Een depressie die niet geneest met een SSRI. Wat nu?

Schrijf een ander antidepressivum voor als een SSRI faalt, en de depressieve patiënt herstelt alsnog op korte termijn in bijna 1 op de 4 gevallen. Dit tweede middel kan best een andere SSRI zijn. Als een patiënt een SSRI niet verdraagt, geldt dit niet automatisch voor alle middelen uit deze groep. Dit zijn de twee belangrijkste conclusies uit een groot Amerikaans onderzoek. Er herstelden 1439 depressieve patiënten onvoldoende met citalopram. Zij konden kiezen of zij gerandomiseerd wilden worden voor een tweede middel, of een ander middel, of cognitieve therapie. Slechts 1,5% liet dit volledig aan het lot over, en 75% gaf aan geen cognitieve therapie te willen. De onderzoekers vroegen zich af of het uitmaakt welk antidepressivum je kiest als citalopram niet aanslaat. Hiervoor volgden zij 727 patiënten die na 8 weken (SD 4,2) niet hersteld waren met citalopram. Van hen was 56% vroegtijdig met de citalopram gestopt in verband met bijwerkingen. De artsen schreven vervolgens bupropion, sertraline (een SSRI) of venlafaxine voor. Na 14 weken was 21% van de patiënten niet meer depressief. Door het ontbreken van een placebogroep is het niet zeker of dit komt door het middel of de tijd. In alle groepen haakten evenveel mensen af in verband met bijwerkingen (21-27%). Het heeft dus zin om een ander middel te proberen bij onvoldoende herstel van de depressie. Dit deden we al op gevoel, maar is nu ook op een nette manier aangetoond. Het maakt hierbij niet uit of dit een middel uit dezelfde of een andere groep is. (EL)