruikte medicatie zoals antihypertensiva en statines. Deze middelen worden vaak gestart door een medisch specialist, maar het voorschrijven is niet per se voorbehouden aan een specialisme. Bij sommige specialistische medicatie is wel aanvullende informatie, scholing of voldoende ervaring nodig voor optimale begeleiding van de patiënt. De randvoorwaarden hiervoor worden in het standpunt beschreven.
Alle specialistische geneesmiddelen
Er bestond al een NHG-Standpunt Herhalen gespecialiseerde ggz-medicatie. Veel van de uitgangspunten daaruit bleken echter niet alleen van toepassing op psychiatrische medicatie, maar op alle specialistische geneesmiddelen. In afstemming met de Landelijke Huisartsen Vereniging en de Federatie Medisch Specialisten is het oude standpunt daarom uitgebreid naar een standpunt over het herhalen van specialistische medicatie in bredere zin. In het kader van dit standpunt bedoelen we met ‘specialistische geneesmiddelen’ medicatie die de huisarts in de dagelijkse praktijk in de regel niet voorschrijft en waarvoor de huisarts naar de tweede lijn of bijvoorbeeld de gespecialiseerde ggz verwijst. Voorbeelden zijn antipsychotica, anti-epileptica, middelen bij inflammatoire darmziekten of orale oncolytica. Het oude standpunt over ggz-medicatie komt hiermee te vervallen.
Overnemen door de huisarts
Huisartsen zijn niet verplicht om het voorschrijven van herhaalmedicatie van de specialist over te nemen, maar kunnen daar in bepaalde gevallen wel voor kiezen. Voorwaarde is dat zij zichzelf voldoende bekwaam achten en de zorg in goed overleg met de specialist en de patiënt kunnen overnemen. Als de huisarts naar eigen inschatting onvoldoende expertise heeft, is het raadzaam het voorschrijven van de betreffende herhaalmedicatie te weigeren. Bijvoorbeeld doordat de aantallen patiënten te klein zijn om voldoende ervaring op te doen, of als er geen oproepsysteem is voor noodzakelijke (lab)controles. In dat geval zal de huisarts de patiënt bij een verzoek om herhaalmedicatie moeten verwijzen naar de behandelend specialist.
Randvoorwaarden en verantwoordelijkheden
Het standpunt beschrijft onder welke omstandigheden huisartsen kunnen overwegen om specialistische medicatie te herhalen. Zo moet de aandoening van de patiënt stabiel zijn, moet er een duidelijke overdracht zijn, dient de huisarts zich voldoende bekwaam te achten en moet expliciet akkoord gaan met de overname. Ook moet er een mogelijkheid zijn om laagdrempelig (en zo nodig met spoed) te overleggen met de specialist. Bovenal moet de patiënt akkoord gaan met overname van de behandeling door de huisarts.
Huisartsen die recepten van de specialist herhalen, zijn verantwoordelijk voor de medicamenteuze behandeling en de daarbij behorende (lab)controles, inclusief oproepsysteem. Ook huisartsen die geen specialistische medicatie herhalen, moeten alert zijn op bijwerkingen en complicaties en zo nodig kunnen overleggen of verwijzen naar de voorschrijver.
Extra voorzorgen bij psychiatrische middelen
Voor een aantal geneesmiddelen uit de specialistische ggz zijn extra voorzorgen nodig wanneer de huisarts de behandeling overneemt. Extra voorzorgen zijn beschreven voor volwassen patiënten die lithium, clozapine of ADHD-middelen gebruiken. Raadpleeg hiervoor de bijlagen bij het standpunt.
Raadpleeg de volledige versie van het NHG-Standpunt Herhalen specialistische medicatie op richtlijnen.nhg.org.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.